Campus

Een subjectieve visie op Brasilia

Zo’n veertig jaar geleden besloot Brazilië een nieuwe hoofdstad te stichten. Op basis van het stedebouwkundig plan van Lúcio Costa verrees middenin de wildernis het ultramoderne Brasilia, ook bekend door de futuristische gebouwen van Oscar Niemeyer.

Als afstudeerfilm aan de Nederlandse Film en Televisie Academie maakte Maria Ramos over haar geboortestad een documentaire. ,,In Europa hebben mensen een erg eenzijdig beeld van Brazilië.”


1 Maria Ramos: ,,De film gaat over de relatie tussen mensen en de stedelijke ruimte”

Als de tijdgeest van de wederopbouw ergens in is gevangen dan wel in oude Polygoon-journaals. Korte items die steevast beginnen met machines die heipalen in de grond dreunen. We zien opzichters die zich over een kaart buigen. Draaiende cementmolens. Metselaars die fluitend op de steigers staan. Een timmerman die zich het zweet van het voorhoofd wist. Er wordt een vlag in de top gehesen. En daar rijdt de eerste verhuiswagen in beeld. Om de woningnood te lenigen worden dit jaar een record aantal woningen opgeleverd, horen we Philip Bloemendaal al zeggen, terwijl de camera inzoomt op een echtpaar dat de meubels naar binnen sjouwt. Gevolgd door koters die in een aangeharkte tuin met een autootje spelen.

Dit soort items zijn niet alleen in Nederland gemaakt, maar overal ter wereld waar een betere toekomst aan de man moet worden gebracht. Evengoed in Brazilië, getuige het historische filmmateriaal uit de jaren zestig waarmee de documentaire van Maria Ramos (Brasilia, 1963) opent. De beelden tonen een rijzende stad waar met man en macht wordt gewerkt. De eerste automobielen rollen over de breed aangelegde verkeerswegen en iedereen zit lachend achter het stuur. ,,A new dawn of hope”, zwiept de commentator er tegenaan.


2 Scènes uit ‘Brasilia, een dag in februari’
Theekransje

Hoe groot is het contrast met de rest van deze zorgvuldig gecomponeerde documentaire. Terwijl in de promotiefilm Brasilia als hoofdkarakter op de voorgrond treedt, is de stad in de beelden van cameravrouw Mies Rogmans veel meer decor. ,,Daar ben ik het niet mee eens”, zegt Ramos met zachte stem, maar wel vol overtuigingskracht. ,,De propagandafilm geeft historische informatie over Brasilia. Hij gaat over de utopie en de achterliggende ideeën waarom mensen wilden dat de stad gebouwd werd.”

,,Mijn eigen film gaan ook over Brasilia, maar dan vanuit een andere invalshoek. Hij is niet bedoeld als een historische film en gaat evenmin over architectuur in enge zin. Hij gaat over de relatie tussen mensen en de stedelijke ruimte, in dit geval die van Brasilia. De film probeert een gevoel op te roepen hoe zedaarin leven en wat ze met die ruimte doen.”

In veelal lange totaalshots volgen we gedurende één dag drie inwoners van de stad: een studente, een diplomatenvrouw en een spiegelverkoper. Volgens Ramos fungeren ze als gidsen die de kijker meenemen naar de plekken waar ze doorgaans hun tijd doorbrengen. Zo komen we via de studente op de universiteit terecht, belanden we op een theekransje van diplomatendames en zien we hoe de straatverkoper zijn spiegels aan een stel vrolijke juffers probeert te slijten.

Op het eerste gezicht lijkt de camera de verborgen getuige van alledaagse ontmoetingen en gebeurtenissen. Maar dat is natuurlijk schijn, want aan de documentaire lag wel degelijk een script ten grondslag. Nadat de regisseuse drie geschikte personen had gevonden, nam ze met hen door hoe een gemiddelde dag van hun leven eruit ziet. Zelf had ze ook een aantal plaatsen in gedachten waar ze graag wilde filmen, zoals bij het parlementsgebouw van Oscar Niemeyer. Toen ze over de locaties overeenstemming hadden bereikt, mochten de personen de handelingen vrijelijk invullen. Ramos: ,,Het theekransje was gepland, maar het gesprek over kunst dat die vrouwen voeren niet. Er was dus een mis-en-scene. Dat kan ook niet anders. Elke film is manipulatie, ook een documentaire. Mijn visie op Brasilia is dus subjectief.”

