Een internationale adviescommissie heeft minister Ritzen deze week geadviseerd om het budget van onderzoekfinancier NWO ‘substantieel’ te verhogen. In de praktijk betekent dit dat er rond de 150 miljoen van de universiteiten overgeheveld moet worden naar NWO.
De universiteiten vrezen een nieuwe ontslaggolf en hoge reorganisatiekosten en komen met een alternatief voorstel.
De verschuiving van het geld moet volgens de adviescommissie leiden tot een betere landelijke selectie van goed en relevant onderzoek. Vorige maand claimde NWO zelf in een meerjarenplan al een budgetverhoging van 150 miljoen gulden. Daarmee rakelde de organisatie de al jaren slepende discussie op over de verhouding tussen de eigen universitaire budgetten en de landelijke ‘tweede’ geldstroom.
Vijf jaar geleden deed minister Ritzen een poging deze verhouding te veranderen, door NWO 125 miljoen gulden extra te geven. Maar onder druk van de universiteiten, die waarschuwden voor een ontslaggolf met bijbehorende wachtgeldkosten, bond hij in. In plaats van overheveling werden er afspraken gemaakt over een beter onderzoekbeleid, zonder met geld te schuiven. Dat leidde tot een systeem van scherpere beoordeling en tot oprichting van onderzoekscholen. Maar over de vraag of zo nu het beste en meest relevante onderzoek wordt bevorderd, zijn de meningen nog steeds verdeeld.
Competitie
De internationale adviescommissie, voorgezeten door dr. A.H.G. Rinnooy Kan (ex-VNO/NCW), onderstreept nog eens het belang van een sterkere landelijke onderzoekfinancier. NWO verdeelt op dit moment een tweede geldstroom van zo’n 450 miljoen gulden. Dat is maar zeventien procent van al het geld dat in het universitaire onderzoek omgaat. Vergeleken met andere westerse landen, waar zulke organisaties soms zelfs meer dan de helft van het geld verdelen, is dat weinig.
Hoeveel de universiteiten ook aan eigen beleid doen, de commissie wijst erop dat juist NWO in een landelijke competitie het beste onderzoek kan stimuleren. De huidige armslag van NWO is daarvoor te klein. Vooral op terreinen als het medisch, biologisch en aardwetenschappelijk onderzoek is het daardoor voor onderzoekers nauwelijks interessant om zich voor selectie aan te melden: hun succeskans is niet veel groter dan een op tien.
De commissie wil daarom dat NWO een ‘substantieel’ hoger budget krijgt. En gezien de financiële positie van Ritzen kan dat, praktisch gesproken, alleen door geld weg te halen bij de universiteiten.
Extra geld
Strikt genomen pleit de commissie er overigens, net als NWO zelf, niet voor om geld bij de universiteiten weg te halen. Maar àls minister Ritzen geen extra geld weet te vinden, dan moet het volgens de commissie ‘helaas’ toch bij de universiteiten gezocht worden. Een exact bedrag noemt de commissie evenmin. Maar haar voorstellen zijn moeilijk voor minder dan 150 miljoen gulden te realiseren.
In feite worden er vier voorstellen gedaan om NWO meer geld te geven. Ten eerste moet er geld komen om meer onderzoekvoorstellen te kunnen honoreren. Daarnaast vindt de adviescommissie het niet efficiënt dat de overheadkosten van NWO-onderzoek nu nog aan de universiteiten worden vergoed. Ook dit bedrag van 85 miljoen zou via de landelijke organisatie verdeeld moeten worden, om te zorgen dat het ook echt bij de betreffende onderzoekers belandt.
Een derde voorstel is dat NWO meer geld krijgt om premies uit te delen aan excellente onderzoekscholen. En dan wil men NWO ook nog eens extra geld geven voor uitbreiding van het Huygens-programma voor individuele toponderzoekers.
Verontrust
De universiteiten hebben woensdag verontrust gereageerd op de voorstellen. Ze erkennen wel de ‘kracht’ van NWO bij het bevorderen van goed onderzoek, en willen ook meewerken aan versterking van die rol. Maar tegelijk wijzen ze erop dat er geen 150 miljoen gulden of meer bij de universiteiten weg te halen valt zonder grote aantallen ontslagen, met alle reorganisatiekosten van dien. Door de bezuinigingen van afgelopen en komende jaren is de rek er immers al lang uit.
De vereniging van universiteiten VSNU vindt daarom dat er een andere oplossing gezocht moet worden, die met minder ‘transactie- en verlieskosten’ gepaard gaat. Men wil met NWO afspraken maken om deze organisatie, binnen de universitaire huishouding, een sterkere selecterende rol te geven. Zo zou NWO kunnen gaan uitmaken welke onderzoekscholen extra geld uit de universitaire begroting moeten krijgen. Volgens de VSNU kunnen op die manier nodeloze reorganisaties vermeden worden, terwijl NWO toch de gewenste invloed krijgt.
Minister Ritzen gaf woensdag nog geen reactie op de voorstellen. Op Prinsjesdag zal hij zijn standpunt bekendmaken. Hij moet de overheveling van onderzoekgeld afwegen tegen de toezegging die hij de universiteiten eerder deed dat er ‘rust’ in hun financiering zou komen. De VSNU wijst daar uiteraard met nadruk op.
