“Ik heb ontdekt dat niet alles wat ik op bieslog zet humoristisch-satirisch hoeft te zijn. Alles kan, zolang ik maar mijn persoonlijke visie geeft. Dat ervaar ik als een ongelooflijke vrijheid.”
Wim de Bie vertelde maandagavond op uitnodiging van Studium Generale over zijn weblog. Nee, geen lezing. “Daar is het ook veel te warm voor.” De Bie improviseerde zijn verhaal aan de hand van grappige, kritische en soms ook pseudo-diepzinnige vragen uit de overvolle zaal.
In 2002 leverde hij zijn zendtijd in bij de VPRO, in ruil voor de financiering van een ander project: Bieslog. “Sommige webloggers zijn ongelooflijk jaloers dat ik hiervoor betaald krijg.”
De zelfopgelegde deadlines zijn echter onverbiddelijk. “Voor negen uur ‘s ochtends moet er een nieuw stukje op de weblog staan. De liefhebbers bezoeken de site aan het begin van de werkdag.” De ‘digitale jongens van de VPRO’ hadden hem geleerd dat hij ieder bericht moest bewaren. “Er staan nu vierduizend stukjes op. Je zou uren op de site kunnen doorbrengen. Ik raad het niemand aan!”
Voor een forum op zijn weblog voelt hij niets. “Het past niet bij de aard van mijn stukjes. Maar ik krijg zo’n zestig e-mails per dag, en vaak denk ik: had ik dat maar geschreven.”
Ook De Bie ontving na de dood van Pim Fortuyn mailtjes met de vraag: ‘Heb je nu je zin?’ “Je moet daar juist wel op reageren. ‘Hoe bedoel je? Natuurlijk heb ik dat nooit gewild!’ En dan bindt zo’n schreeuwer doorgaans heel snel in. ‘Sorry, zo had ik het niet bedoeld, ik was emotioneel…’ Ze willen je ook testen, natuurlijk.”
Is zijn huidige werk niet eenzaam? “Ik zit in mijn eentje in het redactielokaal . eigenlijk het schuurtje in mijn tuin . maar ik dwing mezelf regelmatig uit te rukken met deze rugzak.” De Bie toonde de inhoud: een digitale fotocamera, een minidisc plus “heel goede microfoons” en een “veel te grote” videocamera uit 1998. “Zo ga je als multimediale programmamaker op pad en besluit je ter plekke wat het meest geschikte medium is. Thuis monteer ik het beeld en het geluid.” Zo is De Bie een prototype van de nieuwe journalist, die door het correspondentennetwerk van het NRC Handelsblad wordt uitgenodigd om zijn werkwijze toe te lichten.
De Bie experimenteert ook met ‘live audio’: vorig jaar liet hij tijdens de troonrede één van zijn typetjes in plat Haags commentaar leveren. “Ik kreeg een mailtje van Nederlanders uit Nieuw-Zeeland die zeiden na die troonrede zeker te weten dat ze nooit meer terug willen komen.”
De Bie is nog altijd freelancer. Elk jaar beslist de VPRO of het weblog-project wordt voortgezet. En wat als de omroep het project stopt, wilde een studente weten. Is er een plan B? “Nee, geen plan B. Talpa? Nnnnnooit!”
Joost Panhuysen
“Ik heb ontdekt dat niet alles wat ik op bieslog zet humoristisch-satirisch hoeft te zijn. Alles kan, zolang ik maar mijn persoonlijke visie geeft. Dat ervaar ik als een ongelooflijke vrijheid.” Wim de Bie vertelde maandagavond op uitnodiging van Studium Generale over zijn weblog. Nee, geen lezing. “Daar is het ook veel te warm voor.” De Bie improviseerde zijn verhaal aan de hand van grappige, kritische en soms ook pseudo-diepzinnige vragen uit de overvolle zaal.
In 2002 leverde hij zijn zendtijd in bij de VPRO, in ruil voor de financiering van een ander project: Bieslog. “Sommige webloggers zijn ongelooflijk jaloers dat ik hiervoor betaald krijg.”
De zelfopgelegde deadlines zijn echter onverbiddelijk. “Voor negen uur ‘s ochtends moet er een nieuw stukje op de weblog staan. De liefhebbers bezoeken de site aan het begin van de werkdag.” De ‘digitale jongens van de VPRO’ hadden hem geleerd dat hij ieder bericht moest bewaren. “Er staan nu vierduizend stukjes op. Je zou uren op de site kunnen doorbrengen. Ik raad het niemand aan!”
Voor een forum op zijn weblog voelt hij niets. “Het past niet bij de aard van mijn stukjes. Maar ik krijg zo’n zestig e-mails per dag, en vaak denk ik: had ik dat maar geschreven.”
Ook De Bie ontving na de dood van Pim Fortuyn mailtjes met de vraag: ‘Heb je nu je zin?’ “Je moet daar juist wel op reageren. ‘Hoe bedoel je? Natuurlijk heb ik dat nooit gewild!’ En dan bindt zo’n schreeuwer doorgaans heel snel in. ‘Sorry, zo had ik het niet bedoeld, ik was emotioneel…’ Ze willen je ook testen, natuurlijk.”
Is zijn huidige werk niet eenzaam? “Ik zit in mijn eentje in het redactielokaal . eigenlijk het schuurtje in mijn tuin . maar ik dwing mezelf regelmatig uit te rukken met deze rugzak.” De Bie toonde de inhoud: een digitale fotocamera, een minidisc plus “heel goede microfoons” en een “veel te grote” videocamera uit 1998. “Zo ga je als multimediale programmamaker op pad en besluit je ter plekke wat het meest geschikte medium is. Thuis monteer ik het beeld en het geluid.” Zo is De Bie een prototype van de nieuwe journalist, die door het correspondentennetwerk van het NRC Handelsblad wordt uitgenodigd om zijn werkwijze toe te lichten.
De Bie experimenteert ook met ‘live audio’: vorig jaar liet hij tijdens de troonrede één van zijn typetjes in plat Haags commentaar leveren. “Ik kreeg een mailtje van Nederlanders uit Nieuw-Zeeland die zeiden na die troonrede zeker te weten dat ze nooit meer terug willen komen.”
De Bie is nog altijd freelancer. Elk jaar beslist de VPRO of het weblog-project wordt voortgezet. En wat als de omroep het project stopt, wilde een studente weten. Is er een plan B? “Nee, geen plan B. Talpa? Nnnnnooit!”
Joost Panhuysen
Comments are closed.