Dat blijkt opvallend genoeg tevens uit haar keuze voor de drie personages. Behalve de spiegelverkoper, behoren de twee vrouwen tot de blanke, Braziliaanse middenklasse. ,,In Europa hebben mensen een erg eenzijdig beeld van Brazilië”, verklaart Ramos. ,,Op de televisie zie je altijd slums, zwarte mensen, carnaval en voetbal. Dat irriteert me, omdat ik daar zelf niets mee heb. Dat is natuurlijk ook Brazilië, maar niet het enige. Ik wilde iets anders laten zien.”


3 Scènes uit ‘Brasilia, een dag in februari’
Chaos

Zelf bewaart ze overigens de beste herinneringen aan haar geboortestad. ,,Toen ik in mijn jeugd weleens met mijn ouders naar Rio de Janeiro ging, voelde ik me daar altijd compleet verloren. Ik was gewend aan de logische organisatie van de stedelijke ruimte in Brasilia. Als kind vroeg ik me af hoe mensen konden leven in de chaos van Rio. Ik hield van de ruimte, de lucht en het uitzicht in Brasilia. In tegenstelling tot veel andere mensen, vooral die er niet vandaan komen, vind ik de stad daarom niet inhumaan of deprimerend.”

Nadat ze in Parijs en Londen musicologie studeerde, verblijft ze inmiddels vijf jaar in Nederland. Tegenwoordig in Amsterdam, maar ze woonde ook twee jaar op het Kanaleneiland in Utrecht. ,,Ik haatte het!”, zegt ze. ,,Er was geen buurtgevoel. In Brasilia kende ik in mijn flatwijk iedereen. Het verschil is ook cultureel. Brazilianen leven meer buitenshuis. Ik wil niet beweren dat Brasilia gezellig is – dat is het niet. Misschien is het minder hard, omdat het altijd mooi weer is. Het zou wellicht veel uitmaken als het in Brasilia net zo grauw was als hier.”

Is ‘a new dawn of hope‘ dan toch niet een beetje uitgekomen? Ze veert op. ,,No! I find that a piece of crap. De utopie isabsoluut niet gerealiseerd. Oscar Niemeyer was een communist en wilde dat sociale ongelijkheid niet langer bestond. Rijk en arm moesten naast elkaar wonen. Daar is geen sprake van. Dat is echt flauwekul.”


4 Scènes uit ‘Brasilia, een dag in februari’

‘Brasilia, een dag in februari’ van Maria Ramos is te zien tijdens het International Filmfestival Rotterdam in Pathé, do. 6 feb. 14.30 uur en vr. 7 feb. 11.45 uur; in het Haags Filmhuis, do. 6, vr. 7 en zo. 9 feb. 21.45 uur; en in Lumen, zo. 9 feb. 15.30 uur.

,,,

Zo’n veertig jaar geleden besloot Brazilië een nieuwe hoofdstad te stichten. Op basis van het stedebouwkundig plan van Lúcio Costa verrees middenin de wildernis het ultramoderne Brasilia, ook bekend door de futuristische gebouwen van Oscar Niemeyer. Als afstudeerfilm aan de Nederlandse Film en Televisie Academie maakte Maria Ramos over haar geboortestad een documentaire. ,,In Europa hebben mensen een erg eenzijdig beeld van Brazilië.”


1 Maria Ramos: ,,De film gaat over de relatie tussen mensen en de stedelijke ruimte”

Als de tijdgeest van de wederopbouw ergens in is gevangen dan wel in oude Polygoon-journaals. Korte items die steevast beginnen met machines die heipalen in de grond dreunen. We zien opzichters die zich over een kaart buigen. Draaiende cementmolens. Metselaars die fluitend op de steigers staan. Een timmerman die zich het zweet van het voorhoofd wist. Er wordt een vlag in de top gehesen. En daar rijdt de eerste verhuiswagen in beeld. Om de woningnood te lenigen worden dit jaar een record aantal woningen opgeleverd, horen we Philip Bloemendaal al zeggen, terwijl de camera inzoomt op een echtpaar dat de meubels naar binnen sjouwt. Gevolgd door koters die in een aangeharkte tuin met een autootje spelen.

