Extra olie

“Ik had het wel verwacht”, zegt olie-expert dr. Aad Correljé van de sectie economie van infrastructuren van de faculteit Techniek, Bestuur en Management desgevraagd. De ministers van financiën van de acht belangrijkste industrielanden, de G8, die onlangs bij elkaar kwamen in het Japanse Osaka, hebben tijdens hun top gezegd dat de westerse landen maar moesten wennen aan de nieuwe olieprijzen. Die boodschap is de oliestaat niet ontgaan, aldus Correljé.

“Saoedi-Arabië heeft de handschoen opgepakt. Met zijn boodschap heeft de G8 aangegeven dat de acht landen alternatieven zoeken voor olie, als de prijzen verder stijgen. Daardoor zou de vraag naar olie kunnen afnemen, en dat is zeer nadelig voor Saoedi-Arabië.”

In tegenstelling tot landen als Venezuela, Algerije en Iran, die uit zijn op snel gewin en gebaat zijn bij de hoge olieprijzen, houdt Saoedi-Arabië er een langetermijnvisie op na. Venezuela, Algerije en Iran, ook wel de haviken binnen de Opec genoemd, hebben voor nog maar enkele tientallen jaren aan olie. Saoedi-Arabië heeft daarentegen grotere reserves en kan veel langer op het zwarte goud teren. Het zal daarom proberen de olie-economie zo lang mogelijk in stand te houden.

“Of de prijzen nu gaan dalen? Dat weet ik niet”, zegt Correljé. “Het is afhankelijk van andere gebeurtenissen die daar tegenover staan. Aangezien er geen oliebuffers meer zijn, reageert de markt snel op geruchten. Als er weer wat mis gaat in Nigeria stijgt de prijs weer.”

Ook betwijfelt Correljé of het Saoedi-Arabië zal lukken om de productie op te voeren op zo’n korte termijn. “Er is weinig bekend over de staat van de velden.” En of de olie van goede kwaliteit zal zijn, daar is hij ook niet zeker van. “Het land produceert vooral zware olie, terwijl er juist meer vraag is naar lichte olie voor de productie van diesel, benzine en kerosine.”

“Extra olie oppompen is niet zonder risico’s”, reageert prof.dr. William Rossen. Hij is hoogleraar reservoir engineering bij Civiele Techniek en Geowetenschappen. “Doordat je de druk extra verlaagt, loop je kans dat gas uit de olie ontsnapt of dat er water in het reservoir stroomt.” Maar goed, Rossen vertrouwt erop dat de Saoedies weten wat ze doen. De vraag is natuurlijk of het helpt in de zin dat het de olieprijs erdoor zakt. Rossen maakt daarbij een onderscheid tussen korte en lange termijn. Op korte termijn reageert de olieprijs erg sterk op een verschil tussen vraag en aanbod, maar op langere termijn (van ongeveer tien jaar) komen vraag en aanbod vaak weer bij elkaar. Extra Saoedische productie kan dus wel degelijk een tijdelijk effect hebben, zelfs als de huidige schaarste het gevolg is van speculatie. Want het kan speculanten ertoe aanzetten hun partijen weer op de markt te brengen.

Op lange termijn heeft de extra productie nauwelijks invloed op de olieprijs, verwacht Rossen. “Uiteindelijk gaat het erom of er extra bronnen bij komen en hoe de nieuwe economieën in China en India zich zullen ontwikkelen.” (JW/TvD)

“Ik had het wel verwacht”, zegt olie-expert dr. Aad Correljé van de sectie economie van infrastructuren van de faculteit Techniek, Bestuur en Management desgevraagd. De ministers van financiën van de acht belangrijkste industrielanden, de G8, die onlangs bij elkaar kwamen in het Japanse Osaka, hebben tijdens hun top gezegd dat de westerse landen maar moesten wennen aan de nieuwe olieprijzen. Die boodschap is de oliestaat niet ontgaan, aldus Correljé.

“Saoedi-Arabië heeft de handschoen opgepakt. Met zijn boodschap heeft de G8 aangegeven dat de acht landen alternatieven zoeken voor olie, als de prijzen verder stijgen. Daardoor zou de vraag naar olie kunnen afnemen, en dat is zeer nadelig voor Saoedi-Arabië.”

In tegenstelling tot landen als Venezuela, Algerije en Iran, die uit zijn op snel gewin en gebaat zijn bij de hoge olieprijzen, houdt Saoedi-Arabië er een langetermijnvisie op na. Venezuela, Algerije en Iran, ook wel de haviken binnen de Opec genoemd, hebben voor nog maar enkele tientallen jaren aan olie. Saoedi-Arabië heeft daarentegen grotere reserves en kan veel langer op het zwarte goud teren. Het zal daarom proberen de olie-economie zo lang mogelijk in stand te houden.

“Of de prijzen nu gaan dalen? Dat weet ik niet”, zegt Correljé. “Het is afhankelijk van andere gebeurtenissen die daar tegenover staan. Aangezien er geen oliebuffers meer zijn, reageert de markt snel op geruchten. Als er weer wat mis gaat in Nigeria stijgt de prijs weer.”

Ook betwijfelt Correljé of het Saoedi-Arabië zal lukken om de productie op te voeren op zo’n korte termijn. “Er is weinig bekend over de staat van de velden.” En of de olie van goede kwaliteit zal zijn, daar is hij ook niet zeker van. “Het land produceert vooral zware olie, terwijl er juist meer vraag is naar lichte olie voor de productie van diesel, benzine en kerosine.”

“Extra olie oppompen is niet zonder risico’s”, reageert prof.dr. William Rossen. Hij is hoogleraar reservoir engineering bij Civiele Techniek en Geowetenschappen. “Doordat je de druk extra verlaagt, loop je kans dat gas uit de olie ontsnapt of dat er water in het reservoir stroomt.” Maar goed, Rossen vertrouwt erop dat de Saoedies weten wat ze doen. De vraag is natuurlijk of het helpt in de zin dat het de olieprijs erdoor zakt. Rossen maakt daarbij een onderscheid tussen korte en lange termijn. Op korte termijn reageert de olieprijs erg sterk op een verschil tussen vraag en aanbod, maar op langere termijn (van ongeveer tien jaar) komen vraag en aanbod vaak weer bij elkaar. Extra Saoedische productie kan dus wel degelijk een tijdelijk effect hebben, zelfs als de huidige schaarste het gevolg is van speculatie. Want het kan speculanten ertoe aanzetten hun partijen weer op de markt te brengen.

Op lange termijn heeft de extra productie nauwelijks invloed op de olieprijs, verwacht Rossen. “Uiteindelijk gaat het erom of er extra bronnen bij komen en hoe de nieuwe economieën in China en India zich zullen ontwikkelen.” (JW/TvD)