Drie procent van de bachelorstudenten aan de Universiteit Utrecht zegt geen masteropleiding te gaan volgen, nu het kabinet de basisbeurs voor masterstudenten wil afschaffen.
Dat blijkt uit een enquête van de stichting OER, een studentenorganisatie die onderzoek doet naar de kwaliteit van het onderwijs aan de Universiteit Utrecht. Er werden 214 bachelorstudenten en 438 masterstudenten ondervraagd.
De student-onderzoekers wilden weten welke invloed de kabinetsplannen hebben op de keuze voor een masteropleiding. Van de bachelorstudenten zegt 36 procent de plannen niet te wijzigen, maar wel sneller te gaan studeren.
De onderzoekers ondervroegen ook de huidige masterstudenten. Zouden zij een andere keuze hebben gemaakt, als het kabinet het leenstelsel voor de master al had ingevoerd? Eén op de tien zegt in dat geval niet aan een master te zijn begonnen. Nog eens tien procent zou sneller hebben gestudeerd.
Het verschil tussen de antwoorden van bachelor- en masterstudenten komt misschien doordat “masterstudenten nu ervaren wat hun master precies inhoudt en dat deze toch niet voldoet aan hun verwachtingen, terwijl bachelorstudenten deze ervaring nog niet hebben”, speculeren de onderzoekers.
Een grote meerderheid van de ondervraagde studenten zegt geen andere masterkeuze te maken onder invloed van de kabinetsplannen. Ongeveer één op de twintig studenten overweegt vanwege het verdwijnen van de basisbeurs een master in het buitenland te gaan volgen.
Voorspelling
“Het pand moet op 1 juni 2010 klaar zijn. Dan kunnen de eerste bedrijven verhuizen. Op 1 juli zullen ze er allemaal zitten”, voorspelde directeur Delft Enterprise Paul Althuis in november vorig jaar. Kort ervoor had de TU Delft het zogenaamde Bandridge-gebouw voor 18,5 miljoen euro gekocht.
Afhaken
Dat gebouw kwam ineens beschikbaar als mogelijk nieuwe locatie voor de Delftse starters omdat de beoogde huurder ineens afhaakte. Daardoor waren er een bouwer, een afnemer, een ontwikkelaar, maar geen huurder. Plus een gebouw dat nog niet was afgebouwd en waarvan de bouw stil lag. Onderzoek leerde vervolgens dat het gebouw voor YesDelft geschikt te maken was.
Lange vorstperiode
Dat de datum van 1 juli niet kon worden gehaald, was in november niet te voorspellen. “We hebben afgelopen winter een ongewoon lange vorstperiode gehad”, verklaart projectmanager nieuwbouw Cees van Laren. “In totaal heeft het werk ongeveer zes weken stilgelegen. Gelukkig lukt het de bouwer nog net om voor de bouwvak het gebouw op te leveren, zodat we er met een maand vertraging in kunnen. Op 1 augustus zijn ze allemaal over.”
Ruimtegebrek
Dat is ook hard nodig. YesDelft heeft dringend ruimte nodig voor de ruim vijftig bedrijven. Het pand aan de Rotterdamseweg 145 zat al vol. Bijgehuurde ruimte aan de Rotterdamseweg 380 was ook al vol en er werd bijgehuurd aan de Leeghwaterstraat.
Faciliteiten
In de nieuwe situatie krijgen de al zittende bedrijven niet alleen meer ruimte. Er is ook weer ruimte voor nieuwe bedrijven en er zijn betere voorzieningen dan aan de Rotterdamseweg. Het gaat onder meer om een fablab, een geavanceerde werkplaats met onder meer 3D-copier en klusruimten voor prototypes. Daarnaast worden de starters van de doorgroeiers gescheiden.
Comments are closed.