‘Kleine ramp voor de economie’

De MBO raad luidt de noodklok. De voorgenomen bezuinigingen zouden grote consequenties hebben voor oudere werknemers en herintreders die willen bijscholen. “Het kabinet gaat er te gemakkelijk van uit dat mensen dat zelf wel betalen of dat de werkgever wel investeert”, zegt voorzitter Jan van Zijl.

Vooral de zorgsector zou zwaar worden getroffen, want die moet het voor het oplossen van het personeelstekort voornamelijk hebben van mensen die zich laten omscholen. Van de zestigduizend dertigplussers in het mbo volgen er 22 duizend een zorgopleiding. De werkgevers in de zorg hebben volgens de MBO raad geen geld om in opleidingen te investeren.

De particuliere opleiders, verenigd in de NRTO, zien het probleem niet. Integendeel, ze steunen de bezuinigingsplannen van het kabinet voluit. Ze vinden het onlogisch dat het mbo “een open cheque” vraagt voor het scholen van mensen die een andere carrière kiezen. In het hoger onderwijs worden toch ook maar één bachelor- en één masteropleiding bekostigd?

Overheidssubsidies zouden pas gerechtvaardigd zijn als het onderwijsaanbod voor werkenden niet zou voldoen. Maar uit recent onderzoek zou blijken dat dat dit niet het geval is. Het particuliere onderwijs verzorgt nu al tachtig tot negentig procent van de markt voor 30-plussers.

De overheid kan haar geld beter steken in betere opleidingen voor jongeren, vindt de NRTO. Het is al moeilijk genoeg om hen een goede startkwalificatie te laten halen zonder dat ze voortijdig uitvallen. “Hier ligt nog een flinke uitdaging voor de roc’s.”

Maar jong talent is schaars, waarschuwt de MBO raad, en de groep die alsnog een diploma wil halen is groot. De privatisering van bij- en omscholing staan volgens de organisatie haaks op de ook door het kabinet erkende noodzaak van ‘leven lang leren’.

Hoe de plannen ook uitwerken, het hoger onderwijs zal er weinig van merken. In het hbo meldden zich vorig collegejaar 1709 dertigplussers met een mbo-diploma aan. Op een totaal van 104.620 eerstejaars.