Education

Ongeldige verkiezingen veroorzaken or-vacuüm

De oude ondernemingsraad (or) bestaat niet meer. En de nieuwe is er, door het ongeldig verklaren van de verkiezingen, nog niet. Juridisch gezien een vacuüm, maar in bestuurlijk opzicht valt de impasse wel mee.

De oude ondernemingsraad (or) bestaat niet meer. En de nieuwe is er, door het ongeldig verklaren van de verkiezingen, nog niet. Juridisch gezien een vacuüm, maar in bestuurlijk opzicht valt de impasse wel mee.

Op de kandidatenlijst voor de or-verkiezingen stond geen ‘CFO’ boven de CFO-kandidaten, maar twee namen. Hoe dit doorgewerkt heeft in het stemgedrag is niet helemaal te traceren, maar duidelijk is dat CFO van drie naar één zetel daalde.

Mr. S.W.M. Horzen is als juriste bij de Stafeenheid Juridische Zaken nauw betrokken bij de gebeurtenissen rond de or. De keuze voor het opnieuw uitschrijven van de verkiezingen vindt zij de juiste oplossing. In de laatste vergadering van de or is besloten om het aantal or-leden te verhogen van 21 naar 23. Wettelijk gezien kan dat. De TU heeft 5400 medewerkers. In de wet staat dat tot 5000 medewerkers de vertegenwoordiging uit 21 leden moet bestaan en daarboven mag het aantal stijgen naar 23. Overwogen werd om aan de hand van het gewijzigde zetelaantal de verkiezingsuitslag opnieuw vast te stellen. De CFO zou bij deze manoeuvre niet één naar twee zetels verkrijgen. ,,Het blijft een lapmiddel met het gevaar dat niemand de nieuwe or echt serieus neemt en dat is ook niet werkbaar.”
Impasse

Op dit moment is de TU officieel or-loos. De zittingstermijn van de oude or is op 17 oktober geëindigd en de nieuwe is er, vanwege het ongeldig verklaren van de verkiezingen, nog niet. Een situatie die volgens Van Horzen niet vaak is voorgekomen sinds de invoering van de Wet op de Ondernemingsraad (WOR).

Wettelijk is het niet mogelijk dat de oude or langer aanblijft. De zittingsperiode kan alleen vooraf vastgesteld worden; de or kan deze niet zelfstandig verlengen. ,,Het is te vergelijken met een gemeenteraad, deze kan evenmin halverwege de termijn besluiten om een jaar langer te blijven zitten. Voor de vorige or was vastgesteld dat zij twee jaar haar functie zou uitoefenen. De toekomstige or’s hebben ieder een termijn van drie jaar, maar dat is dus van tevoren bepaald.”

Het ontbreken van een or schept bestuurlijke problemen. In feite kunnen er zelfs geen nieuwe verkiezingen georganiseerd worden. Dat kan alleen door een zittende or en die was er niet. De wet schrijft voor dat de organisatie van de verkiezingen dan de verantwoordelijkheid van de werkgever is. Het college van bestuur heeft die taak dan ook op zich genomen.

Nog lastiger is het dat de or de rechtsgeldigheid van besluiten niet kan betwisten. ,,De or heeft adviesrecht. Geeft deze een positief advies dan is er geen probleem mits de nieuwe or het besluit bekrachtigt. Het probleem speelt als een negatief advies wordt uitgebracht. De gebruikelijke weg is dan dat de or naar de rechter stapt om het advies te latentoetsen, maar dan moet er wel één zijn.”

Om die laatste reden twijfelden de or-leden of zij nieuwe verkiezingen moesten uitschrijven vanwege het bestuursvacuüm dat hierdoor gecreëerd werd. Het was een slecht moment gezien de reorganisaties die voor de deur staan zoals bij de Dienst Technische Ondersteuning. Medewerkers zouden de indruk kunnen krijgen dat het gekibbel over zetelverdeling belangrijker was voor de or dan de ondersteuning van medewerkers bij reorganisaties.

Volgens Van Horzen heeft de opstelling van het College van Bestuur deze moeilijke impasse doorbroken met het convenant. ,,Toegezegd werd het overleg met de huidige or voort te zetten, maar beleidsbeslissingen drie maanden uit te stellen. Op korte termijn kunnen de verkiezingen, omdat de kandidatenlijst gelijk blijft, opnieuw plaatsvinden.”

