Opinion

Eichmann met TU associëren is onjuist en kwetsend

Ervan uitgaand dat het artikel ‘Een school voor Eichmannetjes’ in Delta 28 een correcte weergave is van de visie van prof.d

r.ir. A. van den Beukel wil ik graag de volgende reactie geven.

Deze visie verontrust mij namelijk zeer. De kern van die verontrusting staat in twee zinnen: ,,Het blikveld van de hele samenleving vernauwt en barst van de brave huisvaders die zich, als dat van hen verlangd wordt, tot meedogenloze Eichmannetjes kunnen ontpoppen. En dat komt mede omdat ethiek niet in het curriculum van de universiteit zit.”

In deze veertig woorden staan twee onvergeefbare onrechtvaardigheden: Van den Beukel trivialiseert de Holocaust en verkettert degenen die verantwoordelijk zijn voor beleid aan de TU Delft.

Pas in de laatste twintig jaar zijn we waarlijk begonnen te beseffen welk een kolossaal kwaad de Holocaust was: kwaad tegenover de slachtoffers, kwaad tegenover hun families, kwaad tegenover hun nakomelingen, kwaad tegenover degenen die probeerden te helpen, kwaad tegenover degenen die niets deden, kwaad tegenover degenen die meededen en kwaad tegenover degenen die werkelijk niets wisten maar nu weten waartoe wij in staat zijn als het vernis van de beschaving weggekrabd wordt.

Tegelijkertijd is er een groeiende neiging de Holocaust te trivialiseren door het bedrieglijke gebruik van vergelijkingen. Ons favoriete team verliest een wedstrijd met grote cijfers en journalisten omschrijven het als een ‘holocaust’. Een gestoord individu in de VS, Israël, het Verenigd Koninkrijk of Noord-Ierland slaat door, er vallen tientallen doden en weer wordt er ‘holocaust’ geroepen. Honderden of duizenden sterven in een natuurramp en opnieuw lezen we ‘holocaust’. De laatste twee voorbeelden zijn zeker tragedies, maar geen ervan is een holocaust, laat staan de Holocaust, de Shoah.

Door de naam Eichmann te gebruiken, gebruikt Van den Beukel het beeld van de Holocaust en vermindert daarmee de betekenis ervan. En waarom? Omdat hij het op een aantal punten oneens is met het beleid van de universiteit. De stelling dat ‘universitair beleid het waard is het beeld van de Holocaust op te roepen’ is verachtelijk.
Verkettering

Door het gebruik van ‘meedogenloze Eichmannetjes’ in connectie met een discussie over curriculum verkettert Van den Beukel degenen die verantwoordelijk zijn voor beleid en keuzes. De personen die ik ken, in het college van bestuur en elders, zijn intelligente, hard werkende mensen die door de aard van hun werk moeilijke keuzes moeten maken. Ik mag het dan oneens zijn met sommige van hun keuzes en vaak genoeg onenigheid hebben gehad, maar zou nooit mijn toevlucht nemen tot verkettering. Dat is onjuist.

Ik ben verbijsterd dat Van den Beukel over informatie beschikt die hem tot de conclusie brengt dat Eichmann niet ‘anti-joods’was en slechts bevelen opvolgde. Ik huiver bij de gedachte aan wat een echte ‘anti-jood’ gedaan zou kunnen hebben in Eichmanns plaats.

Van den Beukel impliceert dat degenen die zijn denkbeelden niet delen een soort crypto-nazi’s zijn, bezig met het opleiden van een generatie ‘Eichmannetjes’. Ik hoop maar dat zijn visie een reflectie is van het centrale probleem in de menselijke communicatie die Martin Buber omschreef als: ‘Je zei niet wat je bedoelde en je bedoelde niet wat je werkelijk zei.’

Prof.dr.ir. Ian T. Young

,

Ervan uitgaand dat het artikel ‘Een school voor Eichmannetjes’ in Delta 28 een correcte weergave is van de visie van prof.dr.ir. A. van den Beukel wil ik graag de volgende reactie geven.

Deze visie verontrust mij namelijk zeer. De kern van die verontrusting staat in twee zinnen: ,,Het blikveld van de hele samenleving vernauwt en barst van de brave huisvaders die zich, als dat van hen verlangd wordt, tot meedogenloze Eichmannetjes kunnen ontpoppen. En dat komt mede omdat ethiek niet in het curriculum van de universiteit zit.”

In deze veertig woorden staan twee onvergeefbare onrechtvaardigheden: Van den Beukel trivialiseert de Holocaust en verkettert degenen die verantwoordelijk zijn voor beleid aan de TU Delft.

Pas in de laatste twintig jaar zijn we waarlijk begonnen te beseffen welk een kolossaal kwaad de Holocaust was: kwaad tegenover de slachtoffers, kwaad tegenover hun families, kwaad tegenover hun nakomelingen, kwaad tegenover degenen die probeerden te helpen, kwaad tegenover degenen die niets deden, kwaad tegenover degenen die meededen en kwaad tegenover degenen die werkelijk niets wisten maar nu weten waartoe wij in staat zijn als het vernis van de beschaving weggekrabd wordt.

Tegelijkertijd is er een groeiende neiging de Holocaust te trivialiseren door het bedrieglijke gebruik van vergelijkingen. Ons favoriete team verliest een wedstrijd met grote cijfers en journalisten omschrijven het als een ‘holocaust’. Een gestoord individu in de VS, Israël, het Verenigd Koninkrijk of Noord-Ierland slaat door, er vallen tientallen doden en weer wordt er ‘holocaust’ geroepen. Honderden of duizenden sterven in een natuurramp en opnieuw lezen we ‘holocaust’. De laatste twee voorbeelden zijn zeker tragedies, maar geen ervan is een holocaust, laat staan de Holocaust, de Shoah.

