Universiteiten moeten zich niet blindstaren op pogingen om meer studenten te werven voor bètastudies.De universiteiten kunnen beter proberen om de grote uitval bij die opleidingen te beperken, vindt de Adviesraad voor het Wetenschaps- en Technologiebeleid (AWT).
br />
“Weliswaar hebben zich in het bètadomein de afgelopen jaren aanzienlijke verschuivingen voorgedaan; van hard naar zacht, van natuurwetenschappen naar technologie”, zo schrijft de raad in een brief aan staatssecretaris Nijs. “Maar de omvang van de gehele voorraad bètatalent vertoont door de jaren heen slechts geringe fluctuaties.”
Daarom is het volgens de AWT onzeker of maatregelen om de instroom te vergroten, zin zullen hebben. Universiteiten zouden zich beter kunnen inspannen om ervoor te zorgen dat de studenten díe zich aanmelden, vaker de eindstreep halen. Want ‘in het natuurwetenschappelijk en technisch onderwijs gaat veel bètatalent verloren doordat de uitval groot is’.
De adviesraad reageert met de brief op het Sectorplan Natuurwetenschappen en het conceptplan Wetenschap en Technologie, die universiteitenvereniging Vsnu afgelopen najaar openbaar maakte. Die plannen zijn ontwikkeld om het technisch en natuurwetenschappelijk onderwijs aantrekkelijker te maken.
De AWT blijft erbij dat wis-, natuur- en scheikundig onderwijs en onderzoek op een paar plaatsen in het land moeten worden geconcentreerd. De universiteiten hadden daar in hun plannen tegen gepleit; zij zijn bang dat door zo’n maatregel de instroom nog verder afneemt. Maar volgens de raad is dat niet zo als de concentratie beperkt blijft tot de masteropleidingen en het onderzoek. Bacheloronderwijs zou wel op een groter aantal plaatsen kunnen worden aangeboden.
De TU Delft is niet overtuigd van de noodzaak tot nog grotere concentratie. “Je moet niet te gauw stoer willen zijn met te krasse uitspraken”, reageert collegelid Paul Rullmann. “Het weghalen van een kerndiscipline als wiskunde, scheikunde of natuurkunde kan veel meer schade veroorzaken dan je op het eerste gezicht zou denken.”
Rullmann wijst erop dat wis-, schei- en natuurkunde nauwe banden hebben met andere vakgebieden. Ook het effect op die disciplines moet volgens hem niet worden vergeten.
Rullmann kan zich wel vinden in het pleidooi van de AWT om de uitval bij bètastudies te beperken. “Daar steken wij ook nu al veel energie in; we zijn verwoed bezig het onderwijs te verbeteren zodat het beter aansluit bij de belangstelling en studiestijl van binnenkomende studenten én goed aansluit bij het zo drastisch gewijzigde vwo.” Dat is volgens de bestuurder ‘een taai proces, waar nog een wereld valt te winnen’.
Universiteiten moeten zich niet blindstaren op pogingen om meer studenten te werven voor bètastudies.
De universiteiten kunnen beter proberen om de grote uitval bij die opleidingen te beperken, vindt de Adviesraad voor het Wetenschaps- en Technologiebeleid (AWT).
“Weliswaar hebben zich in het bètadomein de afgelopen jaren aanzienlijke verschuivingen voorgedaan; van hard naar zacht, van natuurwetenschappen naar technologie”, zo schrijft de raad in een brief aan staatssecretaris Nijs. “Maar de omvang van de gehele voorraad bètatalent vertoont door de jaren heen slechts geringe fluctuaties.”
Daarom is het volgens de AWT onzeker of maatregelen om de instroom te vergroten, zin zullen hebben. Universiteiten zouden zich beter kunnen inspannen om ervoor te zorgen dat de studenten díe zich aanmelden, vaker de eindstreep halen. Want ‘in het natuurwetenschappelijk en technisch onderwijs gaat veel bètatalent verloren doordat de uitval groot is’.
De adviesraad reageert met de brief op het Sectorplan Natuurwetenschappen en het conceptplan Wetenschap en Technologie, die universiteitenvereniging Vsnu afgelopen najaar openbaar maakte. Die plannen zijn ontwikkeld om het technisch en natuurwetenschappelijk onderwijs aantrekkelijker te maken.
De AWT blijft erbij dat wis-, natuur- en scheikundig onderwijs en onderzoek op een paar plaatsen in het land moeten worden geconcentreerd. De universiteiten hadden daar in hun plannen tegen gepleit; zij zijn bang dat door zo’n maatregel de instroom nog verder afneemt. Maar volgens de raad is dat niet zo als de concentratie beperkt blijft tot de masteropleidingen en het onderzoek. Bacheloronderwijs zou wel op een groter aantal plaatsen kunnen worden aangeboden.
De TU Delft is niet overtuigd van de noodzaak tot nog grotere concentratie. “Je moet niet te gauw stoer willen zijn met te krasse uitspraken”, reageert collegelid Paul Rullmann. “Het weghalen van een kerndiscipline als wiskunde, scheikunde of natuurkunde kan veel meer schade veroorzaken dan je op het eerste gezicht zou denken.”
Rullmann wijst erop dat wis-, schei- en natuurkunde nauwe banden hebben met andere vakgebieden. Ook het effect op die disciplines moet volgens hem niet worden vergeten.
Rullmann kan zich wel vinden in het pleidooi van de AWT om de uitval bij bètastudies te beperken. “Daar steken wij ook nu al veel energie in; we zijn verwoed bezig het onderwijs te verbeteren zodat het beter aansluit bij de belangstelling en studiestijl van binnenkomende studenten én goed aansluit bij het zo drastisch gewijzigde vwo.” Dat is volgens de bestuurder ‘een taai proces, waar nog een wereld valt te winnen’.
Comments are closed.