Education

‘Opleidingsdirecteur moet er snel komen’

Rector magnificus Wakker is van mening dat de faculteiten van de TU Delft snel behoefte hebben aan de functie van ‘opleidingsdirecteuren’. ,,Ik ben van mening dat wij op korte termijn tot het instellen van die functie zouden moeten overgaan.’

De rector stelt zich daarmee achter een aanbeveling van een commissie van het college van dekanen, die onder leiding staat van IO-hoogleraar Smets. De rector vermeldde dit standpunt niet in zijn Diesrede zelf, maar wel in de gedrukte tekst ervan.

,,Uit de rapporten van verschillende externe, nationale en internationale commissies, die het onderwijs van de TU Delft hebben doorgelicht, blijkt onder meer dat de organisatie van ons onderwijs verbetering behoeft”, aldus de rector. Hij kan zich vinden in de stelling van de adviescommissie dat de vorm en organisatie van het onderwijs niet in voldoende mate is aangepast aan de ‘massalisering’ die in het universitaire onderwijs heeft plaatsgevonden. De samenstelling van het onderwijsprogramma is bovendien het resultaat van een onvoldoende gecoördineerd onderhandelingsproces, en niet ,,vanuit een inhoudelijk opleidingsconcept”.

De ‘opleidingsdirecteur’ zou een aantal taken en bevoegdheden op het gebied van de organisatie van de basistudie in zich moeten concentreren. Eerder al had de rector aangegeven dat deze nieuwe functionaris hiërarchiek boven de hoogleraren zou moeten staan, om zo de totaalkwaliteit in de gaten te kunnen houden.
Overleven

Veel kritiek had Wakker op het overheidsbeleid van de afgelopen jaren. Maar, aldus de rector, de historie heeft aangetoond dat de universiteit ‘waarlijk onverwoestbaar’ is. En dat zal nu opnieuw blijken. Want hoewel de universiteiten uiteindelijk niet aan een nieuwe, forse bezuiniging zullen kunnen ontkomen, vertrouwt de rector erop dat zij met een reorganisatieplan zullen komen dat op de lange termijn zal resulteren in een universitair stelsel dat beter past in de toekomstige maatschappelijke situatie. Kenmerken van die aanpak zijn: tegemoet komen aan de wens van de overheid om te bezuinigen, geen aantasting van het niveau, groter maatschappelijk draagvlak voor het universitair onderwijs en duidelijk aantoonbaar een goede besteding van de middelen. ,,De onverwoestbare universiteit zal daardoor ongetwijfeld ook deze aanslag op haar bestaan overleven”, aldus de rector.

Desalniettemin had Wakker ook een pessimistisch geluid. ,,Het streven om zoveel mogelijk jonge mensen een universitaire studie te laten volgen is zijn doel voorbij geschoten. De interactie tussen student en docent is minder geworden, het onderwijs is schoolser geworden, en er zijn teveel studenten die niet over voldoende capacateiten beschikken. Dat heeftgeresulteerd in een verlaging van het niveau van het universitaire onderwijs.”

De remedie daarvoor ziet de rector in een ontwikkeling naar een kleinere, maar meer hoogwaardige universiteit, die zich dan beter kan profileren als ‘Europese top-universiteit’. Die verkleining ziet hij tot stand komen door het (niet-bindend) studieadvies aan het eind van het eerstejaar in combinatie met ,,een verdere verhoging van het niveau van ons onderwijs”.

(Zie ook column Koolhaas)

Richard Meijer

Rector magnificus Wakker is van mening dat de faculteiten van de TU Delft snel behoefte hebben aan de functie van ‘opleidingsdirecteuren’. ,,Ik ben van mening dat wij op korte termijn tot het instellen van die functie zouden moeten overgaan.”

De rector stelt zich daarmee achter een aanbeveling van een commissie van het college van dekanen, die onder leiding staat van IO-hoogleraar Smets. De rector vermeldde dit standpunt niet in zijn Diesrede zelf, maar wel in de gedrukte tekst ervan.

,,Uit de rapporten van verschillende externe, nationale en internationale commissies, die het onderwijs van de TU Delft hebben doorgelicht, blijkt onder meer dat de organisatie van ons onderwijs verbetering behoeft”, aldus de rector. Hij kan zich vinden in de stelling van de adviescommissie dat de vorm en organisatie van het onderwijs niet in voldoende mate is aangepast aan de ‘massalisering’ die in het universitaire onderwijs heeft plaatsgevonden. De samenstelling van het onderwijsprogramma is bovendien het resultaat van een onvoldoende gecoördineerd onderhandelingsproces, en niet ,,vanuit een inhoudelijk opleidingsconcept”.

De ‘opleidingsdirecteur’ zou een aantal taken en bevoegdheden op het gebied van de organisatie van de basistudie in zich moeten concentreren. Eerder al had de rector aangegeven dat deze nieuwe functionaris hiërarchiek boven de hoogleraren zou moeten staan, om zo de totaalkwaliteit in de gaten te kunnen houden.
Overleven

Veel kritiek had Wakker op het overheidsbeleid van de afgelopen jaren. Maar, aldus de rector, de historie heeft aangetoond dat de universiteit ‘waarlijk onverwoestbaar’ is. En dat zal nu opnieuw blijken. Want hoewel de universiteiten uiteindelijk niet aan een nieuwe, forse bezuiniging zullen kunnen ontkomen, vertrouwt de rector erop dat zij met een reorganisatieplan zullen komen dat op de lange termijn zal resulteren in een universitair stelsel dat beter past in de toekomstige maatschappelijke situatie. Kenmerken van die aanpak zijn: tegemoet komen aan de wens van de overheid om te bezuinigen, geen aantasting van het niveau, groter maatschappelijk draagvlak voor het universitair onderwijs en duidelijk aantoonbaar een goede besteding van de middelen. ,,De onverwoestbare universiteit zal daardoor ongetwijfeld ook deze aanslag op haar bestaan overleven”, aldus de rector.

Desalniettemin had Wakker ook een pessimistisch geluid. ,,Het streven om zoveel mogelijk jonge mensen een universitaire studie te laten volgen is zijn doel voorbij geschoten. De interactie tussen student en docent is minder geworden, het onderwijs is schoolser geworden, en er zijn teveel studenten die niet over voldoende capacateiten beschikken. Dat heeftgeresulteerd in een verlaging van het niveau van het universitaire onderwijs.”

De remedie daarvoor ziet de rector in een ontwikkeling naar een kleinere, maar meer hoogwaardige universiteit, die zich dan beter kan profileren als ‘Europese top-universiteit’. Die verkleining ziet hij tot stand komen door het (niet-bindend) studieadvies aan het eind van het eerstejaar in combinatie met ,,een verdere verhoging van het niveau van ons onderwijs”.

(Zie ook column Koolhaas)

Richard Meijer

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.