Langzaam, maar aarzelend, krijgt de Postgraduate School vorm. De aarzeling zit bij de PAO’s (postacademisch onderwijs) die hun moeizaam verworven onafhankelijkheid op moeten geven.
/strong>
Het college van bestuur heeft het besluit genomen om een Postgraduate School op te zetten. Op dit moment wordt er hard gezocht naar een geschikte directeur.
Doel van de PGS is om hierbinnen het niet-reguliere onderwijs van de faculteiten te concentreren. Bij de stichtingen Post Academisch Onderwijs (PAO’s) is enige aarzeling waar te nemen om in te stappen in de PGS. De PAO’s geven korte cursussen aan ingenieurs, werkzaam in de praktijk, die hen op de hoogte brengen van de laatste ontwikkelingen op hun vakgebied. Volgens prof.drs.ir. J.K. Vrijling moet je deze weifelende houding van de PAO’s in historisch perspectief zien. Hij is hoogleraar waterbouwkunde bij Civiele Techniek en Geowetenschappen en zit in de commissie Postgraduate School. ,,In de tachtiger jaren was postacademisch onderwijs onderdeel van de universiteiten. Daar kwam verandering in door bezuinigingen. De overheid gaf de PAO’s te verstaan dat zij zelfstandig moesten worden en hun eigen inkomsten moesten genereren. De toenmalige medewerkers waren in één klap hun ambtenarenstatus en de daarbij horende rechten kwijt. De afgelopen jaren is het hen gelukt om hun zelfstandige stichtingen kostendekkend krijgen. Deze moeizaam verworven financiële onafhankelijkheid moeten zij weer opgeven als ze gaan deelnemen in de PGS.”
Kostendekkend
Een andere reden voor hun voorzichtige houding is volgens Marloes Nieuwenhuis (directeur van de PAO bij CiTG) de afbakening van de cursusterreinen binnen de PGS. ,,Top Tech bijvoorbeeld zou, net als wij, binnen PGS postacademisch onderwijs moeten verzorgen. In eerste instantie deden zij langere cursustrajecten uiteenlopend van een paar maanden tot een jaar. Hiervoor krijgen ze ook subsidie. De laatste tijd zijn zij eveneens meer korte cursussen gaan geven en dreigen daardoor onze concurrenten te worden. Onze positie is daarbij moeilijker omdat wij geen subsidie krijgen.”
Volgens Vrijling kunnen de PAO’s kostendekkend werken omdat de docenten bereid zijn voor een gering bedrag les te geven. ,,Wij betalen hen slechts 350 gulden per lesuur. Daarvoor moeten ze een syllabus schrijven en een college verzorgen. In feite doen ze het werk voor niets. Het is de vraag of de docenten bij de PGS daartoe ook bereid zijn als collega’s meer betaald krijgen.” Overigens is Vrijling overtuigd dat er veel belangstelling is voor het postacademisch onderwijs. ,,Daarentegen verwacht ik niet % in tegenstelling tot het cvb % dat er met dit type onderwijs geld is te verdienen. Nederlanders zijn gewend, dankzij de vele subsidies, goedkoop onderwijs te krijgen. Ze zijn niet bereid om 20.000 gulden te betalen voor een cursus zoals in de VS. Ik verwacht daarom niet dat de PGS geld zal opleveren.”
,,Geld verdienen is niet het eerste doel van de PGS”, aldus dr. A. Rima, projectleider van de PGS. ,,Het cvb wil, door het creëren van een overkoepelende organisatie als de PGS, helder maken wat de TU aan postacademisch onderwijs biedt. Daar hebben de PAO’s en Top Tech (dat overigens geen subsidie krijgt) ook voordeel van. Te weinig mensen zijn op de hoogte van de cursussen die zij geven omdat zij te versnipperd zijn. De PGS bundelt het aanbod en heeft daarnaast een loketfunctie. Iemand die een bepaalde cursus zoekt kan de PGS meteen doorverwijzen naar de juiste PAO of naar Top Tech. Om die reden zijn wij nu bezig met een PGS-website waar ook voor hun cursusaanbod ruimte is gereserveerd. Zoek je op dit moment op de TU-site, dan zijn deze opleidingen lastig te vinden.”
Daarnaast is het door samenwerking volgens Rima mogelijk om betere voorzieningen te verkrijgen op het terrein van secretariële ondersteuning en cursusfaciliteiten. ,,Natuurlijk kan ik mij voorstellen dat door het wisselende inzicht van beleid de PAO’s wat aarzelend staan tegenover nieuwe veranderingen. Helaas is dat niet anders. In ieder geval blijft hun financiële onafhankelijkheid gehandhaafd en zelf ben ik van mening dat door de PGS de belangstelling voor de cursussen van PAO en Top Tech alleen maar zal groeien.”
