Mannen samen op de foto. Ze zijn duidelijk geen bekenden van elkaar, staan er een beetje vormelijk bij. Waarom wil die jonge man met al die oude mannen met hun blauwe keycords vereeuwigd worden? Hij lijkt wel een toerist in Madame Tussauds, maar wie zijn de wassen poppen?
Het antwoord is in deze tijden waarin vooral mooie mensen op plaatjes terechtkomen misschien niet voor iedereen logisch. De mannen zijn allemaal Nobelprijswinnaars, natuurkundigen, de jonge man is hun bewonderaar, de TNW-promovendus Anand Dokania. Ze ontmoetten elkaar deze zomer op een samenkomst voor Nobelprijswinnaars in Duitsland.
Een fan wil Dokania zichzelf, hoewel de foto’s anders doen vermoeden, niet noemen. Natuurlijk zou hij willen zijn zoals zij, zegt hij, maar in zijn dromen. Hij blijft realistisch.
Hij is wel een fan van het instituut Nobel. Hij leest boeken over de geschiedenis van de prijzen, over de procedures die worden doorlopen om te komen tot een winnaar, over de controverses die rondom sommige uitreikingen ontstaan (waarom wint iemand de prijs terwijl een ander het meeste werk heeft verricht?), over de politiek die daarbij komt kijken, en over de anekdotes die over dit alles de ronde doen.
Het gaat Dokania niet om de persoon van de Nobelwinnaars, het is hem te doen om hun wetenschappelijke ontdekkingen. Professor Charles Townes (1) – door de promovendus misschien wel het meest bewonderd, ze spraken elkaar een halfuur – won de prijs in 1964 voor zijn fundamentele werk in de kwantumelektronica. Professor Frank Wilczek (2) werd in 2004 onderscheiden voor de ontdekking van asymptotische vrijheid in de theorie van sterke wisselwerking.
Dokania kan ook voor de andere mannen met wie hij zich liet fotograferen oplepelen waarom zij Nobelprijswinnaars zijn. Professor Martinus Veltman (3), bijvoorbeeld, voor zijn bijdrage aan de kwantummechanica, die het mogelijk maakte de elementaire deeltjes en hun onderlinge wisselwerking in kaart te brengen. Of professor Klaus von Klitzing (4) voor de ontdekking van het kwantum Hall-effect, die een kwantummechanische reactie van elektronen beschrijft.
Op de laatste foto (5) staat Dokania met professor Brain D. Josephson, die in 1973 werd onderscheiden voor het ontdekken van een effect uit de supergeleiding dat naar hem is vernoemd.
Dokania zegt inspiratie te putten uit zijn ontmoetingen met deze grootste lichten der aarde. “Om met deze mensen te praten, die ik tot dusver alleen kende uit de boeken, was een geweldig gevoel dat ik lang zal koesteren. Door hen ben ik gemotiveerd om ook zelf een succesvolle wetenschapper te zijn.” En mocht hij dat vergeten, dan heeft hij altijd de foto’s nog.
Het antwoord is in deze tijden waarin vooral mooie mensen op plaatjes terechtkomen misschien niet voor iedereen logisch. De mannen zijn allemaal Nobelprijswinnaars, natuurkundigen, de jonge man is hun bewonderaar, de TNW-promovendus Anand Dokania. Ze ontmoetten elkaar deze zomer op een samenkomst voor Nobelprijswinnaars in Duitsland.
Een fan wil Dokania zichzelf, hoewel de foto’s anders doen vermoeden, niet noemen. Natuurlijk zou hij willen zijn zoals zij, zegt hij, maar in zijn dromen. Hij blijft realistisch.
Hij is wel een fan van het instituut Nobel. Hij leest boeken over de geschiedenis van de prijzen, over de procedures die worden doorlopen om te komen tot een winnaar, over de controverses die rondom sommige uitreikingen ontstaan (waarom wint iemand de prijs terwijl een ander het meeste werk heeft verricht?), over de politiek die daarbij komt kijken, en over de anekdotes die over dit alles de ronde doen.
Het gaat Dokania niet om de persoon van de Nobelwinnaars, het is hem te doen om hun wetenschappelijke ontdekkingen. Professor Charles Townes (1) – door de promovendus misschien wel het meest bewonderd, ze spraken elkaar een halfuur – won de prijs in 1964 voor zijn fundamentele werk in de kwantumelektronica. Professor Frank Wilczek (2) werd in 2004 onderscheiden voor de ontdekking van asymptotische vrijheid in de theorie van sterke wisselwerking.
Dokania kan ook voor de andere mannen met wie hij zich liet fotograferen oplepelen waarom zij Nobelprijswinnaars zijn. Professor Martinus Veltman (3), bijvoorbeeld, voor zijn bijdrage aan de kwantummechanica, die het mogelijk maakte de elementaire deeltjes en hun onderlinge wisselwerking in kaart te brengen. Of professor Klaus von Klitzing (4) voor de ontdekking van het kwantum Hall-effect, die een kwantummechanische reactie van elektronen beschrijft.
Op de laatste foto (5) staat Dokania met professor Brain D. Josephson, die in 1973 werd onderscheiden voor het ontdekken van een effect uit de supergeleiding dat naar hem is vernoemd.
Dokania zegt inspiratie te putten uit zijn ontmoetingen met deze grootste lichten der aarde. “Om met deze mensen te praten, die ik tot dusver alleen kende uit de boeken, was een geweldig gevoel dat ik lang zal koesteren. Door hen ben ik gemotiveerd om ook zelf een succesvolle wetenschapper te zijn.” En mocht hij dat vergeten, dan heeft hij altijd de foto’s nog.
Comments are closed.