Campus

Slappe grappen

De toneelbewerking van Jules Verne’s ‘De reis om de wereld in 80 dagen’ van het Zuidelijk Toneel zit vol clichés en flauwe woordgrappen. Zelfs cabaretier Bert Visscher, NUHR en spectaculaire acrobaten kunnen de voorstelling niet redden.

In een chique Engelse herenclub schept Phileas Fogg op tijdens het kaarten. Hij voorspelt in tachtig dagen rond de wereld te reizen. Zijn tafelgenoot vraagt of hij daar om durft te wedden. Fogg gaat de weddenschap aan. Zo geeft het Zuidelijk Toneel het beroemde begin van het befaamde boek van Jules Verne weer. Maar in de toneelbewerking gebeurt er meer. Bert Visscher speelt Passepartout, de knecht van Fogg. Zijn elastische en rood van opwinding geworden gezicht toont dat hij vindt dat zijn meester de weddenschap niet aan moet nemen. Het geeft een nieuw komisch en opgefokt tintje aan het begin.
Bert Visscher is in alles de tegenpool van de saaie gentleman Fogg. Visscher is een schreeuwlelijk en een opgewonden standje. De rol van tegendraadse knecht is hem op het lijf geschreven. Daarvoor hoeft hij niet eens in de huid van een ander te kruipen. Want Bert Visscher speelt, dankzij een kunstgreep van de regie, niemand anders dan zichzelf.

In het begin van het toneelstuk discussieert hij met zijn geliefde over het krijgen van een kind. Visscher wil er niet aan en zij wil hem daarom verlaten. Hij moet maar eens rustig nadenken. De Veerman (Viggo Waas), een donkere verschijning, weet wel waar Visscher rust vindt. Hij neemt hem mee op een reis door de tijd, die hem bij de herenclub van Fogg brengt. Daar wordt Visscher de knecht van Fogg, omdat hij werk zoekt. Daardoor is hij naast zichzelf ook tegelijkertijd de knecht Passepartout. Een oplossing die geforceerd aan doet.

Maar het gaat uiteindelijk natuurlijk om de reis, die Verne zo beeldend beschreef. De aankleding is indrukwekkend en trekt de kijker het avontuur in. Neem de treinreis in het begin van het stuk. De acteurs rijden over het toneel in karretjes, die ze met een afstandsbediening besturen. Samen stellen de karretjes de treincompartimenten voor. In de trein zit naast Fogg, ook detective Fix (Joep van Deudekom). Hij volgt Fogg, omdat hij hem verdenkt van diefstal.

Helaas is het spel lang niet zo spectaculair als het decor. Dat komt vooral door de gemakzuchtige grappen. Zo wordt Fix een aantal keren in zijn kruis gegrepen, waarbij een piepend toetertje klinkt. Maar de woordgrappen vormen het dieptepunt van de voorstelling. Visscher wil op een gegeven moment weten of er een hotel van Van der Valk in de buurt is. En vraagt dan of hij daar ‘naartoe kan’ – een verwijzing naar het teken van de hotelketen. De voorstelling zit helaas vol met dit soort flauwe woordgrappen.
De clichématige weergave van de landen die de reizigers aan doen, maakt het verhaal er al niet beter op. In India belanden ze op de set van een pornofilm, omdat de kamasutra daar vandaan komt. Ook hier wordt gekozen voor gemakzucht: een assistent spreekt met zwaar Indiaas accent, wat grappig moet zijn. Fogg en Visscher redden de vrouw die de hoofdrol in de film speelt. De clichés stapelen zich op in de rest van de voorstelling: in China zitten de acteurs flink aan de opium en in Amerika schieten wilde cowboys mensen dood.

Ondertussen trekt Bert Visscher de meest gekke bekken. Wie in een melige bui is, kan daar waarschijnlijk hartelijk om lachen. Eigenlijk komt de voorstelling door de slechte bewerking, de clichématige weergave en de gezapige woordgrappen geen moment van de grond. Een roze piemel van vier meter waar rook uitkomt, kan de opvoering ook niet redden.
Alleen de acrobaten zijn indrukwekkend. Hangend in witte touwen kronkelen ze spectaculair in de lucht door en over elkaar heen. Een van hen stapelt ook nog stoelen op elkaar, bijna tot in de nok van het theater. Helaas blijft het spektakel van dit stuk beperkt tot hun betoverende fratsen. 

‘De Reis om de wereld in 80 dagen’ door Het Zuidelijk Toneel (i.s.m. Bert Visscher en NUHR) is nog tot en met 17 januari te zien in Groningen, Amsterdam en Utrecht.
www.hzt.nl

Bij economische neergang hebben studenten vanouds de neiging langer over hun studie te doen in de hoop dat ze later alsnog hun gedroomde baan kunnen bemachtigen. Economisch psycholoog professor Fred van Raaij van de Universiteit van Tilburg voorspelt dat effect ook nu: “Door de bachelor-masterstructuur zijn veel studenten sowieso sneller klaar en voelen ze zich vaak te jong voor hun eerste baan. Door de crisis zal de neiging om een extra masteropleiding te volgen alleen maar toenemen.” Maar is dat wel verstandig?

Bas Teepe (YER):
“Eén, twee jaar geleden zeiden studenten nog wel: ik ga eerst eens een rondreis maken na mijn studie. Kijk daar mee uit. Misschien is het beter dat je de eerste baan die voorbijkomt accepteert. Want over een half jaar kan die baan er misschien niet meer zijn. Lukt het niet om direct een baan te vinden, gebruik die tijd dan om een aanvullende stage of iets dergelijks te volgen.”

Alexander Rinnooy Kan (SER):
“Als je snel gestudeerd hebt, en je bent nog vrij jong, kun je met een tweede studie of masteropleiding extra competenties opdoen. Zo’n dubbele mastertitel oogt tenslotte mooi op je cv. Voor sommigen is een promotieonderzoek een kansrijke tussenstap. Anderen hebben al een flink aantal jaren gestudeerd, of moeten aan de slag omdat ze geen geld hebben. Dan is er reden om het net wat wijder uit te gooien en te kijken of je een plek op de arbeidsmarkt kunt vinden buiten je directe voorkeur.”

Jim Allen (ROA): “In de praktijk zie je dat men onder deze omstandigheden langer doorstudeert. Ik zou adviseren het niet alleen om de crisis te doen. Als je al overweegt om door te studeren is het zeker geen slechte keuze. Maar anders kun je beter je kansen grijpen op de arbeidsmarkt.”

Willem Vermeend (oud-staatssecretaris): “Niet doen. Er zijn nog volop vacatures, zeker voor hoogopgeleiden. Wel kun je er iets naast gaan studeren als je in een bepaalde sector niet aan de slag komt. Maar ga zeker niet afwachten: dan loopt het verkeerd af.”

Peter de Wit (Shell Nederland):
“Iemand die wil werken, gaat voor een baan. Die zal dan misschien genoegen nemen met iets waar hij een paar jaar eerder niet voor had gekozen. De mensen die echt willen doorstuderen zullen dat doen. Hierin een advies geven lijkt me riskant. Het is nogal persoonlijk. Studenten moeten er wel goed over nadenken.”

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.