‘Sommige studenten weten alleen wat ze niet willen’

Uitzendwerk, detachering, traineeship, promotie of gewoon de vaste baan. Het kan allemaal na je TU-studie. Maar wat wil je zelf? En ben je daar wel geschikt voor? Studenten die niet weten hoe het na hun studie verder moet, kunnen sinds kort terecht bij het Studentenadviesbureau (Stad). Daar krijgen ze van een van de decanen een persoonlijk loopbaanadvies. Vroeger konden studenten alleen naar de studieadviseur met hun toekomstproblemen.

In een gesprek met de student probeert de studentendecaan te achterhalen waar zijn interesses, ambities en talenten liggen. Soms adviseert Stad de student een vervolgopleiding of training te gaan doen. Studentendecaan drs. Caroline Scheepmaker: ,,We zijn een soort van begeleid-informatiecentrum.”

Sommige studenten die bij Stad aankloppen, weten helemaal niet wat ze willen. ,,Ze weten vaak beter wat ze niet willen”, zo is de ervaring van Scheepmaker. Samen proberen de decaan en de student een richting te vinden. ,,Het kan enorm veel rust geven als mensen weten wat ze na hun afstuderen gaan doen.”

Andere studenten weten wel wat ze willen, maar niet bij welk bedrijf. En hoe pakken ze dat aan, solliciteren? Stad verstrekt zulke studenten allerlei informatie over toekomstige loopbanen. Op internet staan bijvoorbeeld veel vacatures, bedrijfsgegevens en sollicitatietips. Maar dat moet je wel weten te vinden. De studentendecanen helpen daarbij. Ook het Intermediair-jaarboek is een belangrijke bron van informatie, omdat bedrijven daarin vertellen wat voor soort mensen ze willen hebben.

Omdat bedrijven schreeuwen om technici, kloppen ze ook zelf vaak bij Scheepmaker aan. ,,Bedrijven vertellen mij graag hoe goed ze zijn en dat ze keihard techneuten nodig hebben.” Om een objectief beeld te krijgen, gaat Scheepmaker geregeld zelf naar de bedrijven toe om ter plekke iets van de bedrijfscultuur te ervaren. Omdat ze op deze manier heel veel bedrijven ziet, kan zij ze onderling vergelijken.
Pit

Sommige studenten die bij Stad aankloppen, komen gewoon niet door de sollicitatieronden heen, ook al zijn er nog zoveel banen. Scheepmaker gaat dan op haar eigen gevoel af: ,,Hoe komt zo iemand op mij over?” Zijn persoonlijkheid kan de pas afgestudeerde in de weg zitten. Maar het komt ook voor dat iemand solliciteert op de banen waar hij niet geschikt voor is, of veel te hoge salariseisen stelt.

De studentendecanen krijgen ook minder zware problemen op hun bord. Een veelgehoorde vraag bij Stad is bijvoorbeeld of het erg is om na je afstuderen eerst twee maanden niets te doen. Scheepmaker: ,,’Bedrijven zoeken mensen met pit dus je moet je keuze wel kunnenverantwoorden’, zeg ik dan tegen zo’n student. Dit kan zijn dat je je studie in recordtijd hebt afgerond.”

,,Na mijn studie wilde ik graag tijdelijk in het buitenland werken maar wist niet hoe ik zo’n baan kon vinden”, vertelt ir. Carl Thijssen, pas afgestudeerd in de informatica. Via Scheepmaker, die hij nog kende als studieadviseur van TWI, kwam hij bij de loopbaanoriëntatie van het Stad terecht. ,,Na een gesprek ben ik daar weer vertrokken met een hele grote tas met gidsen en folders van bedrijven.” Vervolgens klopte Thijssen bij een paar bedrijven aan, die hij beter wilde leren kennen. Hij voert nu oriëntatiegesprekken met die bedrijven.

Uitzendwerk, detachering, traineeship, promotie of gewoon de vaste baan. Het kan allemaal na je TU-studie. Maar wat wil je zelf? En ben je daar wel geschikt voor? Studenten die niet weten hoe het na hun studie verder moet, kunnen sinds kort terecht bij het Studentenadviesbureau (Stad). Daar krijgen ze van een van de decanen een persoonlijk loopbaanadvies. Vroeger konden studenten alleen naar de studieadviseur met hun toekomstproblemen.

In een gesprek met de student probeert de studentendecaan te achterhalen waar zijn interesses, ambities en talenten liggen. Soms adviseert Stad de student een vervolgopleiding of training te gaan doen. Studentendecaan drs. Caroline Scheepmaker: ,,We zijn een soort van begeleid-informatiecentrum.”

Sommige studenten die bij Stad aankloppen, weten helemaal niet wat ze willen. ,,Ze weten vaak beter wat ze niet willen”, zo is de ervaring van Scheepmaker. Samen proberen de decaan en de student een richting te vinden. ,,Het kan enorm veel rust geven als mensen weten wat ze na hun afstuderen gaan doen.”

Andere studenten weten wel wat ze willen, maar niet bij welk bedrijf. En hoe pakken ze dat aan, solliciteren? Stad verstrekt zulke studenten allerlei informatie over toekomstige loopbanen. Op internet staan bijvoorbeeld veel vacatures, bedrijfsgegevens en sollicitatietips. Maar dat moet je wel weten te vinden. De studentendecanen helpen daarbij. Ook het Intermediair-jaarboek is een belangrijke bron van informatie, omdat bedrijven daarin vertellen wat voor soort mensen ze willen hebben.

Omdat bedrijven schreeuwen om technici, kloppen ze ook zelf vaak bij Scheepmaker aan. ,,Bedrijven vertellen mij graag hoe goed ze zijn en dat ze keihard techneuten nodig hebben.” Om een objectief beeld te krijgen, gaat Scheepmaker geregeld zelf naar de bedrijven toe om ter plekke iets van de bedrijfscultuur te ervaren. Omdat ze op deze manier heel veel bedrijven ziet, kan zij ze onderling vergelijken.
Pit

Sommige studenten die bij Stad aankloppen, komen gewoon niet door de sollicitatieronden heen, ook al zijn er nog zoveel banen. Scheepmaker gaat dan op haar eigen gevoel af: ,,Hoe komt zo iemand op mij over?” Zijn persoonlijkheid kan de pas afgestudeerde in de weg zitten. Maar het komt ook voor dat iemand solliciteert op de banen waar hij niet geschikt voor is, of veel te hoge salariseisen stelt.

De studentendecanen krijgen ook minder zware problemen op hun bord. Een veelgehoorde vraag bij Stad is bijvoorbeeld of het erg is om na je afstuderen eerst twee maanden niets te doen. Scheepmaker: ,,’Bedrijven zoeken mensen met pit dus je moet je keuze wel kunnenverantwoorden’, zeg ik dan tegen zo’n student. Dit kan zijn dat je je studie in recordtijd hebt afgerond.”

,,Na mijn studie wilde ik graag tijdelijk in het buitenland werken maar wist niet hoe ik zo’n baan kon vinden”, vertelt ir. Carl Thijssen, pas afgestudeerd in de informatica. Via Scheepmaker, die hij nog kende als studieadviseur van TWI, kwam hij bij de loopbaanoriëntatie van het Stad terecht. ,,Na een gesprek ben ik daar weer vertrokken met een hele grote tas met gidsen en folders van bedrijven.” Vervolgens klopte Thijssen bij een paar bedrijven aan, die hij beter wilde leren kennen. Hij voert nu oriëntatiegesprekken met die bedrijven.