Education

Studieadviseurs krijgen het alleen maar drukker

Op het seminar ‘Kiezen of delen’, dat vorige week woensdag door het ISO en de Landelijke Kamer van Verenigingen werd gehouden op studentensociëteit Alcuin, werd venijnige kritiek geuit op de studiebegeleiding.

VSNU-voorzitter Meijerink stelde een compleet nieuw studiefinancieringsstelsel voor.

De VSNU-voorzitter riep om een herbezinning op de motivatie van studenten. ,,Van de vwo’ers kiest acht procent minder voor de universiteit. Ik denk dat het geen gekke veronderstelling is dat hier de onzekerheid door de enorme wijzigingen in de studiefinanciering een grote rol speelt.”

Volgens Meijerink wordt de studiefinanciering oneigenlijk gebruikt als selectiemethode. ,,Stufi moet de toegankelijkheid bevorderen, in het levensonderhoud van de studenten voorzien en zekerheid geven aan jonge mensen. Ik denk dat dit kan als de student alleen de eerste jaren een basisbeurs krijgt die hoger is dan nu. In de jaren daarna moet hij lenen. Dat kost niet meer dan het huidige stelsel. Toegegeven, het is armoede, maar je vermijdt veel rompslomp.”

Minister Ritzen, later op de dag ook aanwezig op het seminar, wenst de fundamentele discussie over studiefinanciering niet aan te gaan tot na de goedkeuring van de prestatiebeurs. In de Tweede Kamer echter noemen verschillende fracties Meijerinks idee ‘interessant’, en de fracties, inclusief de HBO-Raad, kunnen zich vinden in de kritiek.

Op het seminar presenteerden drie organisaties hun onderzoek naar het functioneren van studiebegeleiding, het ISO, de LKvV en de Landelijke Vereniging van Studieadviseurs (LVSA). De belangrijkste kritiek is het verschil in verwachtingspatroon van studenten en studieadviseurs.

De studieadviseurs zien zichzelf bijvoorbeeld voor 95 procent als iemand die persoonlijke problemen bespreekt, terwijl dit beeld bij veertig procent van de studenten heerst. E%n van de vele aanwezige studieadviseurs noemde dit een waan van zijn collega’s: ,,Studieadviseurs hebben daar geen opleiding voor genoten en zijn dus niet bevoegd op dit terrein.”
Klachten

Het ISO had veel klachten: een kwart van de studenten is niet tevreden over de studieadviseur, de helft van de studenten vindt dat een consult van de studiebegeleider geen positieve bijdrage aan de studievoortgang geeft. Van de studenten die de studieadviseur bezochten gaf tweederde aan dat zij niet alle problemen bespreken.

De LVSA klaagt vooral dat weinig docenten of ander personeel studenten met problemen doorverwijzen en constateert verder dat het ISO met veel klachten het bij het rechte eind heeft. Zo constateren beide organisaties dat studenten vinden dat de adviseurs veel over stage of studie in het buitenland moeten weten, in tegenstelling tot de adviseurs.

De LKvV klaagt over het gebrek aan begrip bij studieadviseursvoor studiebegeleidingssystemen op studentenverenigingen. LKvV-bestuurslid Claessen: ,,Verenigingen hebben er belang bij dat hun leden goed studeren, zodat ze actief kunnen worden. Begeleiding door ouderejaars is veel laagdrempeliger, maar is natuurlijk minder professioneel. Daarvoor zou de hulp van studieadviseurs bijzonder welkom zijn.”

Diverse studieadviseurs trokken zich de oproep aan. ,,De communicatie kan een stuk verbeterd worden”, concludeerde een studieadviseur na afloop. ,,Er is inderdaad veel onbegrip.”

Een ander hot item was het bindend studie-advies. In een workshop hierover vlogen de studieadviseurs elkaar bijna in de haren. Eén van de visies: ,,Je mist teveel mensen die het een jaartje slecht doen en daarna de studie met veel succes afronden. Ik ben zelf docenten langsgegaan met de vraag: Ben je vóor een bindend advies, en zo ja, wanneer zeg je ‘Stop’? Op de eerste vraag had iedereen een antwoord, op de tweede niemand.”

Volgens een andere studieadviseur ,,horen veel studenten nu eenmaal niet op de universiteit thuis. De hbo-isering van het onderwijs komt volgens mij daardoor.” De aanwezigen zijn het er over eens dat de studieadviseur geen selecterende taak mag hebben. Dan zou de begeleider niet meer onafhankelijk zijn en dus niet als een vertrouwenspersoon kunnen functioneren.

Vast staat in elk geval dat de studieadviseur al overbelast zijn. En volgens de aanwezigen zal de zwaardere temponorm tot nog meer beroepen op de studieadviseur leiden.

