Campus

Hoe overleef ik…als Hendrik-Jan de Tuinman?

Groen maakt gelukkig. Eco-lover of niet: iedereen kijkt liever naar wat blaadjes achter het raam dan tegen een kale, betonnen muur. Ook zin in een zomerse loungeplek? Deze snelle tips houden de plantjes op je studententerras in leven.

De eerste Delftse student met groene vingers moet nog geboren worden, dus om te beginnen: maak het jezelf gemakkelijk! Kies voor planten die weinig onderhoud vragen. Voor de tuin: klimop, (niet dood te krijgen, dus af en toe wel even snoeien), haagbeuk en heide. Gezegend met een klein balkonnetje? Afrikaantjes, goudsbloemen, Oost-Indische kers en Juffertjes-in-het-groen doen het altijd. Ook leuk: tabaksplant. Die geeft een vertrouwde nicotinegeur, doet het goed in de schaduw en is in allerlei kleuren verkrijgbaar.

Worm itWormen houden de aarde luchtig en gezond. Je vist ze gewoon uit een perk door een schep in de grond te steken. Sla er een paar keer tegen en voila: de wormen komen af op de trillingen. Thuis stop je ze in je grootste plantenpotten.

Easy does itPotplanten vragen wel wat werk. Lastig, met een vaak piepklein studententerrasje én een bomvolle agenda (lees: geen zin om te tuinieren). Koop geen eenjarige bloeiers, maar vaste planten. Geraniums, rozen, clematis, buxus en passievrucht doen het prima in een pot. Gooi er wel af en toe wat mest bij. Die scherven onderin om de wortels meer ruimte te geven zijn trouwens onnodig moeilijk; piepschuim werkt net zo goed en houdt je pot lekker licht.

O ja…Vergeet niet je met bloed, zweet en tranen geplante bloemetjes elke dag water te geven. Eén regenbui is niet genoeg. Handig: zet je potten op onderschalen. Die vangen het overtollige water op, houden je terras droog en je plant langer vochtig. Pluk ook elke paar dagen de dode bloemetjes uit je planten. Scheelt ze bergen energie en het staat nog mooier ook.

Biertje?De eerste de beste slak die zich nu vergrijpt aan je tuintje wil je natuurlijk met een ferme trap vermorzelen. Maar het kán ook diervriendelijk: zet een bakje bier neer. Vinden ze heerlijk en vervolgens pak je ze zo op. Zet ze wél even wat verder dan gewoon over de schutting bij de buren…

Gratis boodschappenWie niet groen is moet slim zijn: plant iets waar je wat aan hebt! Aardbeienplanten, bijvoorbeeld, en rode bessen. Ook makkelijk: suikermaïs, radijsjes, sla, prei, tuinkers, wortels en aardappels. Zien er leuk uit en besparen je heel wat avonden boodschappen. En nog gezond ook, want hartstikke biologisch.

WiedewiedewiedTja, en dan kun je je in je fanatisme nog druk maken over onkruid. Maar daarvoor geldt eigenlijk maar één ding: onkruid is wat jij niet in je tuin wilt hebben. Het kán ook heel mooi zijn. Schoffelen is funest: wortelonkruid vermeerdert daar alleen maar door, dat moet je in zijn geheel uit de grond rukken. Zaadonkruid moet je wieden voordat het is uitgebloeid, en zijn zaad laat vallen.

tuin.startpagina.nl
www.in-de-tuin.dds.nl
www.tuinen.nl

Gefeliciteerd. Had u dit verwacht?
“Nee, totaal niet. Ik was er zeer door ontroerd. Ik kreeg te horen dat ik de prijs zou krijgen tijdens een gesprek met de decaan. Ik snapte al niet waarom ik een afspraak met hem had. Toen ik bij hem zat, kwam er een grote groep mensen binnen. Ik wilde weggaan, maar ze bleken voor mij te komen. Een van de redenen waarom ik zo blij ben met de prijs, is dat ik goed college geven beschouw als een van de moeilijkste dingen die er zijn. Ik ben dit pas de laatste jaren leuk gaan vinden en gaan leren.”

Ziet u zichzelf als ‘leermeester’?
“Ik vind die term in dit geval eigenlijk wel mooi. Ontwerpen is iets dat je leert door het te doen. Het draait niet alleen om theoretische kennis. Je moet oefenen, maakt veel fouten, en van die fouten leer je. De zo opgedane kennis deel je, en je zet anderen aan ook te oefenen en te doen. In dat opzicht doet de relatie tussen een ontwerper en diens studenten of promovendi erg denken aan de klassieke leermeester-gezelrelatie, zoals deze vroeger bestond bij de gilden.”

Heeft u tips voor andere hoogleraren hoe zij studenten en medewerkers kunnen inspireren?
“Ik hoorde laatst een mooie opmerking: een carrière is niets anders dan een reis, met een bepaalde bestemming. Mensen maken zich tegenwoordig vaak alleen druk over die bestemming. Bijvoorbeeld dat ze ergens manager of de baas willen worden. Ik probeer mensen te laten inzien dat juist de reis het belangrijkste is. Als de reis goed is, krijgt het leven inhoud. In dit opzicht is ook ondernemerschap belangrijk. Je weet iets, je kunt iets; draag dit uit.”

U staat bekend als een ondernemend hoogleraar, u zet anderen graag aan tot ondernemerschap. Waarom vindt u dit zo belangrijk?
“Werknemers binnen een bedrijf hebben vaak geen idee waar het geld dat zij verdienen vandaan komt. Ondernemerschap is voor mij een metafoor voor verantwoordelijkheid nemen. Geld of rijk worden door je ondernemerschap is niet het belangrijkste. Belangrijker is te leren hoe je meerwaarde kunt creëren.”

Aan de prijs zijn een bedrag van vijftienduizend euro en twee vliegtickets verbonden, om de winnaar gelegenheid te bieden twee maanden met een sabbatical te gaan. Heeft een drukbezet iemand als u daar wel tijd voor?
“Iedereen heeft tijd. Iedereen is misbaar. Het is ook juist een kenmerk van een goed leermeester dat deze zichzelf misbaar maakt. Hij kan weggaan, omdat de mensen om hem heen kunnen wat hij kan. De vraag is eigenlijk meer: wil ik wel weg? Ik vind het hier leuk. In dat opzicht kun je twee maanden weggaan ook zien als een soort straf. Zet hier maar bij dat ik dit nu zeg met een enorme grijns op mijn gezicht, hoor.”

Heeft u al een bestemming in gedachten?
“Ik heb 44 jaar geleden een periode in Italië gewoond. Ik wilde in Napels een bestaan opbouwen. Ik heb geprobeerd daar in de luchtvaart en jachtbouw te komen. Dat is niet helemaal gelukt, maar ik heb wel nog altijd zo’n ‘goeie ouwe tijd’-gevoel bij Italië. En het toeval wil dat de omgeving van Napels nu groot begint te worden op mijn vakgebied, composieten. Ik zou daar graag een pied-à-terre creëren en banden leggen met het daar gelegen centrum voor composietmaterialen. Zodat ik er zelf af en toe heen kan; maar andere medewerkers uit mijn vakgroep ook.”

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.