Opinion

Nachtwachtavontuur is vermakelijke vakantiekost

Een emeritus-hoogleraar hoogspanningstechniek die een roman schrijft over schilderijendiefstal, waar kan dat toe leiden?BoekbesprekingProf.d

r.ir. F.H. Kreuger, die een jaar geleden met pensioen ging, is een begrip bij vele collega’s en studenten. Niet in de laatste plaats vanwege zijn spectaculaire optredens in de kooi van Faraday. Daarin zette hij proefkonijnen onder een spanning van een half miljoen Volt, zonder fatale gevolgen. Het had enkel enorme vonkenregens tot gevolg. Na zijn pensionering, een jaar geleden, wierp hij zich op zijn tweede carrière: het schrijverschap.

‘De Nachtwacht op Avontuur’ is zijn tweede boek. In tegenstelling tot de kooi van Faraday vliegen hier de vonken niet vanaf. Dat hoeft ook niet volgens de schrijver: ,,Ik heb dit verhaal geschreven als de lichte lectuur die ik graag op vakantie mee zou willen nemen, maar zo zelden aantref. De spanning van het verhaal ontstaat niet door gierende autobanden of knallende revolverschoten, maar door de onverwachte gebeurtenissen met ‘s lands meest bekende schilderij.”


Gladjes

In het stadje D., dat alle kenmerken van Delft bezit maar het toch niet is, wonen kunstdief-in-ruste Francis B. en zijn vriendin Gigi. Francis ziet nog een grote uitdaging voor zichzelf: de Nachtwacht stelen. Gigi laat zich gemakkelijk overhalen en zonder zich ook maar een moment te bedenken beginnen ze, geholpen door oude bekende Victor, met het beramen van de diefstal. Een zekere mate van opportunisme valt het trio niet te ontzeggen. Aan een mogelijke gevangenisstraf wordt hooguit een halve gedachte gewijd. De voorbereidingen verlopen gladjes, de diefstal ook, en net wanneer je je begint af te vragen waar de tweede helft van het boek over moet gaan volgt er een daverende verrassing waardoor de hele eerste helft op losse schroeven komt te staan.

Wat volgt is een ingenieus verhaal vol toeval en onverwachte gebeurtenissen. Het einde is te truttig voor woorden (‘en ze leefden nog lang en gelukkig’) maar dat hoort misschien bij ‘lichte vakantielectuur’.

Van hoogspanning of hoge spanning is in het boek geen sprake – maar het is vermakelijk tot de laatste letter. Kreuger toont zich een vaardig schrijver die de vaart erin weet te houden, en de lezer meerdere malen op het verkeerde been zet. De hoofdpersonen bezitten een zekere elegantie en welgemanierdheid, die ervoor zorgen dat ze sympathiek overkomen. Desalniettemin blijft het constante geflikflooi tussen Francis en Gigi werkelijk ondraaglijk.
Pensioengerechtigd

Dat de schrijver de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt is duidelijk te merken. Alleen het uitgekiende beveiligingssysteem van het Rijksmuseum plaatst het verhaal in de tegenwoordige tijd, verder had het zich net zo goed in de jaren vijftig kunnen afspelen; er heerst een ouderwetse sfeer.

Dat ligt aan het taalgebruik, maar blijkt ook uit sommige observaties. Een popconcert wordt als volgt omschreven: Opeens barstte de hel los: een metaalachtig akkoord, een simpele drieklank, die verdronk in een serie vervormde klanken, het dreunen van bassen tot in je ingewanden (dat was vermoedelijk ook de kick die het gaf) en een gierende zangstem die over dit alles heen antwoord gaf. Dit soort (groot)vaderlijke opmerkingen wordt nergens irritant, maar het zit er wel dicht tegenaan.

Het persbericht stelt: ,,De Nachtwacht op Avontuur is lichte literatuur met een knipoog naar de kunst, een ontspannend verhaal zonder moord of geweld.” Daar valt niet veel op af te dingen.

F.H. Kreuger, De Nachtwacht op Avontuur, Delft. ISBN 90-75095-41-4, 192 blz., f 30,-. Uitgeverij Deltech Uitgevers (onderdeel van Meinema Delft).