Paul Rutten

Op het seminar ‘Kiezen of delen’, dat vorige week woensdag door het ISO en de Landelijke Kamer van Verenigingen werd gehouden op studentensociëteit Alcuin, werd venijnige kritiek geuit op de studiebegeleiding. VSNU-voorzitter Meijerink stelde een compleet nieuw studiefinancieringsstelsel voor.

De VSNU-voorzitter riep om een herbezinning op de motivatie van studenten. ,,Van de vwo’ers kiest acht procent minder voor de universiteit. Ik denk dat het geen gekke veronderstelling is dat hier de onzekerheid door de enorme wijzigingen in de studiefinanciering een grote rol speelt.”

Volgens Meijerink wordt de studiefinanciering oneigenlijk gebruikt als selectiemethode. ,,Stufi moet de toegankelijkheid bevorderen, in het levensonderhoud van de studenten voorzien en zekerheid geven aan jonge mensen. Ik denk dat dit kan als de student alleen de eerste jaren een basisbeurs krijgt die hoger is dan nu. In de jaren daarna moet hij lenen. Dat kost niet meer dan het huidige stelsel. Toegegeven, het is armoede, maar je vermijdt veel rompslomp.”

Minister Ritzen, later op de dag ook aanwezig op het seminar, wenst de fundamentele discussie over studiefinanciering niet aan te gaan tot na de goedkeuring van de prestatiebeurs. In de Tweede Kamer echter noemen verschillende fracties Meijerinks idee ‘interessant’, en de fracties, inclusief de HBO-Raad, kunnen zich vinden in de kritiek.

Op het seminar presenteerden drie organisaties hun onderzoek naar het functioneren van studiebegeleiding, het ISO, de LKvV en de Landelijke Vereniging van Studieadviseurs (LVSA). De belangrijkste kritiek is het verschil in verwachtingspatroon van studenten en studieadviseurs.

De studieadviseurs zien zichzelf bijvoorbeeld voor 95 procent als iemand die persoonlijke problemen bespreekt, terwijl dit beeld bij veertig procent van de studenten heerst. E%n van de vele aanwezige studieadviseurs noemde dit een waan van zijn collega’s: ,,Studieadviseurs hebben daar geen opleiding voor genoten en zijn dus niet bevoegd op dit terrein.”
Klachten

Het ISO had veel klachten: een kwart van de studenten is niet tevreden over de studieadviseur, de helft van de studenten vindt dat een consult van de studiebegeleider geen positieve bijdrage aan de studievoortgang geeft. Van de studenten die de studieadviseur bezochten gaf tweederde aan dat zij niet alle problemen bespreken.

De LVSA klaagt vooral dat weinig docenten of ander personeel studenten met problemen doorverwijzen en constateert verder dat het ISO met veel klachten het bij het rechte eind heeft. Zo constateren beide organisaties dat studenten vinden dat de adviseurs veel over stage of studie in het buitenland moeten weten, in tegenstelling tot de adviseurs.

De LKvV klaagt over het gebrek aan begrip bij studieadviseursvoor studiebegeleidingssystemen op studentenverenigingen. LKvV-bestuurslid Claessen: ,,Verenigingen hebben er belang bij dat hun leden goed studeren, zodat ze actief kunnen worden. Begeleiding door ouderejaars is veel laagdrempeliger, maar is natuurlijk minder professioneel. Daarvoor zou de hulp van studieadviseurs bijzonder welkom zijn.”

Diverse studieadviseurs trokken zich de oproep aan. ,,De communicatie kan een stuk verbeterd worden”, concludeerde een studieadviseur na afloop. ,,Er is inderdaad veel onbegrip.”

Een ander hot item was het bindend studie-advies. In een workshop hierover vlogen de studieadviseurs elkaar bijna in de haren. Eén van de visies: ,,Je mist teveel mensen die het een jaartje slecht doen en daarna de studie met veel succes afronden. Ik ben zelf docenten langsgegaan met de vraag: Ben je vóor een bindend advies, en zo ja, wanneer zeg je ‘Stop’? Op de eerste vraag had iedereen een antwoord, op de tweede niemand.”

Volgens een andere studieadviseur ,,horen veel studenten nu eenmaal niet op de universiteit thuis. De hbo-isering van het onderwijs komt volgens mij daardoor.” De aanwezigen zijn het er over eens dat de studieadviseur geen selecterende taak mag hebben. Dan zou de begeleider niet meer onafhankelijk zijn en dus niet als een vertrouwenspersoon kunnen functioneren.

Vast staat in elk geval dat de studieadviseur al overbelast zijn. En volgens de aanwezigen zal de zwaardere temponorm tot nog meer beroepen op de studieadviseur leiden.

Paul Rutten

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.