Education

Reorganisatie gebeurt volgens ‘Eindhovens model’

Een rapport van de Werkgroep Ondersteunende Diensten ging vooraf aan de nu gepresenteerde reorganisatieplannen, waarin 450 banen worden geschrapt.

Hoe lukt het Eindhoven om minder geld uit te geven aan ondersteuning en toch hoger te scoren dan de TU Delft? En zou Delft hetzelfde kunnen doen? Dat zijn kernvragen in het rapport van de Werkgroep Ondersteunende Diensten, dat als uitgangspunt dient voor de reorganisatieplannen.

Het rapport noemt een aantal best practices die kenmerkend zijn voor de succesvolle aanpak in Eindhoven. Financiën, personeel en organisatie, ict en facilitaire diensten vallen in Eindhoven onder één centrale organisatie, de technische ondersteuning voor onderwijs en onderzoek grotendeels ook. De uitvoering is daarentegen niet gecentraliseerd.

Eindhoven telt anderhalf keer zoveel wetenschappers als ondersteuners. De TU Delft wil in drie jaar een vergelijkbaar resultaat bereiken. Een ingrijpende reorganisatie levert sneller rendement op, stelt de werkgroep, maar kent ook nadelen. Er kan ‘grote sociale onrust ontstaan’. Bovendien bestaan er risico’s voor de ‘bestuurbaarheid van de organisatie’ en de ‘continuïteit van onderzoek en onderwijs’. Delft zou bijvoorbeeld veel meer banen moeten schrappen dan Eindhoven destijds om een gunstigere verhouding tussen het aantal dienstverleners en het aantal wetenschappers te realiseren. Ook zou door de lagere mate van standaardisering van ict-voorzieningen hier ‘nu nog meer ondersteunend personeel’ nodig zijn. Over de ‘administratieve processen’ zegt het rapport: ‘Zonder uniformering van processen vormt een personeelsreductie een groot risico voor de continuïteit. Op dit moment is er echter sprake van een grote diversiteit’.

De werkgroep waagt zich niet aan conclusies over de hoeveelheid personeel die de TU Delft nodig heeft om ondersteuning van voldoende kwaliteit te leveren. Het blijkt lastig om te inventariseren welke ondersteuner precies wat doet, tegen welke prijs en met welke meerwaarde. Wel ziet de werkgroep ‘uiteenlopende mogelijkheden ter verbetering van efficiency en effectiviteit’. (JP)

Hoe lukt het Eindhoven om minder geld uit te geven aan ondersteuning en toch hoger te scoren dan de TU Delft? En zou Delft hetzelfde kunnen doen? Dat zijn kernvragen in het rapport van de Werkgroep Ondersteunende Diensten, dat als uitgangspunt dient voor de reorganisatieplannen.

Het rapport noemt een aantal best practices die kenmerkend zijn voor de succesvolle aanpak in Eindhoven. Financiën, personeel en organisatie, ict en facilitaire diensten vallen in Eindhoven onder één centrale organisatie, de technische ondersteuning voor onderwijs en onderzoek grotendeels ook. De uitvoering is daarentegen niet gecentraliseerd.

Eindhoven telt anderhalf keer zoveel wetenschappers als ondersteuners. De TU Delft wil in drie jaar een vergelijkbaar resultaat bereiken. Een ingrijpende reorganisatie levert sneller rendement op, stelt de werkgroep, maar kent ook nadelen. Er kan ‘grote sociale onrust ontstaan’. Bovendien bestaan er risico’s voor de ‘bestuurbaarheid van de organisatie’ en de ‘continuïteit van onderzoek en onderwijs’. Delft zou bijvoorbeeld veel meer banen moeten schrappen dan Eindhoven destijds om een gunstigere verhouding tussen het aantal dienstverleners en het aantal wetenschappers te realiseren. Ook zou door de lagere mate van standaardisering van ict-voorzieningen hier ‘nu nog meer ondersteunend personeel’ nodig zijn. Over de ‘administratieve processen’ zegt het rapport: ‘Zonder uniformering van processen vormt een personeelsreductie een groot risico voor de continuïteit. Op dit moment is er echter sprake van een grote diversiteit’.

De werkgroep waagt zich niet aan conclusies over de hoeveelheid personeel die de TU Delft nodig heeft om ondersteuning van voldoende kwaliteit te leveren. Het blijkt lastig om te inventariseren welke ondersteuner precies wat doet, tegen welke prijs en met welke meerwaarde. Wel ziet de werkgroep ‘uiteenlopende mogelijkheden ter verbetering van efficiency en effectiviteit’. (JP)

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.