TU onderzoekt explosie in vat met chemicaliën

De explosie in het 180 liter-vat deed zich gisterochtend rond tien uur voor. Dat was een paar uur nadat twee medewerkers van logistiek en milieu het daar hadden neergezet. Ze deden dat na hun ronde over de campus.



Zoals altijd testten ze eerst of de twee – nog niet nader genoemde – stoffen die met elkaar zijn gaan reageren wel bij elkaar konden. Dat bleek te kunnen. Hoe het kan dat er uren later toch een reactie is opgetreden is volgens Etty van der Leij van de dienst facilitair management en vastgoed (FMVG) een mysterie.



Meteen nadat de explosie zich had voorgedaan, trad de gas-blusinstallatie in werking. Die vulde de ruimte met gas, zodat alle zuurstof werd verdreven en eventueel vuur geen kans had. De brandweer kreeg meteen alarm. Die zette de omgeving af en dempte met een waterstraal de gasontwikkeling. Medewerkers van het Reactor Instituut Delft moesten hun ramen en deuren sluiten, omdat de wind precies hun kant op blies. Alles om ervoor te zorgen dat niemand onnodig bloot gesteld kon worden aan de vrijgekomen gassen.



Brandweermensen van het gevaarlijke stoffenteam, die overigens vaak op de campus oefenen, hebben het magazijn geopend. Ze droegen daarbij speciale gele veiligheidspakken. Het vat hebben ze meegenomen voor onderzoek.



FMVG gaat stap voor stap reconstrueren wat er gisteren is gebeurd, verzekert Van der Leij. “Op dit moment weten we niet wat er mis is gegaan. Misschien was het vat verontreinigd. Misschien zat een deel van de stoffen in de verkeerde verpakking. Het is naar mijn weten de eerste keer dat zoiets gebeurt. We willen ervan leren.”



Een vat met chemisch afval staat overigens nooit lang in het magazijn aan de Anthony Fokkerweg, vertelt Van der Leij. “Het bedrijf dat ons chemisch afval recyclet, komt dezelfde dag of een dag nadat onze mensen hun ronde over de campus hebben gedaan. Het is dus niet zo dat dat magazijn vol staat met een hele verzameling vaten.”