Education

Student geeft ‘kleine kwaliteit’ een 6,5

De waardering van studenten voor de logistieke kwaliteit op de TU Delft is in 2005 licht gestegen: universiteitsbreed een 6,5 in plaats van een 6,3.

De waardering varieert per opleiding van een 5,9 (bouwkunde) tot een 7 (materiaalkunde). Net als vorig jaar scoren kleine opleidingen als elektrotechniek (6,5) en technische aardwetenschappen (6,9) beter dan grote opleidingen als bouwkunde en IO. Universiteitsbreed scoren de computers en de openingstijden van gebouwen het hoogst (7,1). Hekkensluiters zijn de studentenhuisvesting en de ondersteuning van studenten die in het buitenland willen studeren (5,9).

Alle TU-studenten werden in september 2005 benaderd om de vragenlijst in te vullen: uiteindelijk lag de respons op ruim 37 procent van de 12.986 studenten. Het gaat om een driejarig onderzoek. In 2004 bracht een extern bureau in opdracht van de TU Delft voor het eerst uitgebreid in kaart hoe de student de kwaliteit beoordeelt van zaken als de computerwerkplekken, de studieadviseurs, de onderwijsroosters en de studentenhuisvesting.

Vorig jaar kwam het college van bestuur met een ambitieuze doelstelling: in 2006 moest de waardering een acht bedragen. Uit bijvoorbeeld de Elsevier-enquête bleek dat de TU Delft op logistieke kwaliteit vrij matig scoorde. Ondanks alle inspanningen . zo is bijvoorbeeld de naleving van de nakijktijd van de tentamens in 2005 sterk verbeterd. lijkt die 8 nog ver weg. Toch zegt Trijntje Kraak, projectleider van de TU-werkgroep logistieke kwaliteit, niet teleurgesteld te zijn. “Ik vermoed dat er sprake is van een ‘NS-effect’: de kwaliteit is gestegen, maar dat vertaalt zich pas later in een veel hogere waardering. Een 8 lijkt in 2007 nog niet haalbaar, maar we zitten op de goede weg. Collegelid Paul Rullmann zei in een reactie dat logistieke kwaliteit nu overal hoog op de agenda’s staat.”

“Dankzij dit onderzoek kunnen opleidingen van jaar tot jaar precies bepalen op welke punten hun beleid vruchten afwerpt en waar het beleid bijgestuurd moet worden”, zegt Niset Schlotter, trekker van de werkgroep monitoring. “Het is niet voor niets dat opleidingen al weken informeren naar de uitkomsten.”

Ook de studentenraad is bijzonder geïnteresseerd in de uitkomsten. “Vanaf de fase van het opstellen van de vragenlijst tot het praten met studenten in focusgroepen zijn we nauw bij het onderzoek betrokken”, vertelt Arjanna van der Plas (AAG). “Dit onderzoek zit methodologisch veel beter in elkaar dan de Elsevier-enquête en de uitkomsten zijn dus betrouwbaarder. Dat maakt het ook moeilijker voor opleidingen om ze te bagatelliseren.”

Trijntje Kraak zegt blij te zijn met de lichte stijging in de waardering voor de faciliteiten van de grotere faculteiten. “De score van de kleinere opleidingen is iets beter, maar die vergelijking is niet helemaal fair. Bij een kleine opleiding is het bijvoorbeeld veel makkelijker om alle studenten te bereiken als een tentamen niet doorgaat.” (JP)

De waardering varieert per opleiding van een 5,9 (bouwkunde) tot een 7 (materiaalkunde). Net als vorig jaar scoren kleine opleidingen als elektrotechniek (6,5) en technische aardwetenschappen (6,9) beter dan grote opleidingen als bouwkunde en IO. Universiteitsbreed scoren de computers en de openingstijden van gebouwen het hoogst (7,1). Hekkensluiters zijn de studentenhuisvesting en de ondersteuning van studenten die in het buitenland willen studeren (5,9).

Alle TU-studenten werden in september 2005 benaderd om de vragenlijst in te vullen: uiteindelijk lag de respons op ruim 37 procent van de 12.986 studenten. Het gaat om een driejarig onderzoek. In 2004 bracht een extern bureau in opdracht van de TU Delft voor het eerst uitgebreid in kaart hoe de student de kwaliteit beoordeelt van zaken als de computerwerkplekken, de studieadviseurs, de onderwijsroosters en de studentenhuisvesting.

Vorig jaar kwam het college van bestuur met een ambitieuze doelstelling: in 2006 moest de waardering een acht bedragen. Uit bijvoorbeeld de Elsevier-enquête bleek dat de TU Delft op logistieke kwaliteit vrij matig scoorde. Ondanks alle inspanningen . zo is bijvoorbeeld de naleving van de nakijktijd van de tentamens in 2005 sterk verbeterd. lijkt die 8 nog ver weg. Toch zegt Trijntje Kraak, projectleider van de TU-werkgroep logistieke kwaliteit, niet teleurgesteld te zijn. “Ik vermoed dat er sprake is van een ‘NS-effect’: de kwaliteit is gestegen, maar dat vertaalt zich pas later in een veel hogere waardering. Een 8 lijkt in 2007 nog niet haalbaar, maar we zitten op de goede weg. Collegelid Paul Rullmann zei in een reactie dat logistieke kwaliteit nu overal hoog op de agenda’s staat.”

“Dankzij dit onderzoek kunnen opleidingen van jaar tot jaar precies bepalen op welke punten hun beleid vruchten afwerpt en waar het beleid bijgestuurd moet worden”, zegt Niset Schlotter, trekker van de werkgroep monitoring. “Het is niet voor niets dat opleidingen al weken informeren naar de uitkomsten.”

Ook de studentenraad is bijzonder geïnteresseerd in de uitkomsten. “Vanaf de fase van het opstellen van de vragenlijst tot het praten met studenten in focusgroepen zijn we nauw bij het onderzoek betrokken”, vertelt Arjanna van der Plas (AAG). “Dit onderzoek zit methodologisch veel beter in elkaar dan de Elsevier-enquête en de uitkomsten zijn dus betrouwbaarder. Dat maakt het ook moeilijker voor opleidingen om ze te bagatelliseren.”

Trijntje Kraak zegt blij te zijn met de lichte stijging in de waardering voor de faciliteiten van de grotere faculteiten. “De score van de kleinere opleidingen is iets beter, maar die vergelijking is niet helemaal fair. Bij een kleine opleiding is het bijvoorbeeld veel makkelijker om alle studenten te bereiken als een tentamen niet doorgaat.” (JP)

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.