Internationale wetenschappelijke kwaliteit wordt het enige criterium voor de selectie van de tien tot twintig universitaire toponderzoekscholen die vanaf 1998 een miljoenenimpuls zullen krijgen.
br />
De vraag welke thema’s minister Ritzen ‘relevant’ vindt zal bij de selectie geen rol spelen. Dat hebben de vereniging van universiteiten (VSNU) en de onderzoeksorganisatie NWO eind december afgesproken.
De universiteiten moeten de komende jaren een budget van honderd miljoen gulden vrijmaken om hun topgroepen te versterken. NWO wordt verantwoordelijk voor de selectie van de toppers. Op dit moment overleggen ze over de precieze procedure.
Het plan voor stimulering was in het najaar bron van spanningen tussen minister Ritzen en het hoger onderwijs. De bewindsman vond dat er niet meer dan tien topscholen mochten komen, terwijl NWO en VSNU mikten op twintig. Tegelijk leek hij zich inhoudelijk met de selectie te willen bemoeien: ook de maatschappelijke en technologische relevantie van onderzoek zou moeten meetellen. Beide standpunten heeft Ritzen inmiddels afgezwakt. Volgens VSNU-directeur dr. F. van Eijkern is er overeenstemming over enkele hoofdpunten: ,,Wetenschappelijke topkwaliteit volgens internationale maatstaven. Dat wordt het criterium”, zegt Van Eijkern. Om die te selecteren, wordt gebruik gemaakt van de vele onderzoeksbeoordelingen die de laatste jaren al zijn opgesteld.
(HOP/F.S.)
Internationale wetenschappelijke kwaliteit wordt het enige criterium voor de selectie van de tien tot twintig universitaire toponderzoekscholen die vanaf 1998 een miljoenenimpuls zullen krijgen.
De vraag welke thema’s minister Ritzen ‘relevant’ vindt zal bij de selectie geen rol spelen. Dat hebben de vereniging van universiteiten (VSNU) en de onderzoeksorganisatie NWO eind december afgesproken.
De universiteiten moeten de komende jaren een budget van honderd miljoen gulden vrijmaken om hun topgroepen te versterken. NWO wordt verantwoordelijk voor de selectie van de toppers. Op dit moment overleggen ze over de precieze procedure.
Het plan voor stimulering was in het najaar bron van spanningen tussen minister Ritzen en het hoger onderwijs. De bewindsman vond dat er niet meer dan tien topscholen mochten komen, terwijl NWO en VSNU mikten op twintig. Tegelijk leek hij zich inhoudelijk met de selectie te willen bemoeien: ook de maatschappelijke en technologische relevantie van onderzoek zou moeten meetellen. Beide standpunten heeft Ritzen inmiddels afgezwakt. Volgens VSNU-directeur dr. F. van Eijkern is er overeenstemming over enkele hoofdpunten: ,,Wetenschappelijke topkwaliteit volgens internationale maatstaven. Dat wordt het criterium”, zegt Van Eijkern. Om die te selecteren, wordt gebruik gemaakt van de vele onderzoeksbeoordelingen die de laatste jaren al zijn opgesteld.
(HOP/F.S.)
Comments are closed.