Dit soort items zijn niet alleen in Nederland gemaakt, maar overal ter wereld waar een betere toekomst aan de man moet worden gebracht. Evengoed in Brazilië, getuige het historische filmmateriaal uit de jaren zestig waarmee de documentaire van Maria Ramos (Brasilia, 1963) opent. De beelden tonen een rijzende stad waar met man en macht wordt gewerkt. De eerste automobielen rollen over de breed aangelegde verkeerswegen en iedereen zit lachend achter het stuur. ,,A new dawn of hope”, zwiept de commentator er tegenaan.


2 Scènes uit ‘Brasilia, een dag in februari’
Theekransje

Hoe groot is het contrast met de rest van deze zorgvuldig gecomponeerde documentaire. Terwijl in de promotiefilm Brasilia als hoofdkarakter op de voorgrond treedt, is de stad in de beelden van cameravrouw Mies Rogmans veel meer decor. ,,Daar ben ik het niet mee eens”, zegt Ramos met zachte stem, maar wel vol overtuigingskracht. ,,De propagandafilm geeft historische informatie over Brasilia. Hij gaat over de utopie en de achterliggende ideeën waarom mensen wilden dat de stad gebouwd werd.”

,,Mijn eigen film gaan ook over Brasilia, maar dan vanuit een andere invalshoek. Hij is niet bedoeld als een historische film en gaat evenmin over architectuur in enge zin. Hij gaat over de relatie tussen mensen en de stedelijke ruimte, in dit geval die van Brasilia. De film probeert een gevoel op te roepen hoe zedaarin leven en wat ze met die ruimte doen.”

In veelal lange totaalshots volgen we gedurende één dag drie inwoners van de stad: een studente, een diplomatenvrouw en een spiegelverkoper. Volgens Ramos fungeren ze als gidsen die de kijker meenemen naar de plekken waar ze doorgaans hun tijd doorbrengen. Zo komen we via de studente op de universiteit terecht, belanden we op een theekransje van diplomatendames en zien we hoe de straatverkoper zijn spiegels aan een stel vrolijke juffers probeert te slijten.

Op het eerste gezicht lijkt de camera de verborgen getuige van alledaagse ontmoetingen en gebeurtenissen. Maar dat is natuurlijk schijn, want aan de documentaire lag wel degelijk een script ten grondslag. Nadat de regisseuse drie geschikte personen had gevonden, nam ze met hen door hoe een gemiddelde dag van hun leven eruit ziet. Zelf had ze ook een aantal plaatsen in gedachten waar ze graag wilde filmen, zoals bij het parlementsgebouw van Oscar Niemeyer. Toen ze over de locaties overeenstemming hadden bereikt, mochten de personen de handelingen vrijelijk invullen. Ramos: ,,Het theekransje was gepland, maar het gesprek over kunst dat die vrouwen voeren niet. Er was dus een mis-en-scene. Dat kan ook niet anders. Elke film is manipulatie, ook een documentaire. Mijn visie op Brasilia is dus subjectief.”

Dat blijkt opvallend genoeg tevens uit haar keuze voor de drie personages. Behalve de spiegelverkoper, behoren de twee vrouwen tot de blanke, Braziliaanse middenklasse. ,,In Europa hebben mensen een erg eenzijdig beeld van Brazilië”, verklaart Ramos. ,,Op de televisie zie je altijd slums, zwarte mensen, carnaval en voetbal. Dat irriteert me, omdat ik daar zelf niets mee heb. Dat is natuurlijk ook Brazilië, maar niet het enige. Ik wilde iets anders laten zien.”


3 Scènes uit ‘Brasilia, een dag in februari’
Chaos

Zelf bewaart ze overigens de beste herinneringen aan haar geboortestad. ,,Toen ik in mijn jeugd weleens met mijn ouders naar Rio de Janeiro ging, voelde ik me daar altijd compleet verloren. Ik was gewend aan de logische organisatie van de stedelijke ruimte in Brasilia. Als kind vroeg ik me af hoe mensen konden leven in de chaos van Rio. Ik hield van de ruimte, de lucht en het uitzicht in Brasilia. In tegenstelling tot veel andere mensen, vooral die er niet vandaan komen, vind ik de stad daarom niet inhumaan of deprimerend.”

