De TU moet naar minder vierkante meters om vastgoed betaalbaar te houden. Ze onderzoekt komende maanden hoeveel ruimte er nodig is voor onderwijs, laboratoria en kantoren.
Volgens collegelid Anka Mulder geeft de TU van alle Nederlandse universiteiten het meeste geld uit aan vastgoed en is dat op termijn niet meer betaalbaar. “We hebben een veel te grote footprint”, zei ze tijdens een overleg met de studentenraad (sr). Mulder vindt het schokkend dat slechts een derde van alle ruimte wordt besteed aan onderwijs en onderzoek. Dat moet relatief meer worden en daarom wil ze bijvoorbeeld minder vierkante meters aan werkplekken.
Onderwijsruimte
De komende maanden onderzoeken de diensten Vastgoed en Onderwijs en Studentenzaken de geroosterde en daadwerkelijke bezetting van onderwijszalen. Een zaal kan bijvoorbeeld voor dertig uur zijn geroosterd en maar voor 28 uur gebruikt. Of er staan 100 stoelen in een zaal van 120, terwijl er maar 80 studenten komen opdagen. Doel is die bezetting te verhogen. Het signaleren van lege maar geroosterde zalen en die alsnog voor iets anders inzetten, zou volgens de studentenraad al voor een groot deel helpen.
Daarnaast zijn zalen beter te benutten dan nu. Vaak zijn er honderd tot honderdvijftig stoelen in een zaal nodig, maar zijn er niet voldoende van dit soort zalen en wordt uitgeweken naar een grotere. Meer diversiteit in aanbod zou dat kunnen oplossen. Van een zaal voor dertig man zou bijvoorbeeld een projectruimte zijn te maken en onbenutte stoelen zouden van pas kunnen komen voor zelfstudie. De sr denkt aan roosterregels waarin minder vrijheid is voor docenten om zelf een ruimte te kiezen. De studenten willen wel graag een match in de eigen faculteit.
Studieplekken
Verder worden oplossingen gezocht voor problemen met studieplekken. Twintig procent is onvindbaar. Veel studenten weten bijvoorbeeld niet dat er ook plekken zijn op de vijfde verdieping van Civiele Techniek en Geowetenschappen. De kwaliteit van studieplekken kan beter, door bijvoorbeeld stopcontacten en verstelbare stoelen te plaatsen. Bovendien zou er informatie moeten komen over de beschikbaarheid van studieplekken.
In 2014 telde de TU overigens 6250 studieplekken tijdens onderwijsweken en 8000 tijdens tentamenweken. Uitgaande van 6250 studieplekken op 25.000 studenten is dat één op vier, terwijl de norm voor andere universiteiten één op vijf of één op tien is, aldus vastgoed. Wel is er bij de TU meer sprake van groepswerk en zouden daar voorzieningen voor moeten komen.
‘Kraptediscussie’
Als deze zaken inclusief ruimtegebruik bij laboratoria en kantoorplekken in kaart zijn gebracht, wordt gekeken naar te behalen ruimtewinst en de impact op studenten, docenten en kwaliteit. Vervolgens wordt bepaald wat de wenselijkheid en haalbaarheid is van ingrepen. Welke daarvan worden uitgewerkt, besluit het college in het tweede kwartaal van dit jaar. “Een feest wordt het niet”, zei Mulder alvast tegen de sr. “Het wordt een kraptediscussie.”
Comments are closed.