Opinion

Nooit meer koude voeten

Warme voeten en elke dag schoon drinkwater, dat zijn twee gevolgen van uitvindingen uit de oudheid. In een nieuw boek zijn zeventig voorbeelden van baanbrekend technisch vernuft op een rij gezet.

De roemrijke uitvindingen van de oudheid vinden volgens de Griekse toneelschrijver Aeschylus hun oorsprong bij de god Prometheus. Als oppergod Zeus aan de macht komt op de Olympos, wil hij een nieuw, beter mensenras oprichten. Het oude laat hij uitsterven. Niemand verzet zich daartegen, behalve Prometheus. Uit mededogen brengt hij de mensen vuur. Waardoor de mens uit de modder kan kruipen.

Het maken en beheersen van vuur is zonder meer de belangrijkste uitvinding van de oudheid. Het is niet voor niets dat de Grieken de mythe van Prometheus keer op keer in toneelstukken vereeuwigden. Want door het vuur van Prometheus, ontwikkelde de mens zich tot uitvinder. Dat wordt al snel duidelijk bij het lezen van ‘The seventy great inventions of the ancient world’, een encyclopedisch en rijk geïllustreerd overzicht van de uitvindingen van de oudheid. Het boek beschrijft zeventig uitvindingen: van het prehistorische stenen gereedschap en het maken van vuur tot en met de weelderige Romeinse badhuizen.

Het belang van het geschenk van Prometheus aan de mens is misschien wel het beste zichtbaar in de ingenieuze verwarmingssystemen van de Romeinen. Daar gaat verreweg het boeiendste hoofdstuk van het boek over. De Grieken vonden de ‘hypocaust’, dat vuur van beneden betekent, uit en de Romeinen perfectioneerden het. Dit technische vernuft zorgde ervoor dat de Romeinen nooit meer koude voeten hadden in badhuizen en rond de eeuwwisseling ook niet meer thuis. Er zijn luxe villa’s gevonden met vloerverwarming. De Romeinen bouwden de vloer op pilaren, waaronder een vuurtje werd gestookt. De wanden waren hol gemaakt, waar, via hete lucht, warmte vanaf kwam.

In ‘The seventy great inventions’ staan prachtige foto’s van ruïnes en schematische diagrammen om te laten zien hoe de verwarming werkte. In badhuizen werd boven het vuurtje een boiler gehangen, zodat zowel de vloer als het water door hetzelfde vuur werden verwarmd. Ook in militaire barakken in het koude noorden van het Romeinse rijk, is dit verwarmingssysteem teruggevonden.

Naast warme voeten, was water uiteraard een belangrijke voorwaarde voor een comfortabel leven. Het hoofdstuk over de watervoorziening is een ander hoogtepunt uit het boek. Alleen door op een ingenieuze manier zuiver drink- en waswater te vervoeren naar grote steden (met name Rome), konden die steden groeien. In het vroege Rome werd gebruik gemaakt van terracotta pijpleidingen. Vanaf de eerste eeuw werden die vervangen door loden pijpen, die vaak ook naar de huizen zelf werd aangelegd. Al haalden de meeste mensen water gewoon uit een bassin, aangesloten op de Romeinse waterleiding, in de straat. In de derde eeuw brachten elf aquaducten van in totaal 502 kilometer lang elke dag een miljoen kubieke meter water naar Rome.

Maar naast deze twee hoogtepunten in het boek, zijn er dieptepunten. In sneltreinvaart raast het boek langs overige uitvindingen. Alle zeventig worden ze in een paar bladzijden beschreven, vol jaartallen. Boeiende anekdotes, zoals dat veel Romeinen illegaal water aftapten van aquaducten en dat het financieren van een aquaduct een statussymbool was, ontbreken.

Ook wordt vaak maar weinig informatie gegeven over de gebouwen. Bijvoorbeeld bij de piramides van Gizeh. Daar zou een boek over uitvindingen van de oudheid toch groots uit moeten pakken. Iedereen is gefascineerd door de wijze waarop dit bouwwerk is gemaakt. Maar in het boek wordt alleen opgemerkt dat de Egyptenaren waarschijnlijk een helling gebruikten om de stenen op elkaar te stapelen. Dat bevredigt de nieuwsgierigheid niet.

Tegelijkertijd is het wel de kracht van het boek, dat het hongerig maakt naar meer kennis over de uitvindingen. Misschien was het daarom beter geweest om vijftig uitvindingen te nemen en die uitgebreider te bespreken. De minder belangrijke en saai beschreven uitvindingen van juwelen, chocolade en parfum hadden daarom best achterwege mogen blijven.

