Studenten van de faculteit Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek presenteren morgen een voorontwerp van het vliegtuig waarmee Bertrand Piccard op zonnecellen rond de wereld wil vliegen.
Als het contract met de bekende Zwitserse ballonvaarder en zakenman Piccard rond is zullen mogelijk twee Delftse promovendi aan de verdere ontwikkeling meewerken in een internationaal ontwerpteam. Ook ruimtevaartorganisatie Esa geeft technische support aan Piccard. Op dit moment wordt met de manager van Piccard onderhandeld over de definitieve samenstelling van het ontwerpteam. Daarna zullen de ideeën die de L&R-studenten samen met studenten van Queens University uit Belfast maakten verder worden uitgewerkt. De ontwerpen worden morgen op de faculteit gepresenteerd in het bijzijn van de projectmanager van Piccard (André Borscher, tevens piloot van het vliegtuig) en de Ierse studenten.
De studenten werden door hoofddocent aërodynamica Loek Boermans begeleid in het kader van hun derdejaarsproject. Boermans was door de manager van Piccard benaderd omdat hij binnen de zweefvliegwereld een bekende naam heeft. Piccard maakte afgelopen najaar bekend van plan te zijn met een vliegtuig op zonnecellen de wereld rond te willen vliegen.
Het vliegtuigontwerp dat de studenten voor Piccard uitwerkten zal zo’n negentig meter spanwijdte hebben en circa vijftig kilomter per uur vliegen. Het ontwerp moest verder een zo laag mogelijk gewicht hebben en een perfect aërodynamische vorm. Ook zochten de studenten naar de meest efficiënte zonnecellen, batterijen, motor en propeller. De batterijen zijn nodig als het toestel ‘s nachts vliegt.
De in totaal twaalf studenten konden handig gebruikmaken van de expertise van het Nuna-project, waarvan het vliegtuig als een vliegende megavergroting kan worden beschouwd. Wat de zonnecellen betreft betekent dit een kostbare onderneming. De dure galliumarsenidezonnecellen moeten nu een veel groter oppervlak bedekken: negentig meter vleugel in plaats van een enkele auto. Alleen al aan zonnecelmateriaal zou dit 12,5 miljoen euro kosten.
Het studententeam heeft daarnaast de meest geschikte route voor het toestel onderzocht, waarbij gebruik wordt gemaakt van rugwind door jetstreams, luchtstromen op grotere hoogte waarvan de snelheid kan oplopen tot vierhonderd kilometer per uur.
Volgens Boermans is nog niet duidelijk of het vliegtuig daar wel tegen kan. “Er moet nog getest worden of zo’n lange flexibele vleugel in de jetstream niet teveel last krijgt van horizontale en verticale winden”, zegt hij. “Een ballon heeft daar minder hinder van, die heeft ten opzichte van de wind geen snelheid, maar een vliegtuig wel een klein beetje.” (RZ)
Als het contract met de bekende Zwitserse ballonvaarder en zakenman Piccard rond is zullen mogelijk twee Delftse promovendi aan de verdere ontwikkeling meewerken in een internationaal ontwerpteam. Ook ruimtevaartorganisatie Esa geeft technische support aan Piccard. Op dit moment wordt met de manager van Piccard onderhandeld over de definitieve samenstelling van het ontwerpteam. Daarna zullen de ideeën die de L&R-studenten samen met studenten van Queens University uit Belfast maakten verder worden uitgewerkt. De ontwerpen worden morgen op de faculteit gepresenteerd in het bijzijn van de projectmanager van Piccard (André Borscher, tevens piloot van het vliegtuig) en de Ierse studenten.
De studenten werden door hoofddocent aërodynamica Loek Boermans begeleid in het kader van hun derdejaarsproject. Boermans was door de manager van Piccard benaderd omdat hij binnen de zweefvliegwereld een bekende naam heeft. Piccard maakte afgelopen najaar bekend van plan te zijn met een vliegtuig op zonnecellen de wereld rond te willen vliegen.
Het vliegtuigontwerp dat de studenten voor Piccard uitwerkten zal zo’n negentig meter spanwijdte hebben en circa vijftig kilomter per uur vliegen. Het ontwerp moest verder een zo laag mogelijk gewicht hebben en een perfect aërodynamische vorm. Ook zochten de studenten naar de meest efficiënte zonnecellen, batterijen, motor en propeller. De batterijen zijn nodig als het toestel ‘s nachts vliegt.
De in totaal twaalf studenten konden handig gebruikmaken van de expertise van het Nuna-project, waarvan het vliegtuig als een vliegende megavergroting kan worden beschouwd. Wat de zonnecellen betreft betekent dit een kostbare onderneming. De dure galliumarsenidezonnecellen moeten nu een veel groter oppervlak bedekken: negentig meter vleugel in plaats van een enkele auto. Alleen al aan zonnecelmateriaal zou dit 12,5 miljoen euro kosten.
Het studententeam heeft daarnaast de meest geschikte route voor het toestel onderzocht, waarbij gebruik wordt gemaakt van rugwind door jetstreams, luchtstromen op grotere hoogte waarvan de snelheid kan oplopen tot vierhonderd kilometer per uur.
Volgens Boermans is nog niet duidelijk of het vliegtuig daar wel tegen kan. “Er moet nog getest worden of zo’n lange flexibele vleugel in de jetstream niet teveel last krijgt van horizontale en verticale winden”, zegt hij. “Een ballon heeft daar minder hinder van, die heeft ten opzichte van de wind geen snelheid, maar een vliegtuig wel een klein beetje.” (RZ)
Comments are closed.