Langzaam, maar aarzelend, krijgt de Postgraduate School vorm. De aarzeling zit bij de PAO’s (postacademisch onderwijs) die hun moeizaam verworven onafhankelijkheid op moeten geven.
Het college van bestuur heeft het besluit genomen om een Postgraduate School op te zetten. Op dit moment wordt er hard gezocht naar een geschikte directeur.
Doel van de PGS is om hierbinnen het niet-reguliere onderwijs van de faculteiten te concentreren. Bij de stichtingen Post Academisch Onderwijs (PAO’s) is enige aarzeling waar te nemen om in te stappen in de PGS. De PAO’s geven korte cursussen aan ingenieurs, werkzaam in de praktijk, die hen op de hoogte brengen van de laatste ontwikkelingen op hun vakgebied. Volgens prof.drs.ir. J.K. Vrijling moet je deze weifelende houding van de PAO’s in historisch perspectief zien. Hij is hoogleraar waterbouwkunde bij Civiele Techniek en Geowetenschappen en zit in de commissie Postgraduate School. ,,In de tachtiger jaren was postacademisch onderwijs onderdeel van de universiteiten. Daar kwam verandering in door bezuinigingen. De overheid gaf de PAO’s te verstaan dat zij zelfstandig moesten worden en hun eigen inkomsten moesten genereren. De toenmalige medewerkers waren in één klap hun ambtenarenstatus en de daarbij horende rechten kwijt. De afgelopen jaren is het hen gelukt om hun zelfstandige stichtingen kostendekkend krijgen. Deze moeizaam verworven financiële onafhankelijkheid moeten zij weer opgeven als ze gaan deelnemen in de PGS.”
Kostendekkend
Een andere reden voor hun voorzichtige houding is volgens Marloes Nieuwenhuis (directeur van de PAO bij CiTG) de afbakening van de cursusterreinen binnen de PGS. ,,Top Tech bijvoorbeeld zou, net als wij, binnen PGS postacademisch onderwijs moeten verzorgen. In eerste instantie deden zij langere cursustrajecten uiteenlopend van een paar maanden tot een jaar. Hiervoor krijgen ze ook subsidie. De laatste tijd zijn zij eveneens meer korte cursussen gaan geven en dreigen daardoor onze concurrenten te worden. Onze positie is daarbij moeilijker omdat wij geen subsidie krijgen.”
Volgens Vrijling kunnen de PAO’s kostendekkend werken omdat de docenten bereid zijn voor een gering bedrag les te geven. ,,Wij betalen hen slechts 350 gulden per lesuur. Daarvoor moeten ze een syllabus schrijven en een college verzorgen. In feite doen ze het werk voor niets. Het is de vraag of de docenten bij de PGS daartoe ook bereid zijn als collega’s meer betaald krijgen.” Overigens is Vrijling overtuigd dat er veel belangstelling is voor het postacademisch onderwijs. ,,Daarentegen verwacht ik niet % in tegenstelling tot het cvb % dat er met dit type onderwijs geld is te verdienen. Nederlanders zijn gewend, dankzij de vele subsidies, goedkoop onderwijs te krijgen. Ze zijn niet bereid om 20.000 gulden te betalen voor een cursus zoals in de VS. Ik verwacht daarom niet dat de PGS geld zal opleveren.”
,,Geld verdienen is niet het eerste doel van de PGS”, aldus dr. A. Rima, projectleider van de PGS. ,,Het cvb wil, door het creëren van een overkoepelende organisatie als de PGS, helder maken wat de TU aan postacademisch onderwijs biedt. Daar hebben de PAO’s en Top Tech (dat overigens geen subsidie krijgt) ook voordeel van. Te weinig mensen zijn op de hoogte van de cursussen die zij geven omdat zij te versnipperd zijn. De PGS bundelt het aanbod en heeft daarnaast een loketfunctie. Iemand die een bepaalde cursus zoekt kan de PGS meteen doorverwijzen naar de juiste PAO of naar Top Tech. Om die reden zijn wij nu bezig met een PGS-website waar ook voor hun cursusaanbod ruimte is gereserveerd. Zoek je op dit moment op de TU-site, dan zijn deze opleidingen lastig te vinden.”
Daarnaast is het door samenwerking volgens Rima mogelijk om betere voorzieningen te verkrijgen op het terrein van secretariële ondersteuning en cursusfaciliteiten. ,,Natuurlijk kan ik mij voorstellen dat door het wisselende inzicht van beleid de PAO’s wat aarzelend staan tegenover nieuwe veranderingen. Helaas is dat niet anders. In ieder geval blijft hun financiële onafhankelijkheid gehandhaafd en zelf ben ik van mening dat door de PGS de belangstelling voor de cursussen van PAO en Top Tech alleen maar zal groeien.”
Comments are closed.