(F.S./HOP)
Een internationale adviescommissie heeft minister Ritzen deze week geadviseerd om het budget van onderzoekfinancier NWO ‘substantieel’ te verhogen. In de praktijk betekent dit dat er rond de 150 miljoen van de universiteiten overgeheveld moet worden naar NWO. De universiteiten vrezen een nieuwe ontslaggolf en hoge reorganisatiekosten en komen met een alternatief voorstel.
Figuur 1 Juist een centrale onderzoekfinancier als NWO kan in een landelijke competitie het beste onderzoek stimuleren, vindt een adviescommissie
De verschuiving van het geld moet volgens de adviescommissie leiden tot een betere landelijke selectie van goed en relevant onderzoek. Vorige maand claimde NWO zelf in een meerjarenplan al een budgetverhoging van 150 miljoen gulden. Daarmee rakelde de organisatie de al jaren slepende discussie op over de verhouding tussen de eigen universitaire budgetten en de landelijke ‘tweede’ geldstroom.
Vijf jaar geleden deed minister Ritzen een poging deze verhouding te veranderen, door NWO 125 miljoen gulden extra te geven. Maar onder druk van de universiteiten, die waarschuwden voor een ontslaggolf met bijbehorende wachtgeldkosten, bond hij in. In plaats van overheveling werden er afspraken gemaakt over een beter onderzoekbeleid, zonder met geld te schuiven. Dat leidde tot een systeem van scherpere beoordeling en tot oprichting van onderzoekscholen. Maar over de vraag of zo nu het beste en meest relevante onderzoek wordt bevorderd, zijn de meningen nog steeds verdeeld.
Competitie
De internationale adviescommissie, voorgezeten door dr. A.H.G. Rinnooy Kan (ex-VNO/NCW), onderstreept nog eens het belang van een sterkere landelijke onderzoekfinancier. NWO verdeelt op dit moment een tweede geldstroom van zo’n 450 miljoen gulden. Dat is maar zeventien procent van al het geld dat in het universitaire onderzoek omgaat. Vergeleken met andere westerse landen, waar zulke organisaties soms zelfs meer dan de helft van het geld verdelen, is dat weinig.
Hoeveel de universiteiten ook aan eigen beleid doen, de commissie wijst erop dat juist NWO in een landelijke competitie het beste onderzoek kan stimuleren. De huidige armslag van NWO is daarvoor te klein. Vooral op terreinen als het medisch, biologisch en aardwetenschappelijk onderzoek is het daardoor voor onderzoekers nauwelijks interessant om zich voor selectie aan te melden: hun succeskans is niet veel groter dan een op tien.
De commissie wil daarom dat NWO een ‘substantieel’ hoger budget krijgt. En gezien de financiële positie van Ritzen kan dat, praktisch gesproken, alleen door geld weg te halen bij de universiteiten.
Extra geld
Strikt genomen pleit de commissie er overigens, net als NWO zelf, niet voor om geld bij de universiteiten weg te halen. Maar àls minister Ritzen geen extra geld weet te vinden, dan moet het volgens de commissie ‘helaas’ toch bij de universiteiten gezocht worden. Een exact bedrag noemt de commissie evenmin. Maar haar voorstellen zijn moeilijk voor minder dan 150 miljoen gulden te realiseren.
In feite worden er vier voorstellen gedaan om NWO meer geld te geven. Ten eerste moet er geld komen om meer onderzoekvoorstellen te kunnen honoreren. Daarnaast vindt de adviescommissie het niet efficiënt dat de overheadkosten van NWO-onderzoek nu nog aan de universiteiten worden vergoed. Ook dit bedrag van 85 miljoen zou via de landelijke organisatie verdeeld moeten worden, om te zorgen dat het ook echt bij de betreffende onderzoekers belandt.
Een derde voorstel is dat NWO meer geld krijgt om premies uit te delen aan excellente onderzoekscholen. En dan wil men NWO ook nog eens extra geld geven voor uitbreiding van het Huygens-programma voor individuele toponderzoekers.
Verontrust
De universiteiten hebben woensdag verontrust gereageerd op de voorstellen. Ze erkennen wel de ‘kracht’ van NWO bij het bevorderen van goed onderzoek, en willen ook meewerken aan versterking van die rol. Maar tegelijk wijzen ze erop dat er geen 150 miljoen gulden of meer bij de universiteiten weg te halen valt zonder grote aantallen ontslagen, met alle reorganisatiekosten van dien. Door de bezuinigingen van afgelopen en komende jaren is de rek er immers al lang uit.
De vereniging van universiteiten VSNU vindt daarom dat er een andere oplossing gezocht moet worden, die met minder ‘transactie- en verlieskosten’ gepaard gaat. Men wil met NWO afspraken maken om deze organisatie, binnen de universitaire huishouding, een sterkere selecterende rol te geven. Zo zou NWO kunnen gaan uitmaken welke onderzoekscholen extra geld uit de universitaire begroting moeten krijgen. Volgens de VSNU kunnen op die manier nodeloze reorganisaties vermeden worden, terwijl NWO toch de gewenste invloed krijgt.
Minister Ritzen gaf woensdag nog geen reactie op de voorstellen. Op Prinsjesdag zal hij zijn standpunt bekendmaken. Hij moet de overheveling van onderzoekgeld afwegen tegen de toezegging die hij de universiteiten eerder deed dat er ‘rust’ in hun financiering zou komen. De VSNU wijst daar uiteraard met nadruk op.
(F.S./HOP)
Comments are closed.