Waar was het het heetst? Maandag bij het Corps, dinsdag bij Virgiel of toch in de kelder van Jansbrug? De publiekstrekkers in de Owee leveren er een gratis sauna bij.
Maar hoeveel er ook gezweet wordt, er gaat nog altijd meer vocht (lees: bier) naar binnen. Een impressie van de eerste twee dagen.
Figuur 1 Achttienhonderd rugzakjes (met reclame-potje Chicken Tonight) wachten op hun Owee-er
‘Leuk’, vinden de nuldejaars hun Ontvangstweek. De mentorgroep is leuk, het programma is leuk, Delft en de verenigingen – alles is leuk. Alleen de vraag ,,Hoe vind je het hier” begint sommigen de keel uit te hangen. Want behalve verslaggevers en Owee-genoten informeren ook veel ouderejaars belangstellend naar de ervaringen van de freshmen. Om het gesprek vervolgens op nonchalante toon te vervolgen: ,,En, ga je nog lid worden van een vereniging? In Delft spelen die een grote rol, hoor. Zelf ben ik bijvoorbeeld lid van … (vul een willekeurige naam in), en dat bevalt me prima.”
,,Het is met de Owee zoals met het katholicisme”, verklaart een Corpslid in licht beschonken toestand. ,,Ik bedoel: dat was een prima geloof totdat ze zieltjes gingen winnen. Vat je hem? Die kant gaat het met de Owee ook uit, verenigingen die normaal niet rivaliserend zijn, worden dat nu ineens wel. Vroeger was het relaxed, maar het wordt steeds a-relaxter”, licht hij toe. Daarmee is niet iedereen het eens: ,,Wij werven wel, maar niet zo opdringerig als de andere verenigingen”, is een veelgehoorde frase.
De meeste eerstejaars zal het een zorg zijn. Ze weten wel dat er van alles gedaan wordt om hen binnen te lokken, maar zolang dat betekent dat ze in de watten worden gelegd met gezellige bands, gratis films en goedkoop bier, vinden ze het best.
Groepsgeest
Traditiegetrouw proberen eerstejaars bij de opening van de Owee studenten van andere richtingen te overstemmen met hun gezang.
De lol begint op maandagmorgen, als achttienhonderd Owee-ers en hun vierhonderd mentoren zich in de Aula verzamelen voor de traditionele portie verbaal geweld. Tijdens de faculteitsweekeinden hebben de nullen een spoedcursus ‘groepsgeest’ gehad. Zingen zullen ze tijdens de opening, en hard ook.
De scheikundigen, die en bloc in witte stofjas en groene pet binnenkomen, zetten de toon: ,,En wij zijn technologen, en jullie zijn allemaal suf.” Dat is het sein om massaal de kelen open te trekken. Bouwkundestudenten worden als vanouds uitgejouwd met ,,drie maal drie is negen, dat weet zelfs een bouko niet”, maar om L&R te jennen is een nieuwe slogan bedacht: ,,Fokker failliet”.
Rector Wakker en burgemeester Van Walsum spelen het spelletje laconiek mee. Tussen het geschreeuw door merkt Wakker op dat de zaal uit ‘statistisch gezien zeer intelligente studenten’ bestaat. ,,U heeft zeventig procent kans om tot de categorie hoogbegaafden te horen.” Dat gaat erin als koek. Maar studeren aan ,,een begrip in de wereld” schept ook verplichtingen, vindt de rector. ,,Gebruik uw tijd goed, de Delftse student is geen vage, zwalkende, eeuwigdurende student.”
,,Wat een nutteloze vragen. Ik zou zeggen: ga straks naar de infomarkt net als ik.” De wit-beschilderde voorzitter van ‘mensenvereniging’ Wolbodo loopt halverwege het presidentenforum weg
En onder dat motto gaat het naar het presidentenforum, waar een student wil weten of het niet onpraktisch is, zoveel verschillende verenigingen. ,,Denken jullie niet aan een fusie ofzo?”
