Vakantiebestemming, politieke partij of huwelijkspartner. Menselijke keuzes zijn wiskundig te modelleren. Caspar Chorus breidt zijn populaire ‘spijtmodel’ uit met moraliteit.
Volgens economen zijn onze keuzes gebaseerd op maximaal gewin. Volgens hoogleraar keuzemodellering prof.dr.ir. Caspar Chorus (faculteit TBM) zijn we vooral uit op het vermijden van spijt achteraf. Vorige maand ontving hij een Europese beurs (ERC Consolidator Grant) ter waarde van 2 miljoen euro gespreid over vijf jaar. Hiermee trekt hij vijf onderzoekers (drie promovendi en twee postdocs) aan voor de uitvoering van zijn voorstel.
Gefeliciteerd met de toekenning. U kunt de modellering van keuzes nu uitbreiden. Uw bestaande theorie wordt ‘het spijtmodel’ genoemd. Waar staat dat voor?
“De essentie van het spijtmodel is dat mensen bij het maken van keuzes meer bezig zijn met het vermijden van negatieve emoties dan het maximaliseren van positieve emoties. In de praktijk stelt het spijtmodel dat jouw keuze erg afhangt van wat je niet kiest. Je probeert altijd te vermijden dat jouw keuze op een of meer criteria zoals prijs, kwaliteit, of prestige onderdoet voor een van de niet-gekozen alternatieven.”
Valt dat met computermodellen te berekenen?
“Ja, de notie van spijtminimalisatie is al eeuwenoud en wetenschappers kennen het al decennia. Ze weten dat mensen veel met spijt bezig zijn als ze kiezen. Dat blijkt bijvoorbeeld als je luistert naar waar mensen het over hebben bij de keuze van een huis, een baan of huwelijkspartner. Daarbij komt het woord ‘spijt’ vaak naar voren. Een tweede is de wiskundige beschrijving daarvan.”
Ik zie een serie formules op het bord staan hier, dus ik dacht dat jullie dat wel beheersen.
“Dat is ook zo. Ik vind gedrag ontzettend interessant en wiskunde ook, maar ik ben in beiden geen expert. Ik durf mezelf wel expert te noemen op het snijvlak van het wiskundig modelleren van gedragspatronen. En dan wel zo dat je met software grote datasets kunt analyseren op zoek naar beslisregels die mensen in de realiteit hanteren. In mijn vorige onderzoek met Veni en Vidi-beurzen van NWO ging het om het ontwikkelen van het spijtmodel. Nu kijk ik naar moreel keuzegedrag in de breedste zin van het woord.”
Daar ontving u die ERC-beurs voor. Wanneer kwam u erachter dat de moraliteit ontbrak in keuzemodellering?
“Dat ging sluipenderwijs. Mijn vakgebied is sterk gericht op modelelegantie en bruikbaarheid. Ik heb altijd wel gezien dat er wat hoekjes werden afgesneden om het model bruikbaar te krijgen. Er werden allerlei aannamen in de modellen gepompt om ze zo strak mogelijk te krijgen.”
Spijtvermijding was kennelijk niet het enige dat speelde?
“Absoluut. Ik denk dat gedrag veelzijdig is. Ik denk daarom dat je daarom meerdere modellen nodig hebt om die veelzijdigheid af te kunnen dekken. Spijtminimalisatie is daar één facet van. Het begon me op te vallen dat het spijtmodel ook gebruikt werd voor situaties waarin veel van de onderliggende aannamen niet van toepassing zijn.”
Het spijtmodel is oorspronkelijk ontwikkeld voor transportkeuzes: trein, fiets of auto? Waar wordt het nu zoal op toegepast?
“Denk aan het kiezen van bestemmingen door toeristen. Hoe laten ze die afhangen van veiligheidsomstandigheden? Hoe kies je een politieke partij? Of een huwelijkspartner? Het keuzemodel is ook toegepast op de beslissing van Tanzaniaanse stammen om zich wel of niet te houden aan stropingswetgeving.”
Dat lijkt me een morele keuze te worden.
“Dat vond ik ook. Maar economen en econometristen doen alsof er geen verschil is tussen een morele keuze en een consumentenkeuze. Dat is vrij ernstig. Nobelprijswinnaar Gary Becker (1992) schreef Crime and Punishment: An Economic Approach. Daarin modelleert hij de keuze van mensen om de wet te overtreden puur als functie van wat het hen oplevert en wat de kans is om gepakt te worden en de strafmaat. Hij heeft het dan over parkeerovertredingen, huiselijk geweld, en bankovervallen.”
Gewetenloos handelen dus?
“Ja, letterlijk. Als ik dat lees bekruipt me naast bewondering ook de drang om daar eens anders over na te denken. De basisgedachte achter mijn ERC voorstel is dat je niet blind moet zijn voor moraliteit. Het model dat je gebruikt om te voorspellen welke auto iemand koopt, kan haast niet hetzelfde model zijn dat voorspelt of die persoon vreemd gaat of niet. Intuïtief geloof ik niet dat daar dezelfde mechanismen spelen. Op basis van die intuïtie wil ik wiskundige weergaven ontwikkelen van ideeën die filosofen hierover hebben. Want die hebben enorm rijke ideeën over welke beslisregels moreel gerechtvaardigd zijn in de keuze om vreemd te gaan bijvoorbeeld.
Het interessante is dat psychologen en filosofen daar heel veel over hebben nagedacht, maar het niet wiskundig opschrijven. Aan de andere kant staan de economen die de hele wereld als wiskundige vergelijking zien, maar die niet nadenken over de moraliteit van keuzes. Door die te combineren zeg ik: ik geloof niet dat je met de meest simpele wiskundige keuzemodellen morele problemen kunt beschrijven. Maar ik geloof ook niet dat moreel keuzegedrag überhaupt niet in wiskunde te vangen zou zijn.”
En dat gaat u uitzoeken de komende vijf jaar?
“Dat is precies de zoektocht.”
Beluister het vervolg op Soundcloud (vanaf 09:45)
Comments are closed.