De rector van de Staatscademie voor Kunsten en Architectuur te Jekaterinenburg (Oeral) zou bij de rector magnificus van de TU bezwaar hebben ingediend wegens ongeautoriseerd gebruik van teksten uit Russische publicaties.
De beschuldigingen rechtvaardigen volgens de commissie van promoties tot dusverre geen maatregelen.
Delta werd met een e-mail op de hoogte gesteld van de Russische brief. Maar de rector heeft nog niets ontvangen. “We zien het tegemoet,” verklaart rector magnificus prof.dr.ir. Jacob Fokkema. “Tot nu toe is onze informatie dat de klachten over niet-juiste referenties niet op plagiaat wezen. Maar volledigheid is van belang voor een afgewogen oordeel.” Conrector prof.dr. Geert Jan Olsder reageert: “Citaten van twee tot drie zinnen verontrusten ons. Maar ik verwacht niet dat de commissie voor promoties de zaak op de spits zal drijven.”
De klachten gaan over het proefschrift ‘Avant-garde between East and West’ van dr. Tatyana Budantseva, die op 17 november aan de faculteit Bouwkunde gepromoveerd is.
Budantseva zou grote fragmenten hebben overgenomen uit andere boeken, zonder aanhalingstekens en bronvermeldingen. Dat schrijft ene Olga Tuchs in een brief aan Delta. De naam blijkt een pseudoniem te zijn van Maria Makogonova, verbonden aan het Staatsmuseum van de Geschiedenis van St. Petersburg.
Promotor prof.dr. Franziska Bollerey reageert wat lacherig op de aantijgingen. De eerste beschuldigingen dateren al van vorig najaar, nog voordat het proefschrift gepubliceerd was. De initiatiefnemer was dr. Ivan Newzgodin, een oud-promovendus van Bollerey, die promovendus Budantseva beschuldigde van slordige citaten in eerder werk. Het college van promoties zag daarin – na overleg met de promovenda en op basis van het concept proefschrift – geen aanleiding tot uitstel van de promotie, dat op 17 december zou plaatsvinden.
Begin februari overhandigde Newzgodin een stapel fotokopieën aan Bouwkundedecaan prof.ir. Wytze Patijn. Het waren kopieën uit het proefschrift en kopieën uit Russische boeken. De stapel belandde bij dr. O. Mačel, die het Russisch machtig is. Over de aangegeven overeenkomsten zegt hij: “De aangetroffen passages zijn korte passages over feitelijkheden. Het zijn encyclopedische of bibliografische gegevens die nauwelijks anders te verwoorden zijn. Zoals: ‘deze vesting is van 1634’. De fragmenten zijn twee tot drie zinnen lang.” Anders dan beweerd werd, zijn de geciteerde werken volgens Mačel wel in de literatuurlijst opgenomen.
Opgelucht door deze uitkomst werd een op 11 februari gepland crisisberaad tussen conrector Olsder, rector magnificus Fokkema, decaan Patijn en promotor Bollerey afgelast.
Maar nu dient zich dus het derde bedrijf aan in deze Russenruzie in de vorm van een onder pseudoniem geschreven brief aan universiteitskrant Delta, doorgestuurd door een vriend van Newzgodin. “Jezus, Maria, Jozef,” reageert Mačel wanneer hij dat hoort. Hij maakt zich boos over wat hij noemt de ‘broodnijd’ tussen de Russische doctors. (JW)
,Naschrift
Op 23 december 2008 heeft het CvB op advies van de Commissie wetenschappelijke integriteit besloten, dat in het proefschrift enkele rectificaties moeten worden aangebracht. Hieraan is gevolg gegeven, meldt ons Mr. Jan Nuijten, hoofd juridische zaken van de TU.
Delta werd met een e-mail op de hoogte gesteld van de Russische brief. Maar de rector heeft nog niets ontvangen. “We zien het tegemoet,” verklaart rector magnificus prof.dr.ir. Jacob Fokkema. “Tot nu toe is onze informatie dat de klachten over niet-juiste referenties niet op plagiaat wezen. Maar volledigheid is van belang voor een afgewogen oordeel.” Conrector prof.dr. Geert Jan Olsder reageert: “Citaten van twee tot drie zinnen verontrusten ons. Maar ik verwacht niet dat de commissie voor promoties de zaak op de spits zal drijven.”
De klachten gaan over het proefschrift ‘Avant-garde between East and West’ van dr. Tatyana Budantseva, die op 17 november aan de faculteit Bouwkunde gepromoveerd is.
Budantseva zou grote fragmenten hebben overgenomen uit andere boeken, zonder aanhalingstekens en bronvermeldingen. Dat schrijft ene Olga Tuchs in een brief aan Delta. De naam blijkt een pseudoniem te zijn van Maria Makogonova, verbonden aan het Staatsmuseum van de Geschiedenis van St. Petersburg.