,

Een emeritus-hoogleraar hoogspanningstechniek die een roman schrijft over schilderijendiefstal, waar kan dat toe leiden?
Boekbespreking

Prof.dr.ir. F.H. Kreuger, die een jaar geleden met pensioen ging, is een begrip bij vele collega’s en studenten. Niet in de laatste plaats vanwege zijn spectaculaire optredens in de kooi van Faraday. Daarin zette hij proefkonijnen onder een spanning van een half miljoen Volt, zonder fatale gevolgen. Het had enkel enorme vonkenregens tot gevolg. Na zijn pensionering, een jaar geleden, wierp hij zich op zijn tweede carrière: het schrijverschap.

‘De Nachtwacht op Avontuur’ is zijn tweede boek. In tegenstelling tot de kooi van Faraday vliegen hier de vonken niet vanaf. Dat hoeft ook niet volgens de schrijver: ,,Ik heb dit verhaal geschreven als de lichte lectuur die ik graag op vakantie mee zou willen nemen, maar zo zelden aantref. De spanning van het verhaal ontstaat niet door gierende autobanden of knallende revolverschoten, maar door de onverwachte gebeurtenissen met ‘s lands meest bekende schilderij.”


Gladjes

In het stadje D., dat alle kenmerken van Delft bezit maar het toch niet is, wonen kunstdief-in-ruste Francis B. en zijn vriendin Gigi. Francis ziet nog een grote uitdaging voor zichzelf: de Nachtwacht stelen. Gigi laat zich gemakkelijk overhalen en zonder zich ook maar een moment te bedenken beginnen ze, geholpen door oude bekende Victor, met het beramen van de diefstal. Een zekere mate van opportunisme valt het trio niet te ontzeggen. Aan een mogelijke gevangenisstraf wordt hooguit een halve gedachte gewijd. De voorbereidingen verlopen gladjes, de diefstal ook, en net wanneer je je begint af te vragen waar de tweede helft van het boek over moet gaan volgt er een daverende verrassing waardoor de hele eerste helft op losse schroeven komt te staan.

Wat volgt is een ingenieus verhaal vol toeval en onverwachte gebeurtenissen. Het einde is te truttig voor woorden (‘en ze leefden nog lang en gelukkig’) maar dat hoort misschien bij ‘lichte vakantielectuur’.

Van hoogspanning of hoge spanning is in het boek geen sprake – maar het is vermakelijk tot de laatste letter. Kreuger toont zich een vaardig schrijver die de vaart erin weet te houden, en de lezer meerdere malen op het verkeerde been zet. De hoofdpersonen bezitten een zekere elegantie en welgemanierdheid, die ervoor zorgen dat ze sympathiek overkomen. Desalniettemin blijft het constante geflikflooi tussen Francis en Gigi werkelijk ondraaglijk.
Pensioengerechtigd

Dat de schrijver de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt is duidelijk te merken. Alleen het uitgekiende beveiligingssysteem van het Rijksmuseum plaatst het verhaal in de tegenwoordige tijd, verder had het zich net zo goed in de jaren vijftig kunnen afspelen; er heerst een ouderwetse sfeer.

Dat ligt aan het taalgebruik, maar blijkt ook uit sommige observaties. Een popconcert wordt als volgt omschreven: Opeens barstte de hel los: een metaalachtig akkoord, een simpele drieklank, die verdronk in een serie vervormde klanken, het dreunen van bassen tot in je ingewanden (dat was vermoedelijk ook de kick die het gaf) en een gierende zangstem die over dit alles heen antwoord gaf. Dit soort (groot)vaderlijke opmerkingen wordt nergens irritant, maar het zit er wel dicht tegenaan.

Het persbericht stelt: ,,De Nachtwacht op Avontuur is lichte literatuur met een knipoog naar de kunst, een ontspannend verhaal zonder moord of geweld.” Daar valt niet veel op af te dingen.

F.H. Kreuger, De Nachtwacht op Avontuur, Delft. ISBN 90-75095-41-4, 192 blz., f 30,-. Uitgeverij Deltech Uitgevers (onderdeel van Meinema Delft).

