Campus

Studentengegevens weer rijp voor automatisering

Het systeem waarmee gegevens over studenten aan de TU worden bijgehouden is nodig aan renovatie toe. Het centrale administratiesysteem Basis-C en dat voor de faculteiten, Basis-D, zijn beide zo’n tien jaar oud.

Veranderingen in bijvoorbeeld de onderwijsprogramma’s zijn opgevangen door het programma telkens uit te bouwen. Maar omdat het bijhouden van studiepunten belangrijk wordt voor de tempobeurs en studenten ook meer zicht willen hebben in hun voortgang, wordt een nieuw systeem ontwikkeld.

De werkgroep NIOS, Nieuw Informatiesysteem Onderwijs en Studenten, is belast met het renovatieproject. Het eerste rapport betreffende ‘fase 0’ ligt nu ter goedkeuring bij het college van bestuur.

W. Heeringa van de werkgroep hierover: ,,Dat rapport is een voorstel over hoe het project aangepakt moet gaan worden. Het is een groot project waarvoor een commissie opgericht moet worden met aan het hoofd een bekwame projectleider. Ik had verwacht dat er na mijn vakantie wel een beslissing gevallen was, maar de nieuwbouw van de bibliotheek heeft kennelijk vertraging veroorzaakt.”

Intussen werken studenten en de administratie van Geodesie al drie jaar met een eigen programma om de studentengegevens te verwerken. Dit programma, met vriendelijke menu-interface, krijgen alle studenten gratis en compleet met handleiding aan het begin van hun studie uitgereikt door ir. F. Reneman, de studieadviseur.

Reneman: ,,De adminstratie en ikzelf maken gebruik van het programma Advies, wat als het ware een schil is om Basis. Het download daaruit de gegevens en zorgt dan voor handige overzichten van individuele studenten of van grote groepen tegelijk. Studenten moeten zelf hun studiegegevens invoeren in een iets ander programma wat Studie heet.” Daarmee kunnen zij dan de bekende voortgangsgrafiekjes en tabelletjes thuis tevoorschijn toveren. Beide programma’s zijn destijds door een studentassistent ontwikkeld.
Kopieerkosten

Vrijwel alle faculteiten gebruiken nu het programma Cures om dergelijke gegevens uit Basis met behulp van wat statistiek overzichtelijk te presenteren. Maar dat is alleen geschikt voor groepen studenten en daarom eigenlijk uitsluitend handig voor studieadviseurs of administraties. ,,Maar ik heb begrepen dat er ook aan een opvolger van Cures gewerkt wordt”, aldus Reneman.

Drs. M. Drayer, studieadviseur bij Mijnbouw en ook lid van de werkgroep NIOS, is evenals Heeringa niet op de hoogte van de studievoortgangsflop van Geodesie: ,,Het is echter wel onze bedoeling om na goedkeuring van het plan bij alle faculteiten te vragen wat de eisen en wensen zijn voor het nieuwe systeem. Hoe dat er precies uit zal zien, ligt ook aan wat financieel en technisch mogelijk is. Studenten zullen waarschijnlijk opeen aantal PC’s hun eigen gegevens kunnen opvragen.”

Tot die tijd kunnen studenten bij Geodesie terecht om tegen kopieerkosten het programma Studie op te halen. Reneman zegt: ,,Hoewel er nooit veel ruchtbaarheid aan is gegeven, is het bedoeld om zoveel mogelijk gebruikt en verspreid te worden, dus laat ze maar komen. Ik leg wel een aantal exemplaren bij de portier neer.”

Jeroen Arendsen

Het systeem waarmee gegevens over studenten aan de TU worden bijgehouden is nodig aan renovatie toe. Het centrale administratiesysteem Basis-C en dat voor de faculteiten, Basis-D, zijn beide zo’n tien jaar oud. Veranderingen in bijvoorbeeld de onderwijsprogramma’s zijn opgevangen door het programma telkens uit te bouwen. Maar omdat het bijhouden van studiepunten belangrijk wordt voor de tempobeurs en studenten ook meer zicht willen hebben in hun voortgang, wordt een nieuw systeem ontwikkeld.

De werkgroep NIOS, Nieuw Informatiesysteem Onderwijs en Studenten, is belast met het renovatieproject. Het eerste rapport betreffende ‘fase 0’ ligt nu ter goedkeuring bij het college van bestuur.

W. Heeringa van de werkgroep hierover: ,,Dat rapport is een voorstel over hoe het project aangepakt moet gaan worden. Het is een groot project waarvoor een commissie opgericht moet worden met aan het hoofd een bekwame projectleider. Ik had verwacht dat er na mijn vakantie wel een beslissing gevallen was, maar de nieuwbouw van de bibliotheek heeft kennelijk vertraging veroorzaakt.”

Intussen werken studenten en de administratie van Geodesie al drie jaar met een eigen programma om de studentengegevens te verwerken. Dit programma, met vriendelijke menu-interface, krijgen alle studenten gratis en compleet met handleiding aan het begin van hun studie uitgereikt door ir. F. Reneman, de studieadviseur.

Reneman: ,,De adminstratie en ikzelf maken gebruik van het programma Advies, wat als het ware een schil is om Basis. Het download daaruit de gegevens en zorgt dan voor handige overzichten van individuele studenten of van grote groepen tegelijk. Studenten moeten zelf hun studiegegevens invoeren in een iets ander programma wat Studie heet.” Daarmee kunnen zij dan de bekende voortgangsgrafiekjes en tabelletjes thuis tevoorschijn toveren. Beide programma’s zijn destijds door een studentassistent ontwikkeld.
Kopieerkosten

Vrijwel alle faculteiten gebruiken nu het programma Cures om dergelijke gegevens uit Basis met behulp van wat statistiek overzichtelijk te presenteren. Maar dat is alleen geschikt voor groepen studenten en daarom eigenlijk uitsluitend handig voor studieadviseurs of administraties. ,,Maar ik heb begrepen dat er ook aan een opvolger van Cures gewerkt wordt”, aldus Reneman.

Drs. M. Drayer, studieadviseur bij Mijnbouw en ook lid van de werkgroep NIOS, is evenals Heeringa niet op de hoogte van de studievoortgangsflop van Geodesie: ,,Het is echter wel onze bedoeling om na goedkeuring van het plan bij alle faculteiten te vragen wat de eisen en wensen zijn voor het nieuwe systeem. Hoe dat er precies uit zal zien, ligt ook aan wat financieel en technisch mogelijk is. Studenten zullen waarschijnlijk opeen aantal PC’s hun eigen gegevens kunnen opvragen.”

Tot die tijd kunnen studenten bij Geodesie terecht om tegen kopieerkosten het programma Studie op te halen. Reneman zegt: ,,Hoewel er nooit veel ruchtbaarheid aan is gegeven, is het bedoeld om zoveel mogelijk gebruikt en verspreid te worden, dus laat ze maar komen. Ik leg wel een aantal exemplaren bij de portier neer.”

Jeroen Arendsen

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.