Giroblauw
Temidden van de overvloedige informatiestroom op de Markt kraken twee eerstejaars even de hersens
Voordat iedereen een terras op kan zoeken (of nog studentikozer: met een krat bier op de stoep kan gaan zitten) volgt eerst nog het verplichte nummer van de informatiemarkt. Na een half uurtje rondlopen bestaat de buit uit een giroblauwe fietspomp, een blik soep, agenda, melkpoeder, vijf pennen, twee kranten en drie kilo folders.
Tijdens de maaltijd klaagt de vaste kern van de Bolk even later over de vage wervingsposters (‘Bij ons zijn zelfs de vrouwen gefrustreerd’). Er is een informele aanmeldingsstop voor iedereen die Michiel, Arjen, Jannie of Maaike heet, vertellen de doorgewinterde Bolkers ook nog. Want daarvan zijn er al te veel. En bovendien zit de Bolk helemaal niet om grote aantallen nieuwe leden verlegen.
Michielen en Maaikes zijn wel welkom bij Virgiel, waar hypnotiseur Mister Black zijn kunsten toont. ,,Het zijn geen bovennatuurlijke krachten, het berust allemaal op suggestie”, verzekert hij de zaal. Na zijn geen-hoofdpijn-garantie en de belofte dat niemand uit de kleren hoeft, stormen zo’n dertig vrijwilligers naar voren. Slechts een klein groepje doorstaat de selectietests. Tot grote hilariteit van het publiek laat mister Black hen een stinkende sok door het gezicht halen, die volgens de slachtoffers naar ‘aardbeitjes’ ruikt. Als hij hen ook nog ammonia laat snuiven, uien en citroenen doet eten en azijn te drinken geeft, verdwijnt de scepsis in de zaal. Verdomd, dit lijkt wel echt. Dat maakt het pas echt ‘gaaf’ en ‘tof’, en mister Black kan rekenen op een luid applaus.
Figuur 5 Tijd voor een patatje
Piercen
De volgende halte is de bjoetie-boot van de Delftse Werkgroep Homoseksualiteit. Het is al aardig druk geweest, vertelt Michael. Veel clubjes zijn afgekomen op het piercen, maar dat ging helaas niet door. Je kunt er echter nog altijd je haar laten knippen, een bodypaint krijgen of een ‘tattoo’ latenopplakken. En de massage van Bart (hij heeft net een kneedcursusje achter de rug) is ook zeker de moeite waard.
Bij Jansbrug is het ondertussen goed vol. Theezolder Oele heeft Theo de King in de hoofdrol, en de temperaturen stijgen tot onaangename hoogten.
Uit je dak bij de disco van Virgiel
Met karaoke lok je de mensen tegenwoordig niet meer, zo blijkt bij de Bond. Een klein groepje zingt nog uit volle borst ‘oh oh Den Haag’ en ‘ik heb zo wa-wa-wa-waanzinnig gedroomd’ maar voor de rest is er weinig te doen. Een vermoeide mentor hangt aan de bar. Hij heeft het die dag alleen moeten opknappen en is kapot. Zijn groep begint eindelijk wat los te komen. ,,De hele lunch werd er geen woord gezegd”, verzucht hij.
,,Het is heel simpel, als wij de plafonds hier zo laag maken als bij Jansbrug lijkt het hier ook druk”, probeert een DSB-er de afwezigheid van eerstejaars te verklaren. Maar het wil niet helpen. De meeste Owee-kuikens en hun geel-ge-T-shirte kloeken zitten bij het Corps, dat uitpakt met de populaire houseformatie 2 brothers on the 4th floor. Lekker swingen met je rugzak om.
Slaap
Klimmen kun je tijdens de Owee vrijwel overal. Op dinsdag bij het Sportcentrum bijvoorbeeld, of bij Virgiel en de Bond. En als het geen klimmen is, dan staat er wel ‘abseilen’ op het programma (Bolk, Jansbrug, DSC). Maar De Koornbeurs heeft wat anders: pandje kraken onder begeleiding van een oprechte activist. Dat klinkt spannend, maar het blijkt een variant op ‘opa vertelt’. Olaf en Pieter dissen verhalen op uit de oude doos: hoe ze ooit de TU bezetten en het ministerie van Onderwijs binnendrongen. Helemaal vooraan vecht een eerstejaars tegen de slaap. Achter zijn brilleglazen vallen zijn ogen telkens dicht. Bij de uitleg over het ontruimingsplan (,,Laat je je weg slepen of ga je één voor één naar buiten”) geeft hij het op en legt het hoofd op tafel.
