‘Persoonsgebonden beurs nodig voor promovendi’

Plasterk ziet het al helemaal voor zich, bleek in een interview met het Hoger Onderwijs Persbureau (Delta 13). Hij wil de beste mensen laten samenscholen, zodat er iets moois kan opbloeien. “Als iemand met persoonsgerichte financiële steun in een onderzoeksgroep in Lutjebroek zit, maar concludeert dat hij verder komt in Tietjerksteradeel – omdat daar toevallig een topwetenschapper actief is van wie hij veel kan leren – dan moet hij kunnen verkassen.”

“Leuk idee”, vindt Helen de Hoop, voorzitter van de Vawo, vakbond voor de wetenschap. “Als een promovendus zijn eigen geld meebrengt, heeft hij een sterkere onderhandelingspositie en kan hij het heft in eigen hand nemen. Nu zien de bobo’s hun promovendi vaak als onbeduidende uitvoerders, wat resulteert in voorgekauwde onderzoeksprojecten.”

Ook het Promovendi Netwerk Nederland (PNN) ziet de zonnige kant van het voorstel, maar het ballonnetje van Plasterk roept nog wel wat vragen op. Voorzitter Michel Heijdra: “We zijn er natuurlijk niet tegen als promovendi sterker de regie kunnen voeren over hun promotie. Maar vergeet niet dat ze gewoon werknemers zijn. Dat geeft een praktisch probleem, want hoe stap je dan over naar een andere instelling? We hopen dat Plasterk niet nadenkt over een beurzensysteem voor promovendi, wat hen tot een soort studenten zou degraderen. Dat zou de wetenschap voor talentvolle jongeren niet aantrekkelijker maken.”

Zo ziet het PNN nog wel meer haken en ogen. Wat doe je bijvoorbeeld met promovendi die bekostigd worden uit de eerste geldstroom, waar de universiteiten zelf over beslissen? Het zou vooral ‘een fantastische invulling’ zijn als de promovendus meer budget kreeg, zodat hij bijvoorbeeld een tijdje bij een buitenlandse instelling kan werken.

Universiteitenvereniging VSNU zegt ‘verheugd’ te zijn over de denkrichting. Het zou promovendi een extra mogelijkheid bieden om binnen universiteiten hun weg te vinden. Maar de details zijn volgens de werkgeversorganisatie niet duidelijk genoeg om al uitgebreid te reageren: “We weten niet of het in de praktijk zal werken als instrument voor mobiliteit. Het is ook niet duidelijk wat er gebeurt met de premie die de instellingen per promotie ontvangen. Zo zijn er nog veel onuitgewerkte elementen.” (HOP)

Plasterk ziet het al helemaal voor zich, bleek in een interview met het Hoger Onderwijs Persbureau (Delta 13). Hij wil de beste mensen laten samenscholen, zodat er iets moois kan opbloeien. “Als iemand met persoonsgerichte financiële steun in een onderzoeksgroep in Lutjebroek zit, maar concludeert dat hij verder komt in Tietjerksteradeel – omdat daar toevallig een topwetenschapper actief is van wie hij veel kan leren – dan moet hij kunnen verkassen.”

“Leuk idee”, vindt Helen de Hoop, voorzitter van de Vawo, vakbond voor de wetenschap. “Als een promovendus zijn eigen geld meebrengt, heeft hij een sterkere onderhandelingspositie en kan hij het heft in eigen hand nemen. Nu zien de bobo’s hun promovendi vaak als onbeduidende uitvoerders, wat resulteert in voorgekauwde onderzoeksprojecten.”

Ook het Promovendi Netwerk Nederland (PNN) ziet de zonnige kant van het voorstel, maar het ballonnetje van Plasterk roept nog wel wat vragen op. Voorzitter Michel Heijdra: “We zijn er natuurlijk niet tegen als promovendi sterker de regie kunnen voeren over hun promotie. Maar vergeet niet dat ze gewoon werknemers zijn. Dat geeft een praktisch probleem, want hoe stap je dan over naar een andere instelling? We hopen dat Plasterk niet nadenkt over een beurzensysteem voor promovendi, wat hen tot een soort studenten zou degraderen. Dat zou de wetenschap voor talentvolle jongeren niet aantrekkelijker maken.”

Zo ziet het PNN nog wel meer haken en ogen. Wat doe je bijvoorbeeld met promovendi die bekostigd worden uit de eerste geldstroom, waar de universiteiten zelf over beslissen? Het zou vooral ‘een fantastische invulling’ zijn als de promovendus meer budget kreeg, zodat hij bijvoorbeeld een tijdje bij een buitenlandse instelling kan werken.

Universiteitenvereniging VSNU zegt ‘verheugd’ te zijn over de denkrichting. Het zou promovendi een extra mogelijkheid bieden om binnen universiteiten hun weg te vinden. Maar de details zijn volgens de werkgeversorganisatie niet duidelijk genoeg om al uitgebreid te reageren: “We weten niet of het in de praktijk zal werken als instrument voor mobiliteit. Het is ook niet duidelijk wat er gebeurt met de premie die de instellingen per promotie ontvangen. Zo zijn er nog veel onuitgewerkte elementen.” (HOP)