Om die reden bekijkt Van Horzen de huidige situatie vrij luchtig. ,,Op papier had er een probleem kunnen ontstaan, maar door het convenant valt het in de praktijk allemaal wel mee.”

De oude ondernemingsraad (or) bestaat niet meer. En de nieuwe is er, door het ongeldig verklaren van de verkiezingen, nog niet. Juridisch gezien een vacuüm, maar in bestuurlijk opzicht valt de impasse wel mee.

Op de kandidatenlijst voor de or-verkiezingen stond geen ‘CFO’ boven de CFO-kandidaten, maar twee namen. Hoe dit doorgewerkt heeft in het stemgedrag is niet helemaal te traceren, maar duidelijk is dat CFO van drie naar één zetel daalde.

Mr. S.W.M. Horzen is als juriste bij de Stafeenheid Juridische Zaken nauw betrokken bij de gebeurtenissen rond de or. De keuze voor het opnieuw uitschrijven van de verkiezingen vindt zij de juiste oplossing. In de laatste vergadering van de or is besloten om het aantal or-leden te verhogen van 21 naar 23. Wettelijk gezien kan dat. De TU heeft 5400 medewerkers. In de wet staat dat tot 5000 medewerkers de vertegenwoordiging uit 21 leden moet bestaan en daarboven mag het aantal stijgen naar 23. Overwogen werd om aan de hand van het gewijzigde zetelaantal de verkiezingsuitslag opnieuw vast te stellen. De CFO zou bij deze manoeuvre niet één naar twee zetels verkrijgen. ,,Het blijft een lapmiddel met het gevaar dat niemand de nieuwe or echt serieus neemt en dat is ook niet werkbaar.”
Impasse

Op dit moment is de TU officieel or-loos. De zittingstermijn van de oude or is op 17 oktober geëindigd en de nieuwe is er, vanwege het ongeldig verklaren van de verkiezingen, nog niet. Een situatie die volgens Van Horzen niet vaak is voorgekomen sinds de invoering van de Wet op de Ondernemingsraad (WOR).

Wettelijk is het niet mogelijk dat de oude or langer aanblijft. De zittingsperiode kan alleen vooraf vastgesteld worden; de or kan deze niet zelfstandig verlengen. ,,Het is te vergelijken met een gemeenteraad, deze kan evenmin halverwege de termijn besluiten om een jaar langer te blijven zitten. Voor de vorige or was vastgesteld dat zij twee jaar haar functie zou uitoefenen. De toekomstige or’s hebben ieder een termijn van drie jaar, maar dat is dus van tevoren bepaald.”

Het ontbreken van een or schept bestuurlijke problemen. In feite kunnen er zelfs geen nieuwe verkiezingen georganiseerd worden. Dat kan alleen door een zittende or en die was er niet. De wet schrijft voor dat de organisatie van de verkiezingen dan de verantwoordelijkheid van de werkgever is. Het college van bestuur heeft die taak dan ook op zich genomen.

Nog lastiger is het dat de or de rechtsgeldigheid van besluiten niet kan betwisten. ,,De or heeft adviesrecht. Geeft deze een positief advies dan is er geen probleem mits de nieuwe or het besluit bekrachtigt. Het probleem speelt als een negatief advies wordt uitgebracht. De gebruikelijke weg is dan dat de or naar de rechter stapt om het advies te latentoetsen, maar dan moet er wel één zijn.”

Om die laatste reden twijfelden de or-leden of zij nieuwe verkiezingen moesten uitschrijven vanwege het bestuursvacuüm dat hierdoor gecreëerd werd. Het was een slecht moment gezien de reorganisaties die voor de deur staan zoals bij de Dienst Technische Ondersteuning. Medewerkers zouden de indruk kunnen krijgen dat het gekibbel over zetelverdeling belangrijker was voor de or dan de ondersteuning van medewerkers bij reorganisaties.

Volgens Van Horzen heeft de opstelling van het College van Bestuur deze moeilijke impasse doorbroken met het convenant. ,,Toegezegd werd het overleg met de huidige or voort te zetten, maar beleidsbeslissingen drie maanden uit te stellen. Op korte termijn kunnen de verkiezingen, omdat de kandidatenlijst gelijk blijft, opnieuw plaatsvinden.”

Om die reden bekijkt Van Horzen de huidige situatie vrij luchtig. ,,Op papier had er een probleem kunnen ontstaan, maar door het convenant valt het in de praktijk allemaal wel mee.”

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.