Promotor prof.dr. Franziska Bollerey reageert wat lacherig op de aantijgingen. De eerste beschuldigingen dateren al van vorig najaar, nog voordat het proefschrift gepubliceerd was. De initiatiefnemer was dr. Ivan Newzgodin, een oud-promovendus van Bollerey, die promovendus Budantseva beschuldigde van slordige citaten in eerder werk. Het college van promoties zag daarin – na overleg met de promovenda en op basis van het concept proefschrift – geen aanleiding tot uitstel van de promotie, dat op 17 december zou plaatsvinden.
Begin februari overhandigde Newzgodin een stapel fotokopieën aan Bouwkundedecaan prof.ir. Wytze Patijn. Het waren kopieën uit het proefschrift en kopieën uit Russische boeken. De stapel belandde bij dr. O. Mačel, die het Russisch machtig is. Over de aangegeven overeenkomsten zegt hij: “De aangetroffen passages zijn korte passages over feitelijkheden. Het zijn encyclopedische of bibliografische gegevens die nauwelijks anders te verwoorden zijn. Zoals: ‘deze vesting is van 1634’. De fragmenten zijn twee tot drie zinnen lang.” Anders dan beweerd werd, zijn de geciteerde werken volgens Mačel wel in de literatuurlijst opgenomen.
Opgelucht door deze uitkomst werd een op 11 februari gepland crisisberaad tussen conrector Olsder, rector magnificus Fokkema, decaan Patijn en promotor Bollerey afgelast.
Maar nu dient zich dus het derde bedrijf aan in deze Russenruzie in de vorm van een onder pseudoniem geschreven brief aan universiteitskrant Delta, doorgestuurd door een vriend van Newzgodin. “Jezus, Maria, Jozef,” reageert Mačel wanneer hij dat hoort. Hij maakt zich boos over wat hij noemt de ‘broodnijd’ tussen de Russische doctors. (JW)
Delta werd met een e-mail op de hoogte gesteld van de Russische brief. Maar de rector heeft nog niets ontvangen. “We zien het tegemoet,” verklaart rector magnificus prof.dr.ir. Jacob Fokkema. “Tot nu toe is onze informatie dat de klachten over niet-juiste referenties niet op plagiaat wezen. Maar volledigheid is van belang voor een afgewogen oordeel.” Conrector prof.dr. Geert Jan Olsder reageert: “Citaten van twee tot drie zinnen verontrusten ons. Maar ik verwacht niet dat de commissie voor promoties de zaak op de spits zal drijven.”
De klachten gaan over het proefschrift ‘Avant-garde between East and West’ van dr. Tatyana Budantseva, die op 17 november aan de faculteit Bouwkunde gepromoveerd is.
Budantseva zou grote fragmenten hebben overgenomen uit andere boeken, zonder aanhalingstekens en bronvermeldingen. Dat schrijft ene Olga Tuchs in een brief aan Delta. De naam blijkt een pseudoniem te zijn van Maria Makogonova, verbonden aan het Staatsmuseum van de Geschiedenis van St. Petersburg.
Promotor prof.dr. Franziska Bollerey reageert wat lacherig op de aantijgingen. De eerste beschuldigingen dateren al van vorig najaar, nog voordat het proefschrift gepubliceerd was. De initiatiefnemer was dr. Ivan Newzgodin, een oud-promovendus van Bollerey, die promovendus Budantseva beschuldigde van slordige citaten in eerder werk. Het college van promoties zag daarin – na overleg met de promovenda en op basis van het concept proefschrift – geen aanleiding tot uitstel van de promotie, dat op 17 december zou plaatsvinden.
Begin februari overhandigde Newzgodin een stapel fotokopieën aan Bouwkundedecaan prof.ir. Wytze Patijn. Het waren kopieën uit het proefschrift en kopieën uit Russische boeken. De stapel belandde bij dr. O. Mačel, die het Russisch machtig is. Over de aangegeven overeenkomsten zegt hij: “De aangetroffen passages zijn korte passages over feitelijkheden. Het zijn encyclopedische of bibliografische gegevens die nauwelijks anders te verwoorden zijn. Zoals: ‘deze vesting is van 1634’. De fragmenten zijn twee tot drie zinnen lang.” Anders dan beweerd werd, zijn de geciteerde werken volgens Mačel wel in de literatuurlijst opgenomen.
Opgelucht door deze uitkomst werd een op 11 februari gepland crisisberaad tussen conrector Olsder, rector magnificus Fokkema, decaan Patijn en promotor Bollerey afgelast.
Maar nu dient zich dus het derde bedrijf aan in deze Russenruzie in de vorm van een onder pseudoniem geschreven brief aan universiteitskrant Delta, doorgestuurd door een vriend van Newzgodin. “Jezus, Maria, Jozef,” reageert Mačel wanneer hij dat hoort. Hij maakt zich boos over wat hij noemt de ‘broodnijd’ tussen de Russische doctors. (JW)
Naschrift
Op 23 december 2008 heeft het CvB op advies van de Commissie wetenschappelijke integriteit besloten, dat in het proefschrift enkele rectificaties moeten worden aangebracht. Hieraan is gevolg gegeven, meldt ons Mr. Jan Nuijten, hoofd juridische zaken van de TU.
Comments are closed.