Nadat ze in Parijs en Londen musicologie studeerde, verblijft ze inmiddels vijf jaar in Nederland. Tegenwoordig in Amsterdam, maar ze woonde ook twee jaar op het Kanaleneiland in Utrecht. ,,Ik haatte het!”, zegt ze. ,,Er was geen buurtgevoel. In Brasilia kende ik in mijn flatwijk iedereen. Het verschil is ook cultureel. Brazilianen leven meer buitenshuis. Ik wil niet beweren dat Brasilia gezellig is – dat is het niet. Misschien is het minder hard, omdat het altijd mooi weer is. Het zou wellicht veel uitmaken als het in Brasilia net zo grauw was als hier.”

Is ‘a new dawn of hope‘ dan toch niet een beetje uitgekomen? Ze veert op. ,,No! I find that a piece of crap. De utopie isabsoluut niet gerealiseerd. Oscar Niemeyer was een communist en wilde dat sociale ongelijkheid niet langer bestond. Rijk en arm moesten naast elkaar wonen. Daar is geen sprake van. Dat is echt flauwekul.”


4 Scènes uit ‘Brasilia, een dag in februari’

‘Brasilia, een dag in februari’ van Maria Ramos is te zien tijdens het International Filmfestival Rotterdam in Pathé, do. 6 feb. 14.30 uur en vr. 7 feb. 11.45 uur; in het Haags Filmhuis, do. 6, vr. 7 en zo. 9 feb. 21.45 uur; en in Lumen, zo. 9 feb. 15.30 uur.

Zo’n veertig jaar geleden besloot Brazilië een nieuwe hoofdstad te stichten. Op basis van het stedebouwkundig plan van Lúcio Costa verrees middenin de wildernis het ultramoderne Brasilia, ook bekend door de futuristische gebouwen van Oscar Niemeyer. Als afstudeerfilm aan de Nederlandse Film en Televisie Academie maakte Maria Ramos over haar geboortestad een documentaire. ,,In Europa hebben mensen een erg eenzijdig beeld van Brazilië.”


1 Maria Ramos: ,,De film gaat over de relatie tussen mensen en de stedelijke ruimte”

Als de tijdgeest van de wederopbouw ergens in is gevangen dan wel in oude Polygoon-journaals. Korte items die steevast beginnen met machines die heipalen in de grond dreunen. We zien opzichters die zich over een kaart buigen. Draaiende cementmolens. Metselaars die fluitend op de steigers staan. Een timmerman die zich het zweet van het voorhoofd wist. Er wordt een vlag in de top gehesen. En daar rijdt de eerste verhuiswagen in beeld. Om de woningnood te lenigen worden dit jaar een record aantal woningen opgeleverd, horen we Philip Bloemendaal al zeggen, terwijl de camera inzoomt op een echtpaar dat de meubels naar binnen sjouwt. Gevolgd door koters die in een aangeharkte tuin met een autootje spelen.

Dit soort items zijn niet alleen in Nederland gemaakt, maar overal ter wereld waar een betere toekomst aan de man moet worden gebracht. Evengoed in Brazilië, getuige het historische filmmateriaal uit de jaren zestig waarmee de documentaire van Maria Ramos (Brasilia, 1963) opent. De beelden tonen een rijzende stad waar met man en macht wordt gewerkt. De eerste automobielen rollen over de breed aangelegde verkeerswegen en iedereen zit lachend achter het stuur. ,,A new dawn of hope”, zwiept de commentator er tegenaan.


2 Scènes uit ‘Brasilia, een dag in februari’
Theekransje

Hoe groot is het contrast met de rest van deze zorgvuldig gecomponeerde documentaire. Terwijl in de promotiefilm Brasilia als hoofdkarakter op de voorgrond treedt, is de stad in de beelden van cameravrouw Mies Rogmans veel meer decor. ,,Daar ben ik het niet mee eens”, zegt Ramos met zachte stem, maar wel vol overtuigingskracht. ,,De propagandafilm geeft historische informatie over Brasilia. Hij gaat over de utopie en de achterliggende ideeën waarom mensen wilden dat de stad gebouwd werd.”

,,Mijn eigen film gaan ook over Brasilia, maar dan vanuit een andere invalshoek. Hij is niet bedoeld als een historische film en gaat evenmin over architectuur in enge zin. Hij gaat over de relatie tussen mensen en de stedelijke ruimte, in dit geval die van Brasilia. De film probeert een gevoel op te roepen hoe zedaarin leven en wat ze met die ruimte doen.”