Willem mept zijn mentor van een paal af tijdens het ‘project’ bij de DSB
,,Oh, me ballen”, roept een groen t-shirt met Rotterdamse tongval ondertussen bij DSB. Gewapend met kussen zit hij op een buis, klaar om één van zijn groepgenoten eraf te meppen. Hip bebaarde Willem heeft de mentor er al afgegooid (,,Zo amicaal gaan wij om met onze mentoren”). Met een meter thee zetten de werktuigbouwers zich daarna in de zon.
,,We worden gefopt”, meent Léon. ,,Ik heb gehoord dat het in Delft alleen tijdens de Owee zo gezellig is. Maar ja, ze doen wel leuk hun best.” Léon staat tijdelijk droog, vanwege medicijnen, en dat is wel eens lastig. ,,Dan ga je bestellen: dertig bier en een tonic.” ,,Er wordt hier belachelijk veel gedronken”, vult Willem aan. ,,Ik houd wel van een biertje, maar hier is het geforceerd drinken.” Dat begon al tijdens het Weekend van Werktuigbouw. ,,Daar was opeens alle fris op. Gingen we tandenpoetsen met bier, want water was er ook niet.”
,,Ik heb het idee dat het een beetje stoer doen is van hunkant”, oordeelt Willem over de ouderejaars. Met zichtbaar genoegen vervolgt hij: ,,Maar een mentor zei dat ze moeite had om ons met drinken bij te houden en dat had ze van andere mentoren ook al gehoord.”
Kikkermeppen
Eerstejaars die voor het Rodeo-paard naar Virgiel komen, worden teleurgesteld, want er zijn problemen mee (op hol geslagen?). Maar voor de nieuwe lichting is er wel lasergamen. De gewelven onder de sociëteit zijn met schotten, lakens en mist omgetoverd tot een doolhof, waar echte survivors doorheen sneaken als Schwarzeneggers. Anderen wandelden rond alsof het lunchpauze is en roepen verontwaardigd ‘oh shit’ als ze weer eens aangeschoten worden. De winnaar legt even zijn taktiek uit: ,,Doorlopen en iedere keer megapower pakken.”
Herman Koch (Jiskefet) trekt op dezelfde locatie enkele uren later een eetzaal vol luisteraars. Droge humor en kletsnatte lijven – de hitte is niet te harden. Natuurlijk ontkomt hij niet aan een vraag over de ‘lullo’-pastiche op het studentenleven. ,,Je zit in een café en je ziet een groepje iets bestellen, en dat groepje denkt dat deze eigenaar van de bar zijn”,legt Koch gewillig uit. ,,Die gemakkelijke macht van de corpsbal heeft ons altijd gefascineerd. Ik denk dan altijd: goh, het heeft maar een haar gescheeld of ik was ook zo geworden.”
De grootste kolder van de avond is te vinden bij Wolbodo. Onder de vlag van Oostduits kikkermeppen duiken daar twee dames in bikini in een schotelantenne vol met vanille- en chocoladevla. Tijdens het potje vrij worstelen vliegen de spetters in het rond en het publiek deinst haastig terug. De strijd is zo hevig dat een der ‘kikkers’ zelfs een bloedlip oploopt. Om het spektakel compleet te maken wordt één van de toeschouwers in het bad uitgenodigd. Al snel wordt de strijd onbeslist verklaard en de pet van de ‘vrijwilliger’ uit de vla gevist. Morgen is er weer een ander toetje.
Het is na middernacht, dinsdagavond. Een nul ondersteunt zijn mentor, die wat onzuiver uit zijn ogen kijkt. ,,Gaat het nog een beetje”, informeert hij bezorgd. ,,Oh ja hoor, het gaat best. Ik ben alleen een beetje moe.”
Een voorproefje voor aspirant-Corpsmeisjes: tijdens de ‘meidenborrel’ gaat heren-zangdispuut ‘de Bourdon’ voor alle dames op de knieën
Comments are closed.