Brian Fagan red., ‘The seventy great inventions of the ancient world’, 305 p., 42,95 euro.

De roemrijke uitvindingen van de oudheid vinden volgens de Griekse toneelschrijver Aeschylus hun oorsprong bij de god Prometheus. Als oppergod Zeus aan de macht komt op de Olympos, wil hij een nieuw, beter mensenras oprichten. Het oude laat hij uitsterven. Niemand verzet zich daartegen, behalve Prometheus. Uit mededogen brengt hij de mensen vuur. Waardoor de mens uit de modder kan kruipen.

Het maken en beheersen van vuur is zonder meer de belangrijkste uitvinding van de oudheid. Het is niet voor niets dat de Grieken de mythe van Prometheus keer op keer in toneelstukken vereeuwigden. Want door het vuur van Prometheus, ontwikkelde de mens zich tot uitvinder. Dat wordt al snel duidelijk bij het lezen van ‘The seventy great inventions of the ancient world’, een encyclopedisch en rijk geïllustreerd overzicht van de uitvindingen van de oudheid. Het boek beschrijft zeventig uitvindingen: van het prehistorische stenen gereedschap en het maken van vuur tot en met de weelderige Romeinse badhuizen.

Het belang van het geschenk van Prometheus aan de mens is misschien wel het beste zichtbaar in de ingenieuze verwarmingssystemen van de Romeinen. Daar gaat verreweg het boeiendste hoofdstuk van het boek over. De Grieken vonden de ‘hypocaust’, dat vuur van beneden betekent, uit en de Romeinen perfectioneerden het. Dit technische vernuft zorgde ervoor dat de Romeinen nooit meer koude voeten hadden in badhuizen en rond de eeuwwisseling ook niet meer thuis. Er zijn luxe villa’s gevonden met vloerverwarming. De Romeinen bouwden de vloer op pilaren, waaronder een vuurtje werd gestookt. De wanden waren hol gemaakt, waar, via hete lucht, warmte vanaf kwam.

In ‘The seventy great inventions’ staan prachtige foto’s van ruïnes en schematische diagrammen om te laten zien hoe de verwarming werkte. In badhuizen werd boven het vuurtje een boiler gehangen, zodat zowel de vloer als het water door hetzelfde vuur werden verwarmd. Ook in militaire barakken in het koude noorden van het Romeinse rijk, is dit verwarmingssysteem teruggevonden.

Naast warme voeten, was water uiteraard een belangrijke voorwaarde voor een comfortabel leven. Het hoofdstuk over de watervoorziening is een ander hoogtepunt uit het boek. Alleen door op een ingenieuze manier zuiver drink- en waswater te vervoeren naar grote steden (met name Rome), konden die steden groeien. In het vroege Rome werd gebruik gemaakt van terracotta pijpleidingen. Vanaf de eerste eeuw werden die vervangen door loden pijpen, die vaak ook naar de huizen zelf werd aangelegd. Al haalden de meeste mensen water gewoon uit een bassin, aangesloten op de Romeinse waterleiding, in de straat. In de derde eeuw brachten elf aquaducten van in totaal 502 kilometer lang elke dag een miljoen kubieke meter water naar Rome.

Maar naast deze twee hoogtepunten in het boek, zijn er dieptepunten. In sneltreinvaart raast het boek langs overige uitvindingen. Alle zeventig worden ze in een paar bladzijden beschreven, vol jaartallen. Boeiende anekdotes, zoals dat veel Romeinen illegaal water aftapten van aquaducten en dat het financieren van een aquaduct een statussymbool was, ontbreken.

Ook wordt vaak maar weinig informatie gegeven over de gebouwen. Bijvoorbeeld bij de piramides van Gizeh. Daar zou een boek over uitvindingen van de oudheid toch groots uit moeten pakken. Iedereen is gefascineerd door de wijze waarop dit bouwwerk is gemaakt. Maar in het boek wordt alleen opgemerkt dat de Egyptenaren waarschijnlijk een helling gebruikten om de stenen op elkaar te stapelen. Dat bevredigt de nieuwsgierigheid niet.

Tegelijkertijd is het wel de kracht van het boek, dat het hongerig maakt naar meer kennis over de uitvindingen. Misschien was het daarom beter geweest om vijftig uitvindingen te nemen en die uitgebreider te bespreken. De minder belangrijke en saai beschreven uitvindingen van juwelen, chocolade en parfum hadden daarom best achterwege mogen blijven.

Brian Fagan red., ‘The seventy great inventions of the ancient world’, 305 p., 42,95 euro.

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.