Nederlandse masterstudenten klagen steen en been over het lage niveau van hun buitenlandse collega’s.
Dat schrijft de studentenraad (sr) aan het college van bestuur. De raad zegt ‘zeer veel’ klachten binnen te krijgen van ‘Nederlandse masterstudenten die ontevreden zijn over het niveau van hun buitenlandse medestudenten’.
Het gaat met name om Aziatische studenten.
Het ergert de Nederlandse studenten vooral dat de buitenlandse studenten niet of onvoldoende Engels spreken. Zij antwoorden volgens de sr per definitie ‘yes’ wanneer iemand hen een vraag stelt, zonder dat zij hebben begrepen wat de vraag was.
Het gebrek aan taalvaardigheid leidt er bovendien toe dat de Nederlandse studenten meer werk moeten doen, waarop hun buitenlandse collega’s kunnen ‘meeliften’.
Andere klachten zijn ‘het niet beheersen van de (computer)programma’s’ waarmee de studenten moeten werken en het lagere kennisniveau.
De problemen blijken vooral te spelen bij de faculteiten Industrieel Ontwerpen (IO), Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica en Civiele Techniek en Geowetenschappen. Oorzaak daarvan is volgens de sr dat op die faculteiten het projectwerk in groepen de ‘dominante onderwijsvorm’ is.
Bij IO is het probleem bekend. Coördinator internationalisering Lenneke Kuijer werkt aan een voorstel voor een betere communicatie over waar studenten terecht kunnen met klachten over hun collega’s. Die moeten uiteindelijk samenkomen op een centraal punt, zodat het zichtbaar wordt als een student bij meer vakken slecht werkt. “Al zal dat weinig voorkomen”, verwacht Kuijer.
Het hoofd van het international office, John Stals, denkt niet dat het ‘een hard gegeven’ is dat het niveau van buitenlandse studenten te wensen overlaat. Toch zijn er plannen in de maak voor het min of meer verplicht stellen van de summer school, die hen moet voorbereiden op studeren in Delft. “Het afgelopen jaar kwamen daar maar 75 studenten op af, wat betekent dat de grootste groep niet komt.”
De summer school wordt volgens Stals vanaf het studiejaar 2008-2009 uitgebreid met een taaltest. “Al proberen we mensen die dat nodig hebben nu al een taaltest in te schuiven.”
De sr wil van het college van bestuur weten of het op de hoogte is van de klachten over meeliftende buitenlandse studenten. Zij vraagt ook op basis van welke criteria de TU Delft deze studenten selecteert. Verder wil de raad weten hoe de eindresultaten van de buitenlanders zich verhouden tot die van de Nederlanders.
De studentenraad hoopt met deze vragen het college van bestuur aan het denken te zetten over het onderwerp, vertelt Oras-lid Clemencia de Abreu. Zij denkt dat een onderzoek meer helderheid kan geven over de omvang van de problemen. “Nu blijft het moeilijk te zeggen wat er precies aan de hand is, maar als de klachten gegrond blijken moet de TU er iets aan doen.”
De studentenraad bespreekt het onderwerp donderdag met het college van bestuur.
Dat schrijft de studentenraad (sr) aan het college van bestuur. De raad zegt ‘zeer veel’ klachten binnen te krijgen van ‘Nederlandse masterstudenten die ontevreden zijn over het niveau van hun buitenlandse medestudenten’. Het gaat met name om Aziatische studenten.
Het ergert de Nederlandse studenten vooral dat de buitenlandse studenten niet of onvoldoende Engels spreken. Zij antwoorden volgens de sr per definitie ‘yes’ wanneer iemand hen een vraag stelt, zonder dat zij hebben begrepen wat de vraag was.
Het gebrek aan taalvaardigheid leidt er bovendien toe dat de Nederlandse studenten meer werk moeten doen, waarop hun buitenlandse collega’s kunnen ‘meeliften’.
Andere klachten zijn ‘het niet beheersen van de (computer)programma’s’ waarmee de studenten moeten werken en het lagere kennisniveau.
De problemen blijken vooral te spelen bij de faculteiten Industrieel Ontwerpen (IO), Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica en Civiele Techniek en Geowetenschappen. Oorzaak daarvan is volgens de sr dat op die faculteiten het projectwerk in groepen de ‘dominante onderwijsvorm’ is.
Bij IO is het probleem bekend. Coördinator internationalisering Lenneke Kuijer werkt aan een voorstel voor een betere communicatie over waar studenten terecht kunnen met klachten over hun collega’s. Die moeten uiteindelijk samenkomen op een centraal punt, zodat het zichtbaar wordt als een student bij meer vakken slecht werkt. “Al zal dat weinig voorkomen”, verwacht Kuijer.
Het hoofd van het international office, John Stals, denkt niet dat het ‘een hard gegeven’ is dat het niveau van buitenlandse studenten te wensen overlaat. Toch zijn er plannen in de maak voor het min of meer verplicht stellen van de summer school, die hen moet voorbereiden op studeren in Delft. “Het afgelopen jaar kwamen daar maar 75 studenten op af, wat betekent dat de grootste groep niet komt.”
De summer school wordt volgens Stals vanaf het studiejaar 2008-2009 uitgebreid met een taaltest. “Al proberen we mensen die dat nodig hebben nu al een taaltest in te schuiven.”
De sr wil van het college van bestuur weten of het op de hoogte is van de klachten over meeliftende buitenlandse studenten. Zij vraagt ook op basis van welke criteria de TU Delft deze studenten selecteert. Verder wil de raad weten hoe de eindresultaten van de buitenlanders zich verhouden tot die van de Nederlanders.
De studentenraad hoopt met deze vragen het college van bestuur aan het denken te zetten over het onderwerp, vertelt Oras-lid Clemencia de Abreu. Zij denkt dat een onderzoek meer helderheid kan geven over de omvang van de problemen. “Nu blijft het moeilijk te zeggen wat er precies aan de hand is, maar als de klachten gegrond blijken moet de TU er iets aan doen.”
De studentenraad bespreekt het onderwerp donderdag met het college van bestuur.
Comments are closed.