,,De faculteit WTM heeft te lang een alibi-functie gehad.” Met die woorden kondigde collegevoorzitter De Voogd gisteren bij Wijsbegeerte en Technische Maatschappijwetenschappen min of meer het verscheiden van die faculteit aan – en leken de plannen voor een fusie met Technische Bestuurskunde bijkans een feit.
De aanwezige WTM-medewerkers bleken, bij gebrek aan inhoudelijke argumenten, weinig veranderingsgezind.
De TU moet minder overhead maken, geld dat we besparen op de bureaukosten moeten we in kwaliteit investeren, faculteiten hebben te weinig doorlaatbare wanden, samenwerking moet meer gestimuleerd, en het economie-onderwijs dat de gezamenlijke faculteit TB/WTM straks geeft, moet zo goed zijn dat de hele wereld het hier wil volgen. Diplomatiek en overtuigd gaf De Voogd gisteren zijn argumenten voor een fusie.
Maar het aanwezige gehoor wilde inhoudelijke argumenten. Een onderwijskundige visie. De Voogd gooide het over een andere boeg: ,,Het profiel van TB is te smal en er is behoefte aan inhoudelijk ander onderwijs; er is vraag naar een meer technisch manager. Met hulp van WTM is dat mogelijk.”
Oh, zit dat zo, klonk het uit de zaal. Dus WTM mag de sterke onderdelen uithuwelijken om technische bestuurskunde op te tuigen; de inbreng van WTM moet programmatisch veel sterker zijn. Want wat blijft er zo nog over van onze missie om zorg te dragen voor de maatschappelijke component in de ingenieursopleiding?
De Voogd: ,,U krijgt nu de gelegenheid die vormingsaspecten in regulier onderwijs te geven. Vergeet niet: u mag straks delen in de verantwoordelijkheid studenten op te leiden, u krijgt nu eigen studenten, want eigenlijk is WTM een lichaam zonder kop. U krijgt dus een nieuwe kans.”
Hoe kalm hij het ook formuleerde, ook met die insteek kreeg de collegevoorzitter de vingers niet uit lucht. Wat zijn voor WTM dan de voordelen? Waar zit’m dan die meerwaarde? Het publiek was niet overtuigd en de vragen bleven komen. Maar de tijd is om, interumpeerde dekaan Jochems, en riep de zaal tot de orde met: ,,Dit is niet de laatste keer dat we hierover praten.” (H.O.)
,,De faculteit WTM heeft te lang een alibi-functie gehad.” Met die woorden kondigde collegevoorzitter De Voogd gisteren bij Wijsbegeerte en Technische Maatschappijwetenschappen min of meer het verscheiden van die faculteit aan – en leken de plannen voor een fusie met Technische Bestuurskunde bijkans een feit. De aanwezige WTM-medewerkers bleken, bij gebrek aan inhoudelijke argumenten, weinig veranderingsgezind.
De TU moet minder overhead maken, geld dat we besparen op de bureaukosten moeten we in kwaliteit investeren, faculteiten hebben te weinig doorlaatbare wanden, samenwerking moet meer gestimuleerd, en het economie-onderwijs dat de gezamenlijke faculteit TB/WTM straks geeft, moet zo goed zijn dat de hele wereld het hier wil volgen. Diplomatiek en overtuigd gaf De Voogd gisteren zijn argumenten voor een fusie.
Maar het aanwezige gehoor wilde inhoudelijke argumenten. Een onderwijskundige visie. De Voogd gooide het over een andere boeg: ,,Het profiel van TB is te smal en er is behoefte aan inhoudelijk ander onderwijs; er is vraag naar een meer technisch manager. Met hulp van WTM is dat mogelijk.”
Oh, zit dat zo, klonk het uit de zaal. Dus WTM mag de sterke onderdelen uithuwelijken om technische bestuurskunde op te tuigen; de inbreng van WTM moet programmatisch veel sterker zijn. Want wat blijft er zo nog over van onze missie om zorg te dragen voor de maatschappelijke component in de ingenieursopleiding?
De Voogd: ,,U krijgt nu de gelegenheid die vormingsaspecten in regulier onderwijs te geven. Vergeet niet: u mag straks delen in de verantwoordelijkheid studenten op te leiden, u krijgt nu eigen studenten, want eigenlijk is WTM een lichaam zonder kop. U krijgt dus een nieuwe kans.”
Hoe kalm hij het ook formuleerde, ook met die insteek kreeg de collegevoorzitter de vingers niet uit lucht. Wat zijn voor WTM dan de voordelen? Waar zit’m dan die meerwaarde? Het publiek was niet overtuigd en de vragen bleven komen. Maar de tijd is om, interumpeerde dekaan Jochems, en riep de zaal tot de orde met: ,,Dit is niet de laatste keer dat we hierover praten.” (H.O.)
Comments are closed.