Nederland staat bekend om windmolens en water, maar echt bedreven waren onze voorouders in het winnen van fossiele brandstoffen. Museum Boerhaave laat de eerste olievelden op Sumatra zien en het radiumpreparaat van Marie Curie.
Elke buitenlander die aan Nederland denkt, ziet meteen kaas en windmolens voor zich. Wild draaiende wieken met bolle zeilen zijn het symbool van ons land. Toch is windenergie maar een klein onderdeel in de geschiedenis van energiewinning in Nederland, blijkt uit de tentoonstelling ‘Verborgen Krachten: Nederlanders op zoek naar energie’ in het Leidse Museum Boerhaave.
“Nederlanders blonken pas echt uit in het winnen van fossiele brandstoffen”, zegt conservator van het museum Ad Maas. “Tijdens de Gouden Eeuw hebben Nederlanders veel turf gewonnen. We hadden een grote voorsprong op onze buurlanden. Het heeft enorm bijgedragen aan de bloei van de Gouden Eeuw. De turf verwarmde niet alleen onze huizen maar de energiewinning zorgde er ook voor dat er arbeid vrijgemaakt kon worden om met schepen op ontdekkingstocht te gaan.”
Ook met andere vormen van energie wisten Nederlanders wel raad, zegt Maas. “De gasbel in Slochteren is natuurlijk heel bekend, maar wist je dat Schoonebeek in de jaren vijftig het grootste olieveld van Europa had?”
Ook op Sumatra zochten Nederlanders driftig naar olie. Museum Boerhaave heeft voor de tentoonstelling een groot aantal instrumenten verzameld, voornamelijk afkomstig van Shell, die werden gebruikt om de eerste olie te onderzoeken. “Zo hebben we bijvoorbeeld pijptesters met wieltjes die door de oliebuizen heen raasden, op zoek naar roest en onregelmatigheden.” Tevens heeft het museum de oude kaarten van de ontdekte olievelden in bruikleen, en de eerste oliepreparaten uit Sumatra uit 1920-1930.
In Nederland werd ook heel wat af geëxperimenteerd met nieuwe energievormen. “We hebben de aandelen van Convectron, het bedrijf van ingenieur Dijkhuis. Hij hoopte bolbliksems te temmen en zo het wereldenergieprobleem op te lossen. Hij dacht in de jaren tachtig echt dat hij daar dichtbij zat. En nog steeds, want hij heeft zijn bedrijf weer heropgericht.”
Een ander hoogstandje van de tentoonstelling is het radiumpreparaat van Marie Curie, de grand dame en Nobelprijswinnares van de scheikunde. “Zij nam haar radiumpreparaat mee in de trein naar Leiden. We moeten nu zoveel voorzorgsmaatregelen nemen om haar preparaat veilig hierheen te vervoeren, maar zij nam het in 1911 gewoon mee in de trein. Ze wilde er koude experimenten met vloeibaar helium mee doen met Kamerlingh Onnes in zijn Natuur-
kundig Laboratorium. “Marie Curie bagatelliseerde de gevaren van radium. Ze wist ergens wel dat het niet zulk lekker spul was, maar ze zat er wel haar hele leven tussen omdat ze wilde weten wat de mogelijkheden ervan waren voor medische toepassingen. Uiteindelijk is zij gestorven aan leukemie, mogelijk veroorzaakt door werken met radium.”
Maas is erg nieuwsgierig naar het preparaat. “Ik heb zelf ook geen idee hoe het er uitziet. Normaal gesproken wordt het in Zeeland, vlak bij
Borssele bewaard. Er komt een speciale vitrine.”
Tijdens de tentoonstelling zijn ook nieuwe vormen van energie te zien, zoals aardwarmte, rotors van windturbines en blue energy. “Maar als we naar onze buurlanden kijken, laat het wel zien dat Nederland achter loopt met alternatieve energie. We hebben niet zoveel ruimte voor grote windmolenparken en we hebben ook geen natuurlijk reliëf om veel energie uit water te winnen. We hebben heel romantische ideeën over wind en waterkracht, maar het belang van windmolens is in het verleden vaak overschat.”
Verborgen Krachten: Nederlanders op zoek naar energie is te zien in Museum Boerhaave in Leiden van 30 september t/m 18 maart. Ook is er het gelijknamige boekje.
Op 14 mei 2008, te midden van de nog rokende puinhopen, noemde voormalig minister Plasterk de brand van het Delftse bouwkundegebouw de grootste materiële ramp in de universitaire geschiedenis. Hij zegde ter plekke zijn financiële steun toe, die hij een half jaar later becijferde op 25 miljoen euro.
Voorwaarden
Maar er kwam geen nieuw gebouw. Met de keuze voor de huisvesting van bouwkunde in een bestaand universiteitsgebouw heeft Delft zich niet aan de subsidievoorwaarden gehouden, schrijft staatssecretaris van Onderwijs Halbe Zijlstra in een brief aan de Tweede Kamer.
Nieuw gebouw
Hij bevestigt daarmee het standpunt van het vorige kabinet, verwoord door toenmalig staatssecretaris Van Bijsterveldt. De 25 miljoen euro waren ook volgens Zijlstra uitdrukkelijk bedoeld voor een nieuw gebouw, dat bovendien een architectonische icoon moest vormen.
Communicatie
De VVD-bewindsman verwijt de TU dat ze het ministerie pas in januari 2010 liet weten dat ze voor verbouw had gekozen. “Deze beslissing, die vanzelfsprekend van groot belang is voor de verleende subsidie, is in de periode voorafgaand aan de brief van het college op geen enkele wijze met OCW gecommuniceerd.”
Brief TU
Een woordvoerder van de TU laat weten dat dit verwijt niet klopt. “Zodra wij voor onszelf hadden besloten dat verbouw van de tijdelijke huisvesting de beste oplossing leek, hebben we het ministerie daarover een brief gestuurd. Daarin schrijven we te hopen dat de minister ons enthousiasme over de gekozen oplossing deelt.”
Icoon
Delft probeert de Tweede Kamer alsnog van haar gelijk te overtuigen. De faculteit Bouwkunde is volgens haar wel degelijk een icoon geworden, en met de verbouw is bovendien veel overheidsgeld bespaard. “Als we vanuit de tijdelijke huisvesting aan een lang lopend nieuwbouwproject waren begonnen, zouden de kosten veel hoger zijn uitgevallen.”
Financieel probleem
Nu heeft de brand 170 miljoen euro gekost, zegt Delft. Daarvan dekt de verzekering maar 118 miljoen euro. Als het ministerie de 25 miljoen terugeist, lijdt Delft een schade van 52 miljoen. “Volgens minister Plasterk was de brand de grootste ramp van de universitaire geschiedenis in Nederland. Als we dat bedrag alleen moeten opbrengen, hebben we een financieel probleem en voelen we ons flink in de kou gezet.”
Ander traject
In een interview in september met Delta liet collegevoorzitter Van den Berg doorschemeren dat er, als hij de politiek niet zou kunnen overtuigen, ‘een heel ander traject’ zou volgen. Ook de woordvoerder wil daar nu nog niet op vooruitlopen.

Comments are closed.