Moord en brand schreeuwden studentendecanen uit Leiden en Tilburg vorige week woensdag op de voorpagina van Trouw. In het artikel ‘Studievertraging door nieuw systeem’ spraken zij de vrees uit dat veel studenten die in 2002 met hun bachelor waren begonnen, volgend studiejaar onnodige vertraging zullen oplopen door het bachelor-mastermodel.
Moord en brand schreeuwden studentendecanen uit Leiden en Tilburg vorige week woensdag op de voorpagina van Trouw. In het artikel ‘Studievertraging door nieuw systeem’ spraken zij de vrees uit dat veel studenten die in 2002 met hun bachelor waren begonnen, volgend studiejaar onnodige vertraging zullen oplopen door het bachelor-mastermodel. Want, zo stond er, ‘een student mag pas met de master beginnen als hij zijn bachelordiploma heeft’.
Ook als de student nog maar één vak moet halen voordat hij zijn diploma krijgt, schreef Trouw, moet hij wachten tot januari of zelfs september 2006 voor hij met de master kan beginnen. In paniek was de Leidse studentendecaan Len Buis gestart met workshops waarin studenten moesten nadenken over oplossingen zoals meer instapmomenten, extra herkansingen of minder strenge toelatingseisen voor het volgen van mastercolleges.
De decaan voorspelde dat anders ‘misschien wel veertig procent van alle huidige derdejaarsstudenten meer studievertraging oploopt dan dat ze zelf veroorzaken’.
Een ongelooflijk percentage. Zou straks veertig procent van de Delftse studenten die aan een masteropleiding willen beginnen met hun ziel onder de arm over de Mekelweg lopen?
Studentendecaan Piet Jonkheer weet van niks. “We merken daar heel weinig van”, zegt hij. “Maar eigenlijk moet je met die vraag bij de studieadviseurs zijn. Zij zitten dichter bij het vuur.”
Jack Wiltjer, studieadviseur bij IO, snapt de onrust ook niet. “Bij ons zijn er twee startmomenten per jaar en mag je bovendien, onder voorwaarden, al beginnen met je master voor je bachelor af is.”
Dat dat in Tilburg en Leiden niet zo is, vindt hij vreemd. “Het lijkt wel of ze daar bij de invoering van de bama-structuur hebben zitten slapen. Ze hebben totaal niet geanticipeerd op zaken die je op je klompen aan kon voelen komen. Onbegrijpelijk eigenlijk.”
Ook andere TU-studieadviseurs melden dat het aan hun faculteit beter geregeld is. “De regel op onze faculteit is duidelijk: je mag pas de master in als je een toegangverlenend bachelordiploma hebt”, vertelt Rob Diependaal van EWI. “Gelukkig mogen we studenten als pre-master inschrijven, zodat enige flexibiliteit mogelijk is.”
Collegelid Paul Rullman bevestigde deze week dat de TU Delft soepel omgaat met de overgang tussen bachelor en master. Hij citeerde het studentenstatuut: “Interne doorstromers mogen enkele bachelorvakken missen bij de start van de master.”
Het argument dat strenge overgangseisen studenten beter laten plannen waardoor ze sneller klaar zijn met hun studie, deed Rullmann van de hand. “Het zal enig positief effect opleveren. Maar anderzijds kunnen harde eisen voor vertraging zorgen. Het gaat te ver om de soepele doorstroomeisen als oorzaak voor een laag studietempo te noemen.”
Conclusie? Die is voor studieadviseur Jack Wiltjer: “Zoals je ziet hoeft het allemaal niet zo moeilijk te zijn. Zouden ze in Tilburg en Leiden een voorbeeld aan kunnen nemen.”
Saskia Bonger
Want, zo stond er, ‘een student mag pas met de master beginnen als hij zijn bachelordiploma heeft’.
Ook als de student nog maar één vak moet halen voordat hij zijn diploma krijgt, schreef Trouw, moet hij wachten tot januari of zelfs september 2006 voor hij met de master kan beginnen. In paniek was de Leidse studentendecaan Len Buis gestart met workshops waarin studenten moesten nadenken over oplossingen zoals meer instapmomenten, extra herkansingen of minder strenge toelatingseisen voor het volgen van mastercolleges.
De decaan voorspelde dat anders ‘misschien wel veertig procent van alle huidige derdejaarsstudenten meer studievertraging oploopt dan dat ze zelf veroorzaken’.
Een ongelooflijk percentage. Zou straks veertig procent van de Delftse studenten die aan een masteropleiding willen beginnen met hun ziel onder de arm over de Mekelweg lopen?
Studentendecaan Piet Jonkheer weet van niks. “We merken daar heel weinig van”, zegt hij. “Maar eigenlijk moet je met die vraag bij de studieadviseurs zijn. Zij zitten dichter bij het vuur.”
Jack Wiltjer, studieadviseur bij IO, snapt de onrust ook niet. “Bij ons zijn er twee startmomenten per jaar en mag je bovendien, onder voorwaarden, al beginnen met je master voor je bachelor af is.”
Dat dat in Tilburg en Leiden niet zo is, vindt hij vreemd. “Het lijkt wel of ze daar bij de invoering van de bama-structuur hebben zitten slapen. Ze hebben totaal niet geanticipeerd op zaken die je op je klompen aan kon voelen komen. Onbegrijpelijk eigenlijk.”
Ook andere TU-studieadviseurs melden dat het aan hun faculteit beter geregeld is. “De regel op onze faculteit is duidelijk: je mag pas de master in als je een toegangverlenend bachelordiploma hebt”, vertelt Rob Diependaal van EWI. “Gelukkig mogen we studenten als pre-master inschrijven, zodat enige flexibiliteit mogelijk is.”
Collegelid Paul Rullman bevestigde deze week dat de TU Delft soepel omgaat met de overgang tussen bachelor en master. Hij citeerde het studentenstatuut: “Interne doorstromers mogen enkele bachelorvakken missen bij de start van de master.”
Het argument dat strenge overgangseisen studenten beter laten plannen waardoor ze sneller klaar zijn met hun studie, deed Rullmann van de hand. “Het zal enig positief effect opleveren. Maar anderzijds kunnen harde eisen voor vertraging zorgen. Het gaat te ver om de soepele doorstroomeisen als oorzaak voor een laag studietempo te noemen.”
Conclusie? Die is voor studieadviseur Jack Wiltjer: “Zoals je ziet hoeft het allemaal niet zo moeilijk te zijn. Zouden ze in Tilburg en Leiden een voorbeeld aan kunnen nemen.”
Saskia Bonger
Comments are closed.