Studenten science communication keken alvast naar de Tegenlicht-uitzending ‘Groene Dromen’ van zondag 2 april 2017. Ze concluderen dat de TU meer kan doen aan duurzaam ondernemen en circulaire economie.
Reaching out is simple, you might say. However, the outreach of our Drop Your Thesis! project turned out to be quite challenging.
Dat onze aarde geen bodemloze put aan grondstoffen is en de ecologische voetafdruk van de mens wel degelijk groter is dan sommigen – ik noem geen namen – doen vermoeden, komt niet als een verrassing. Het moet anders vinden velen. Maar waarom gaat verandering dan zo traag? Ondanks talloze initiatieven en de ook aan de universiteit bekende concepten zoals cradle to cradle, wil een duurzame samenleving maar niet van de grond komen. Vooral onze economie loopt drastisch achter als het op duurzaamheid aankomt.
Dat moet en kan beter, vindt ook Rob van Hattum, eindredacteur wetenschap bij de VPRO en inhoudelijk directeur bij NEMO. Hij regisseerde de nieuwe aflevering van VPRO Tegenlicht ‘Groene Dromen’ waarin hij in kaart brengt hoe een circulaire economie als katalysator kan fungeren voor een groene toekomst. Als studenten science communication bespreken we de aflevering met Van Hattum op de redactie van Tegenlicht.
Oesterzwammen
Opvallend is dat de aflevering zich niet richt tot de consument, maar tot ondernemend Nederland. Er wordt een wereld geschetst waar we onze huidige verdienmodellen in de prullenbak gooien en de transitie maken naar een circulaire economie. Een economie waar het afval van de één, de grondstof van de ander kan zijn. Zo zien we in de aflevering oesterzwammen gekweekt op koffiedik en leer gemaakt van fruitafval.
Vanuit de rode stoelen in een kleine bioscoopzaal in het VPRO-gebouw vraagt één van ons zich af wat de kracht van de circulaire economie is en het antwoord is simpel: geld. Winst en duurzaamheid lijken nu misschien niet door één deur te kunnen, maar het heeft er alle schijn van dat precies dát een grote blinde vlek is. Ook met duurzaam ondernemen valt er te verdienen. Sterker nog, als je zes keer meer kunt verdienen aan één kop koffie door als koffieproducent het koffiedik te gebruiken om oesterzwammen op te laten groeien, heb je een goudmijn in handen.
We zien ondertussen hoe pioniers op dit vlak hun krachten bundelen om van duurzaamheid een aantrekkelijk businessmodel te maken. Want, zo is het idee, als we de economische waarde van duurzaamheid kunnen verhogen, dan volgt verandering vanzelf. Toch zijn we het onderling over eens dat we daar wel voor open moeten voor staan. Het grootste struikelblok voor groene ondernemers is onbegrip vanuit de omgeving. De ‘kan-niet, werkt-niet, kost-teveel-geld-mentaliteit’ werkt duurzame ontwikkeling enorm tegen. Daarin moeten we nog flink wat meters maken.
Eilandjes
Van Hattum benadrukt een belangrijke rol voor universiteiten in het opleiden van groene entrepreneurs. Als voorbeeld noemt hij zijn dochter die ‘letterlijk baalde als een stekker’ omdat ze tijdens haar opleiding industrieel ontwerpen de opdracht kreeg elektronische apparaten te ontwerpen voor het merk Princess. Veel liever was ze met duurzame designs aan de slag gegaan.
Van Hattum krijgt bijval uit de zaal. Volgens mijn medestudenten richten opleidingen aan de TU Delft zich nog te weinig op zaken als duurzaam ondernemen en de circulaire economie. ‘Opleidingen en afdelingen zitten daarvoor nog te veel op hun eigen eilandjes’, klinkt het enkele rijen boven mij.
Samen over grenzen heen kijken en gewoon doen, geeft Van Hattum ons mee als de tijd erop zit. Wij hopen van harte dat die boodschap doorklinkt tot aan de kabinetsformatie en er veel zal worden ingezet op een duurzame toekomst.
Laura Cardona is masterstudent science communication aan de TU Delft. Met een groep mede-studenten keek zij op vrijdag 31 maart alvast de Tegenlicht-uitzending ‘Groene Dromen’ van zondagavond 2 april, 21:05 uur, NPO 2. Daarna debatteerden de studenten over het onderwerp.
Comments are closed.