In tentoonstellingskas de Oranjerie in de Botanische TuinDelft maken de winterse kuipplanten langzaamaan plaats voor flessen olie, potten met zaden en twintig andere planten.
Vorige week is hier de tentoonstelling ‘Plantaardige oliën’ begonnen, over zo’n 25 verschillende soorten olie.
Nog niet helemaal klaar is Gerard van der Veen, medewerker van de 2,7 hectare grote tuin, die onderdeel is van de faculteit Technische Natuurwetenschappen. Maar even tijd om op een grasveld in het zonnetje toe te lichten waar de tentoonstelling over gaat, heeft hij wel. “Dit is een tuin met technische gewassen, planten met een industriële toepassing”, zegt Van der Veen voor de kassen met exotische planten. “We willen laten zien dat plantaardige oliën eeuwenlang een basisgrondstof zijn voor producten als zeep, verf, drukinkt, crÈmes en smeermiddelen. Lijnolie is zo’n voorbeeld. Deze olie wordt gewonnen uit zaden van vlas en is een bindmiddel in verf en lak. Het maakt het strijkbaar, sterker en de kleur mooier. Tegenwoordig wordt deze olie overigens chemisch nagemaakt.”
Sinds vijftien jaarhoudt de botanische tuin een jaarlijkse tentoonstelling. Het thema olie is zonder specifieke reden gekozen. Toch is biodiesel uit raapolie weer actueel, meent Van der Veen. “Maar toen Rudolf Diesel de dieselmotor uitvond, werd plantaardige olie gebruikt. Het idee om oliën als zonnebloemolie en koolzaadolie voor deze motor te gebruiken is zo oud als de dieselmotor zelf.”
Koolzaad ontbreekt dan ook niet op de tentoonstelling. De zaden van het plantje met gele blaadjes bevatten 40 tot 45 procent olie. Na zuivering wordt de olie in Europa voor het grootste gedeelte gebruikt als grondstof in margarine.
Met de TU hebben plantaardige oliën niets te maken. Er wordt geen onderzoek gedaan naar deze oliën, hoewel dat ooit wel zo was bij scheikundige technologie. Dat is met de pensionering van onderzoeker ir. Leen Maat opgehouden.
Naast technische toepassingen van plantaardige oliën zijn er op de expositie medicinale oliën te zien, zoals eucalyptusolie uit de bladeren van de eucalyptus globulus en lavendelolie uit de lavandula officinalis. Ook etherische oliën komen aan bod, zoals valeriaan en de pepermuntplant, waarin menthol zit. Maar eigenlijk hebben etherische oliën niets te maken met olie: het zijn geurstoffen (vluchtige aromaten).
Verder is er aandacht voor de winning van plantaardige olie en een film over de bereiding van voedingsoliën in een fabriek van Unilever. Van der Veen verwacht zo’n 18 duizend bezoekers te trekken met de tentoonstelling.
Ingrid Leeuwangh
Tentoonstelling ‘Plantaardige oliën’, in Botanische Tuin Delft. Tot en met zondag 24 oktober.
In tentoonstellingskas de Oranjerie in de Botanische Tuin
Delft maken de winterse kuipplanten langzaamaan plaats voor flessen olie, potten met zaden en twintig andere planten. Vorige week is hier de tentoonstelling ‘Plantaardige oliën’ begonnen, over zo’n 25 verschillende soorten olie.
Nog niet helemaal klaar is Gerard van der Veen, medewerker van de 2,7 hectare grote tuin, die onderdeel is van de faculteit Technische Natuurwetenschappen. Maar even tijd om op een grasveld in het zonnetje toe te lichten waar de tentoonstelling over gaat, heeft hij wel. “Dit is een tuin met technische gewassen, planten met een industriële toepassing”, zegt Van der Veen voor de kassen met exotische planten. “We willen laten zien dat plantaardige oliën eeuwenlang een basisgrondstof zijn voor producten als zeep, verf, drukinkt, crÈmes en smeermiddelen. Lijnolie is zo’n voorbeeld. Deze olie wordt gewonnen uit zaden van vlas en is een bindmiddel in verf en lak. Het maakt het strijkbaar, sterker en de kleur mooier. Tegenwoordig wordt deze olie overigens chemisch nagemaakt.”
Sinds vijftien jaarhoudt de botanische tuin een jaarlijkse tentoonstelling. Het thema olie is zonder specifieke reden gekozen. Toch is biodiesel uit raapolie weer actueel, meent Van der Veen. “Maar toen Rudolf Diesel de dieselmotor uitvond, werd plantaardige olie gebruikt. Het idee om oliën als zonnebloemolie en koolzaadolie voor deze motor te gebruiken is zo oud als de dieselmotor zelf.”
Koolzaad ontbreekt dan ook niet op de tentoonstelling. De zaden van het plantje met gele blaadjes bevatten 40 tot 45 procent olie. Na zuivering wordt de olie in Europa voor het grootste gedeelte gebruikt als grondstof in margarine.
Met de TU hebben plantaardige oliën niets te maken. Er wordt geen onderzoek gedaan naar deze oliën, hoewel dat ooit wel zo was bij scheikundige technologie. Dat is met de pensionering van onderzoeker ir. Leen Maat opgehouden.
Naast technische toepassingen van plantaardige oliën zijn er op de expositie medicinale oliën te zien, zoals eucalyptusolie uit de bladeren van de eucalyptus globulus en lavendelolie uit de lavandula officinalis. Ook etherische oliën komen aan bod, zoals valeriaan en de pepermuntplant, waarin menthol zit. Maar eigenlijk hebben etherische oliën niets te maken met olie: het zijn geurstoffen (vluchtige aromaten).
Verder is er aandacht voor de winning van plantaardige olie en een film over de bereiding van voedingsoliën in een fabriek van Unilever. Van der Veen verwacht zo’n 18 duizend bezoekers te trekken met de tentoonstelling.
Ingrid Leeuwangh
Tentoonstelling ‘Plantaardige oliën’, in Botanische Tuin Delft. Tot en met zondag 24 oktober.
Comments are closed.