Sport

Een dag eerder veroverde ook Ariston’80 thuis tegen VVK haar eerste punt (2-2). De Schiedammers begonnen als een wervelwind, verhaalt Ariston’80-coach Arjan van der Meijde: “Het is een zeer fitte en dynamische ploeg. Ik ben wel tevreden met een punt tegen zo’n goede tegenstander.” Na de Schiedamse openingstreffer luwde de storm enigszins en kon de thuisploeg de wedstrijd naar zich toetrekken. David Brakkenhoff en de Nigeriaan Jerry Onuche zetten Ariston op 2-1. In de slotfase maakten de bezoekers alsnog gelijk (2-2). De verhoudingen in de voornamelijk Rotterdamse poule tekenen zich volgens Van der Meijde langzaam af: “VDL en Lombardijen steken er bovenuit. Daarachter zit een groep mogelijke subtoppers, waar wij graag bij willen horen.”
Voor de hockeyers lijkt de competitiestart iets te vroeg te zijn gekomen. De standaardteams van zowel DSHC (corps) als Dopie (Virgiel) begonnen de strijd om de punten zondag met een nederlaag. De dames maakten het hierbij wel erg bont. De corpsvrouwen werden in Zwijndrecht met 6-0 overrompeld door Derby. Dopie deed het thuis niet veel beter tegen IJssel: 0-4. De Virgiliaanse vrouwen konden vervolgens langs de zijlijn toezien hoe hun mannenbroeders tegen Noordwijk tegen een nipte nederlaag (1-2) aanliepen. Ook heren-1 van DSHC, dat in Breda tegen Zwart-Wit aantrad, verloor met één doelpunt verschil (5-4).
Het NSK tijdrijden werd dit jaar georganiseerd door studentenwielervereniging Wtos. Het circa zeven kilometer lange parkoers langs de Nieuwe Waterweg tussen Maassluis en Hoek van Holland bestond uit twee lange rechte stukken en twee korte passages met technisch lastige bochten. Het grootste veld werd zaterdag gevormd door de heren licentiehouders, waarin Wtos’ers zelf geen rol van betekenis speelden. Snelste Delftenaar was René Borst, wiens tijd over drie rondjes (30:17.24) tweeënhalve minuut achterbleef bij die van overtuigend winnaar Jasper Hamelink. Voor de dames licentiehouders schreven zich slechts zes deelneemsters in. Toch lukte het Debbie Ammerlaan niet om een podiumplaats te bemachtigen. “Ik had wel wat meer snelheid willen hebben, maar kennelijk heb ik zaterdag niet hard genoeg getrapt”, aldus de nuchtere TU-studente die met haar tijd van 21:46.65 (over twee rondjes) ruim anderhalve minuut trager was dan winnares Nynke Troelstra. Bij de heren zonder licentie veroverde Rob Lokate van Wtos goud door met 29:24.80 de snelste tijd neer te zetten. Wedstrijdcommissaris Martin Janssen verheugde zich over de bijna vijftig inschrijvingen voor het kampioenschap, dat even niet door leek te kunnen gaan. “De vergunning was al binnen, maar woensdag kreeg ik een belletje dat er te weinig politie beschikbaar was. Ik heb een halve dag aan de telefoon gehangen om afgelasting te voorkomen.”

De TU is, samen met de universiteiten van Dresden (Duitsland) en Dundee (Groot-Brittannië), een uitwisselingsprogramma gestart met een groep Australische universiteiten. De Europese Unie en de Australische overheid subsidiëren het ticket en verblijf van vijfenveertig Europese studenten in Australië. Eenzelfde aantal Australiërs komt in Europa studeren.
“Delft mag vijftien studenten sturen”, aldus de initiatiefnemer van de uitwisseling, dr.ir. Jasper Verberk (Civiele Techniek en Geowetenschappen). Studenten van alle Delftse faculteiten kunnen zich inschrijven, mits ze zich met water bezighouden. Mogelijk kunnen zelfs meer studenten afreizen. “De andere twee Europese universiteiten zijn veel kleiner. De plekken die zij niet vullen, mogen wij gebruiken.”
Verberk, die zelf enige tijd in Australië werkte, diende het voorstel voor de subsidie in omdat hij denkt dat Europeanen en Australiërs veel van elkaar kunnen leren op watergebied. “De problematiek is heel anders. Kortweg heeft Australië een tekort aan water en Europa heeft water in overvloed”, zegt Verberk. “Het verbreedt de horizon van de studenten als ze eens aan de andere kant gaan kijken.”
In de subsidiepot zit ook geld voor medewerkers. Zij mogen drie weken naar Australië om samen te werken met onderzoekers daar. “We willen met die contacten zorgen dat we, ook na de subsidieperiode van drie jaar, door kunnen gaan met het programma.”
Verberk kreeg inmiddels drie aanvragen van studenten. De eerste, David Moed (vierdejaars CiTG) vertrekt in februari van volgend jaar. De eerste officiële aanvraag van medewerkers moet nog komen. Verberk: “Maar veel van mijn directe collega’s hebben al interesse getoond. Ik heb ineens veel vrienden.”