Opinion

Het gat

Daar stond ik dan op 31 augustus, met één been nog in mijn bestuursfunctie en met het andere alweer bijna in het ‘normale’ studentenleven. Tijdens de toespraak die ik die dag hield voor de hoge heren en dames van de TU, was in een andere zaal een inleiding bezig van het practicum dat ik de komende maand moest gaan volgen én waar ik, na vijf telefoontjes, niet bij aanwezig hoefde te zijn.

Daar stond ik dan op 31 augustus, met één been nog in mijn bestuursfunctie en met het andere alweer bijna in het ‘normale’ studentenleven. Tijdens de toespraak die ik die dag hield voor de hoge heren en dames van de TU, was in een andere zaal een inleiding bezig van het practicum dat ik de komende maand moest gaan volgen én waar ik, na vijf telefoontjes, niet bij aanwezig hoefde te zijn.

Later tijdens de receptie schudde ik de handen van de nieuwe bestuurtjes, die hun eerste officiële opwachting maakten bij de TU. Toen realiseerde ik het me pas echt goed; mijn bestuursjaar was voorbij. Morgen zou ik weer gaan beginnen met vakken en studeren. Maar hopen dat het weer zou lukken en ik niet terecht zou komen in het gevreesde ‘gat’.

Het gebeurt meer dan eens dat iemand na z’n bestuursjaar niet meer op gang kan komen met zijn studie en volledig de greep op het studeren verliest. Verhalen over mensen die na hun bestuur (= een jaar niet studeren) in ‘het gat’ zijn beland, komen regelmatig op tafel als je vertelt dat je er ook zoéén bent die een bestuursbeurs ontvangt. Eigenlijk wil je na je bestuursjaar even lekker doorstomen met je studie. De gedachte dat dit kan mislukken is als een nachtmerrie die jarenlang elke nacht terugkomt.

Voor mezelf kan ik nu, na zo’n vier maanden, wel zeggen dat ik denk dat ik ‘er’ niet in beland ben. Ik ben weer lekker aan de gang met mijn studie en ook m’n huis- en clubgenoten hebben me weer geaccepteerd, nadat ik ze een jaar verwaarloosd had. Maar toch beland je na zo’n jaar ertussenuit wel in iets. Het is geen gat, eerder een soort dalletje.

In je bestuursjaar heb je toch wel een aantal verantwoordelijkheden, je hebt vaak de leiding over een organisatie en je probeert alles op een goede manier te runnen. Zeker na een jaar weet je hoe de zaken gaan en hoe alles werkt. En dan moet je het allemaal overdragen, je weet ook wel dat het niet anders kan, omdat je weer gewoon moet gaan studeren, maar van de andere kant vind je het ook wel zonde van alles wat je dan weet. Je wordt nog wel gevraagd voor wat adviesfuncties, waar je dan nog af en toe je kennis mag spuien, en af en toe, in het begin, bellen ze je nog wel eens om je wat te vragen, maar dat is het dan ook. Je bent weer gewoon student en bij je studie zal bijna niemand zich interesseren voor wat jij doet of gedaan hebt, ze vragen zich eerder af waarom jij dát vak nog moet doen. Je voelt je toch enigszins ondergewaardeerd.

Gelukkig kom je er snel achter dat je toch eigenlijk ook heel wat dingen geleerd hebt die nu ook nog nuttig zijn. Zeker als je weer eens in een groepje samenwerkt of een presentatie moet geven. Dan blijken dat soort zaken je toch wat eenvoudiger af te gaan, zonder dat je daar een cursus vergadertechnieken of teambuilding voor hebt gevolgd.

Ik ben inmiddels uit mijn ‘dalletje’ en ik ben allang blij dat ik niet in het ‘gat’ ben gevallen. Maar het is een delicaat onderwerp. Een tip voor iedereen die de eerste maanden na september een oud-bestuurder tegenkomt en wil informeren hoe het studeren bevalt. Zorg er voor dat je niet vraagt ‘hoe gaat het?’, maar voorzichtig zegt ‘weer lekker bezig?’

Daar stond ik dan op 31 augustus, met één been nog in mijn bestuursfunctie en met het andere alweer bijna in het ‘normale’ studentenleven. Tijdens de toespraak die ik die dag hield voor de hoge heren en dames van de TU, was in een andere zaal een inleiding bezig van het practicum dat ik de komende maand moest gaan volgen én waar ik, na vijf telefoontjes, niet bij aanwezig hoefde te zijn.

Later tijdens de receptie schudde ik de handen van de nieuwe bestuurtjes, die hun eerste officiële opwachting maakten bij de TU. Toen realiseerde ik het me pas echt goed; mijn bestuursjaar was voorbij. Morgen zou ik weer gaan beginnen met vakken en studeren. Maar hopen dat het weer zou lukken en ik niet terecht zou komen in het gevreesde ‘gat’.

Het gebeurt meer dan eens dat iemand na z’n bestuursjaar niet meer op gang kan komen met zijn studie en volledig de greep op het studeren verliest. Verhalen over mensen die na hun bestuur (= een jaar niet studeren) in ‘het gat’ zijn beland, komen regelmatig op tafel als je vertelt dat je er ook zoéén bent die een bestuursbeurs ontvangt. Eigenlijk wil je na je bestuursjaar even lekker doorstomen met je studie. De gedachte dat dit kan mislukken is als een nachtmerrie die jarenlang elke nacht terugkomt.

Voor mezelf kan ik nu, na zo’n vier maanden, wel zeggen dat ik denk dat ik ‘er’ niet in beland ben. Ik ben weer lekker aan de gang met mijn studie en ook m’n huis- en clubgenoten hebben me weer geaccepteerd, nadat ik ze een jaar verwaarloosd had. Maar toch beland je na zo’n jaar ertussenuit wel in iets. Het is geen gat, eerder een soort dalletje.

In je bestuursjaar heb je toch wel een aantal verantwoordelijkheden, je hebt vaak de leiding over een organisatie en je probeert alles op een goede manier te runnen. Zeker na een jaar weet je hoe de zaken gaan en hoe alles werkt. En dan moet je het allemaal overdragen, je weet ook wel dat het niet anders kan, omdat je weer gewoon moet gaan studeren, maar van de andere kant vind je het ook wel zonde van alles wat je dan weet. Je wordt nog wel gevraagd voor wat adviesfuncties, waar je dan nog af en toe je kennis mag spuien, en af en toe, in het begin, bellen ze je nog wel eens om je wat te vragen, maar dat is het dan ook. Je bent weer gewoon student en bij je studie zal bijna niemand zich interesseren voor wat jij doet of gedaan hebt, ze vragen zich eerder af waarom jij dát vak nog moet doen. Je voelt je toch enigszins ondergewaardeerd.

Gelukkig kom je er snel achter dat je toch eigenlijk ook heel wat dingen geleerd hebt die nu ook nog nuttig zijn. Zeker als je weer eens in een groepje samenwerkt of een presentatie moet geven. Dan blijken dat soort zaken je toch wat eenvoudiger af te gaan, zonder dat je daar een cursus vergadertechnieken of teambuilding voor hebt gevolgd.

Ik ben inmiddels uit mijn ‘dalletje’ en ik ben allang blij dat ik niet in het ‘gat’ ben gevallen. Maar het is een delicaat onderwerp. Een tip voor iedereen die de eerste maanden na september een oud-bestuurder tegenkomt en wil informeren hoe het studeren bevalt. Zorg er voor dat je niet vraagt ‘hoe gaat het?’, maar voorzichtig zegt ‘weer lekker bezig?’

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.