Een emeritus-hoogleraar hoogspanningstechniek die een roman schrijft over schilderijendiefstal, waar kan dat toe leiden?
Boekbespreking

Prof.dr.ir. F.H. Kreuger, die een jaar geleden met pensioen ging, is een begrip bij vele collega’s en studenten. Niet in de laatste plaats vanwege zijn spectaculaire optredens in de kooi van Faraday. Daarin zette hij proefkonijnen onder een spanning van een half miljoen Volt, zonder fatale gevolgen. Het had enkel enorme vonkenregens tot gevolg. Na zijn pensionering, een jaar geleden, wierp hij zich op zijn tweede carrière: het schrijverschap.

‘De Nachtwacht op Avontuur’ is zijn tweede boek. In tegenstelling tot de kooi van Faraday vliegen hier de vonken niet vanaf. Dat hoeft ook niet volgens de schrijver: ,,Ik heb dit verhaal geschreven als de lichte lectuur die ik graag op vakantie mee zou willen nemen, maar zo zelden aantref. De spanning van het verhaal ontstaat niet door gierende autobanden of knallende revolverschoten, maar door de onverwachte gebeurtenissen met ‘s lands meest bekende schilderij.”


Gladjes

In het stadje D., dat alle kenmerken van Delft bezit maar het toch niet is, wonen kunstdief-in-ruste Francis B. en zijn vriendin Gigi. Francis ziet nog een grote uitdaging voor zichzelf: de Nachtwacht stelen. Gigi laat zich gemakkelijk overhalen en zonder zich ook maar een moment te bedenken beginnen ze, geholpen door oude bekende Victor, met het beramen van de diefstal. Een zekere mate van opportunisme valt het trio niet te ontzeggen. Aan een mogelijke gevangenisstraf wordt hooguit een halve gedachte gewijd. De voorbereidingen verlopen gladjes, de diefstal ook, en net wanneer je je begint af te vragen waar de tweede helft van het boek over moet gaan volgt er een daverende verrassing waardoor de hele eerste helft op losse schroeven komt te staan.

Wat volgt is een ingenieus verhaal vol toeval en onverwachte gebeurtenissen. Het einde is te truttig voor woorden (‘en ze leefden nog lang en gelukkig’) maar dat hoort misschien bij ‘lichte vakantielectuur’.

Van hoogspanning of hoge spanning is in het boek geen sprake – maar het is vermakelijk tot de laatste letter. Kreuger toont zich een vaardig schrijver die de vaart erin weet te houden, en de lezer meerdere malen op het verkeerde been zet. De hoofdpersonen bezitten een zekere elegantie en welgemanierdheid, die ervoor zorgen dat ze sympathiek overkomen. Desalniettemin blijft het constante geflikflooi tussen Francis en Gigi werkelijk ondraaglijk.
Pensioengerechtigd

Dat de schrijver de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt is duidelijk te merken. Alleen het uitgekiende beveiligingssysteem van het Rijksmuseum plaatst het verhaal in de tegenwoordige tijd, verder had het zich net zo goed in de jaren vijftig kunnen afspelen; er heerst een ouderwetse sfeer.

Dat ligt aan het taalgebruik, maar blijkt ook uit sommige observaties. Een popconcert wordt als volgt omschreven: Opeens barstte de hel los: een metaalachtig akkoord, een simpele drieklank, die verdronk in een serie vervormde klanken, het dreunen van bassen tot in je ingewanden (dat was vermoedelijk ook de kick die het gaf) en een gierende zangstem die over dit alles heen antwoord gaf. Dit soort (groot)vaderlijke opmerkingen wordt nergens irritant, maar het zit er wel dicht tegenaan.

Het persbericht stelt: ,,De Nachtwacht op Avontuur is lichte literatuur met een knipoog naar de kunst, een ontspannend verhaal zonder moord of geweld.” Daar valt niet veel op af te dingen.

F.H. Kreuger, De Nachtwacht op Avontuur, Delft. ISBN 90-75095-41-4, 192 blz., f 30,-. Uitgeverij Deltech Uitgevers (onderdeel van Meinema Delft).

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.