Science

Overstromingsrisico

Het risico op overstromingen in Nederland is veel groter dan Rijkswaterstaat denkt. De normen moeten nodig worden bijgesteld.

In de media rukken overal berichten op van waterbouwdeskundigen dat Nederland niet voldoende beschermd is tegen overstromingen. De duinen zouden te zwak zijn, de golven te groot en de dijken te laag. Ondertussen blijft Rijkswaterstaat roepen dat Nederland wel veilig is. Wonen we hier nu wel of niet veilig onder zeeniveau?

“Minder veilig dan we met elkaar hebben afgesproken in 1960”, reageert prof.drs.ir. Han Vrijling van de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen desgevraagd. Vrijling is hoofd van de sectie waterbouwkunde en een van de deskundigen die in het openbaar alarm slaat. “In 1960 hebben we naar aanleiding van het rapport van de Deltacommissie een veiligheidsnorm van één op tienduizend afgesproken. Dat houdt in dat we de dijken en duinen langs de kust zo hoog maken dat we beschermd zijn tegen een stormvloed die eenmaal in de tienduizend jaar voorkomt. Maar inmiddels zijn we erachter gekomen dat tijdens die zeldzame stormvloed de golven veel zwaarder zullen zijn dan we toentertijd berekend hadden. De kustbescherming moet dus worden verhoogd om ons te beschermen tegen de stormvloed uit de afgesproken norm.”

De veiligheidsnorm zelf is ook een punt van discussie. “Als je de dijken verhoogt brengt dat kosten met zich mee. Maar tegelijkertijd wordt de kans dat een overstroming zal plaatsvinden verkleind en daarmee ook het financiële risico op een overstroming”, legt Vrijling uit. “De veiligheidsnorm is eigenlijk een economisch optimum tussen de kosten van dijkverhogingen en de gevolgen die een overstroming zou veroorzaken in 1960.”

“De economische belangen zijn door de vele investeringen in laag Nederland, nu veel groter dan in 1960. De optimale veiligheidsnorm is daardoor veranderd”, vertelt Vrijling.

Ook het aantal inwoners en daarmee het aantal mogelijke slachtoffers, is sinds die tijd toegenomen van twaalf naar zestien miljoen. Vrijling benadrukt dat de Deltacommissie alleen naar de economische gevolgen heeft gekeken. “Niemand durfde toen over mogelijke doden te praten.”

Uit een recente studie van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu blijkt dat het risico op een grote overstromingsramp met vele dodelijke slachtoffers groter is dan de risico’s van een ramp op Schiphol of met chemische installaties en rangeerterreinen bij elkaar. “Bij een overstroming verdrinkt gemiddeld één procent van de getroffenen. Omdat bij een dijkdoorbraak in laag Nederland zoveel mensen getroffen worden, is het aantal slachtoffers groter dan bij welke denkbare ramp dan ook.”

Rijkswaterstaat zou volgens Vrijling moeten uitzoeken wat de nieuwe optimale veiligheidsnorm is en dan het beleid daarop aanpassen. Vrijling denkt dat de optimale overstromingsnorm misschien wel eenmaal in de honderdduizend of zelfs miljoen jaar bedraagt. (IdB)

In de media rukken overal berichten op van waterbouwdeskundigen dat Nederland niet voldoende beschermd is tegen overstromingen. De duinen zouden te zwak zijn, de golven te groot en de dijken te laag. Ondertussen blijft Rijkswaterstaat roepen dat Nederland wel veilig is. Wonen we hier nu wel of niet veilig onder zeeniveau?

“Minder veilig dan we met elkaar hebben afgesproken in 1960”, reageert prof.drs.ir. Han Vrijling van de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen desgevraagd. Vrijling is hoofd van de sectie waterbouwkunde en een van de deskundigen die in het openbaar alarm slaat. “In 1960 hebben we naar aanleiding van het rapport van de Deltacommissie een veiligheidsnorm van één op tienduizend afgesproken. Dat houdt in dat we de dijken en duinen langs de kust zo hoog maken dat we beschermd zijn tegen een stormvloed die eenmaal in de tienduizend jaar voorkomt. Maar inmiddels zijn we erachter gekomen dat tijdens die zeldzame stormvloed de golven veel zwaarder zullen zijn dan we toentertijd berekend hadden. De kustbescherming moet dus worden verhoogd om ons te beschermen tegen de stormvloed uit de afgesproken norm.”

De veiligheidsnorm zelf is ook een punt van discussie. “Als je de dijken verhoogt brengt dat kosten met zich mee. Maar tegelijkertijd wordt de kans dat een overstroming zal plaatsvinden verkleind en daarmee ook het financiële risico op een overstroming”, legt Vrijling uit. “De veiligheidsnorm is eigenlijk een economisch optimum tussen de kosten van dijkverhogingen en de gevolgen die een overstroming zou veroorzaken in 1960.”

“De economische belangen zijn door de vele investeringen in laag Nederland, nu veel groter dan in 1960. De optimale veiligheidsnorm is daardoor veranderd”, vertelt Vrijling.

Ook het aantal inwoners en daarmee het aantal mogelijke slachtoffers, is sinds die tijd toegenomen van twaalf naar zestien miljoen. Vrijling benadrukt dat de Deltacommissie alleen naar de economische gevolgen heeft gekeken. “Niemand durfde toen over mogelijke doden te praten.”

Uit een recente studie van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu blijkt dat het risico op een grote overstromingsramp met vele dodelijke slachtoffers groter is dan de risico’s van een ramp op Schiphol of met chemische installaties en rangeerterreinen bij elkaar. “Bij een overstroming verdrinkt gemiddeld één procent van de getroffenen. Omdat bij een dijkdoorbraak in laag Nederland zoveel mensen getroffen worden, is het aantal slachtoffers groter dan bij welke denkbare ramp dan ook.”

Rijkswaterstaat zou volgens Vrijling moeten uitzoeken wat de nieuwe optimale veiligheidsnorm is en dan het beleid daarop aanpassen. Vrijling denkt dat de optimale overstromingsnorm misschien wel eenmaal in de honderdduizend of zelfs miljoen jaar bedraagt. (IdB)

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.