Door de naam Eichmann te gebruiken, gebruikt Van den Beukel het beeld van de Holocaust en vermindert daarmee de betekenis ervan. En waarom? Omdat hij het op een aantal punten oneens is met het beleid van de universiteit. De stelling dat ‘universitair beleid het waard is het beeld van de Holocaust op te roepen’ is verachtelijk.
Verkettering

Door het gebruik van ‘meedogenloze Eichmannetjes’ in connectie met een discussie over curriculum verkettert Van den Beukel degenen die verantwoordelijk zijn voor beleid en keuzes. De personen die ik ken, in het college van bestuur en elders, zijn intelligente, hard werkende mensen die door de aard van hun werk moeilijke keuzes moeten maken. Ik mag het dan oneens zijn met sommige van hun keuzes en vaak genoeg onenigheid hebben gehad, maar zou nooit mijn toevlucht nemen tot verkettering. Dat is onjuist.

Ik ben verbijsterd dat Van den Beukel over informatie beschikt die hem tot de conclusie brengt dat Eichmann niet ‘anti-joods’was en slechts bevelen opvolgde. Ik huiver bij de gedachte aan wat een echte ‘anti-jood’ gedaan zou kunnen hebben in Eichmanns plaats.

Van den Beukel impliceert dat degenen die zijn denkbeelden niet delen een soort crypto-nazi’s zijn, bezig met het opleiden van een generatie ‘Eichmannetjes’. Ik hoop maar dat zijn visie een reflectie is van het centrale probleem in de menselijke communicatie die Martin Buber omschreef als: ‘Je zei niet wat je bedoelde en je bedoelde niet wat je werkelijk zei.’

Prof.dr.ir. Ian T. Young

Ervan uitgaand dat het artikel ‘Een school voor Eichmannetjes’ in Delta 28 een correcte weergave is van de visie van prof.dr.ir. A. van den Beukel wil ik graag de volgende reactie geven.

Deze visie verontrust mij namelijk zeer. De kern van die verontrusting staat in twee zinnen: ,,Het blikveld van de hele samenleving vernauwt en barst van de brave huisvaders die zich, als dat van hen verlangd wordt, tot meedogenloze Eichmannetjes kunnen ontpoppen. En dat komt mede omdat ethiek niet in het curriculum van de universiteit zit.”

In deze veertig woorden staan twee onvergeefbare onrechtvaardigheden: Van den Beukel trivialiseert de Holocaust en verkettert degenen die verantwoordelijk zijn voor beleid aan de TU Delft.

Pas in de laatste twintig jaar zijn we waarlijk begonnen te beseffen welk een kolossaal kwaad de Holocaust was: kwaad tegenover de slachtoffers, kwaad tegenover hun families, kwaad tegenover hun nakomelingen, kwaad tegenover degenen die probeerden te helpen, kwaad tegenover degenen die niets deden, kwaad tegenover degenen die meededen en kwaad tegenover degenen die werkelijk niets wisten maar nu weten waartoe wij in staat zijn als het vernis van de beschaving weggekrabd wordt.

Tegelijkertijd is er een groeiende neiging de Holocaust te trivialiseren door het bedrieglijke gebruik van vergelijkingen. Ons favoriete team verliest een wedstrijd met grote cijfers en journalisten omschrijven het als een ‘holocaust’. Een gestoord individu in de VS, Israël, het Verenigd Koninkrijk of Noord-Ierland slaat door, er vallen tientallen doden en weer wordt er ‘holocaust’ geroepen. Honderden of duizenden sterven in een natuurramp en opnieuw lezen we ‘holocaust’. De laatste twee voorbeelden zijn zeker tragedies, maar geen ervan is een holocaust, laat staan de Holocaust, de Shoah.

Door de naam Eichmann te gebruiken, gebruikt Van den Beukel het beeld van de Holocaust en vermindert daarmee de betekenis ervan. En waarom? Omdat hij het op een aantal punten oneens is met het beleid van de universiteit. De stelling dat ‘universitair beleid het waard is het beeld van de Holocaust op te roepen’ is verachtelijk.
Verkettering

Door het gebruik van ‘meedogenloze Eichmannetjes’ in connectie met een discussie over curriculum verkettert Van den Beukel degenen die verantwoordelijk zijn voor beleid en keuzes. De personen die ik ken, in het college van bestuur en elders, zijn intelligente, hard werkende mensen die door de aard van hun werk moeilijke keuzes moeten maken. Ik mag het dan oneens zijn met sommige van hun keuzes en vaak genoeg onenigheid hebben gehad, maar zou nooit mijn toevlucht nemen tot verkettering. Dat is onjuist.

Ik ben verbijsterd dat Van den Beukel over informatie beschikt die hem tot de conclusie brengt dat Eichmann niet ‘anti-joods’was en slechts bevelen opvolgde. Ik huiver bij de gedachte aan wat een echte ‘anti-jood’ gedaan zou kunnen hebben in Eichmanns plaats.

Van den Beukel impliceert dat degenen die zijn denkbeelden niet delen een soort crypto-nazi’s zijn, bezig met het opleiden van een generatie ‘Eichmannetjes’. Ik hoop maar dat zijn visie een reflectie is van het centrale probleem in de menselijke communicatie die Martin Buber omschreef als: ‘Je zei niet wat je bedoelde en je bedoelde niet wat je werkelijk zei.’

Prof.dr.ir. Ian T. Young

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.