In veelal lange totaalshots volgen we gedurende één dag drie inwoners van de stad: een studente, een diplomatenvrouw en een spiegelverkoper. Volgens Ramos fungeren ze als gidsen die de kijker meenemen naar de plekken waar ze doorgaans hun tijd doorbrengen. Zo komen we via de studente op de universiteit terecht, belanden we op een theekransje van diplomatendames en zien we hoe de straatverkoper zijn spiegels aan een stel vrolijke juffers probeert te slijten.

Op het eerste gezicht lijkt de camera de verborgen getuige van alledaagse ontmoetingen en gebeurtenissen. Maar dat is natuurlijk schijn, want aan de documentaire lag wel degelijk een script ten grondslag. Nadat de regisseuse drie geschikte personen had gevonden, nam ze met hen door hoe een gemiddelde dag van hun leven eruit ziet. Zelf had ze ook een aantal plaatsen in gedachten waar ze graag wilde filmen, zoals bij het parlementsgebouw van Oscar Niemeyer. Toen ze over de locaties overeenstemming hadden bereikt, mochten de personen de handelingen vrijelijk invullen. Ramos: ,,Het theekransje was gepland, maar het gesprek over kunst dat die vrouwen voeren niet. Er was dus een mis-en-scene. Dat kan ook niet anders. Elke film is manipulatie, ook een documentaire. Mijn visie op Brasilia is dus subjectief.”

Dat blijkt opvallend genoeg tevens uit haar keuze voor de drie personages. Behalve de spiegelverkoper, behoren de twee vrouwen tot de blanke, Braziliaanse middenklasse. ,,In Europa hebben mensen een erg eenzijdig beeld van Brazilië”, verklaart Ramos. ,,Op de televisie zie je altijd slums, zwarte mensen, carnaval en voetbal. Dat irriteert me, omdat ik daar zelf niets mee heb. Dat is natuurlijk ook Brazilië, maar niet het enige. Ik wilde iets anders laten zien.”


3 Scènes uit ‘Brasilia, een dag in februari’
Chaos

Zelf bewaart ze overigens de beste herinneringen aan haar geboortestad. ,,Toen ik in mijn jeugd weleens met mijn ouders naar Rio de Janeiro ging, voelde ik me daar altijd compleet verloren. Ik was gewend aan de logische organisatie van de stedelijke ruimte in Brasilia. Als kind vroeg ik me af hoe mensen konden leven in de chaos van Rio. Ik hield van de ruimte, de lucht en het uitzicht in Brasilia. In tegenstelling tot veel andere mensen, vooral die er niet vandaan komen, vind ik de stad daarom niet inhumaan of deprimerend.”

Nadat ze in Parijs en Londen musicologie studeerde, verblijft ze inmiddels vijf jaar in Nederland. Tegenwoordig in Amsterdam, maar ze woonde ook twee jaar op het Kanaleneiland in Utrecht. ,,Ik haatte het!”, zegt ze. ,,Er was geen buurtgevoel. In Brasilia kende ik in mijn flatwijk iedereen. Het verschil is ook cultureel. Brazilianen leven meer buitenshuis. Ik wil niet beweren dat Brasilia gezellig is – dat is het niet. Misschien is het minder hard, omdat het altijd mooi weer is. Het zou wellicht veel uitmaken als het in Brasilia net zo grauw was als hier.”

Is ‘a new dawn of hope‘ dan toch niet een beetje uitgekomen? Ze veert op. ,,No! I find that a piece of crap. De utopie isabsoluut niet gerealiseerd. Oscar Niemeyer was een communist en wilde dat sociale ongelijkheid niet langer bestond. Rijk en arm moesten naast elkaar wonen. Daar is geen sprake van. Dat is echt flauwekul.”


4 Scènes uit ‘Brasilia, een dag in februari’

‘Brasilia, een dag in februari’ van Maria Ramos is te zien tijdens het International Filmfestival Rotterdam in Pathé, do. 6 feb. 14.30 uur en vr. 7 feb. 11.45 uur; in het Haags Filmhuis, do. 6, vr. 7 en zo. 9 feb. 21.45 uur; en in Lumen, zo. 9 feb. 15.30 uur.