Education

Driepartijenoverleg voor reorganisaties

Het college van bestuur stelt voor om regelmatig bijeenkomsten te organiseren met de universiteitsraad en de vakbonden, om de grote reorganisatie van Bureau en ondersteunende diensten in goede banen te leiden.

br />
Het voorstel voor ‘tripartite afstemming’ tussen college, bonden en u-raad is de uitsmijter van het zogeheten ‘spoorboekje’. Daarin legt het cvb vast wanneer de universiteitsraad betrokken wordt bij de mammoetreorganisatie die het Bureau van de universiteit in vier stukken zal hakken, zal leiden tot een vermindering van het aantal faculteiten en diensten en tot een herverdeling van taken tussen centrale en decentrale bestuursniveaus van de TU.

Dat spoorboekje is gisteren in hoofdlijnen overgenomen door de commissie voor personeelszaken en organisatie (RPO-commissie) van de u-raad. Die had het schrikbeeld voor ogen dat de raad zo nu en dan alleen maar ‘ja’ zou mogen zeggen tegen de financiële consequenties van afspraken die het college in de komende tijd met de vakbonden gaat maken.

Vanuit de vakbeweging is behoedzaam op het voorstel gereageerd. Woordvoerder ing. F. Kok gaf als voorlopige reactie: ,,College van bestuur en u-raad vormen samen het bestuur van de universiteit. Het georganiseerd overleg vindt plaats tussen bestuur en vakorganisaties en dat is dus per definitie bilateraal.”

Rondom de reorganisaties komt het belangrijkste beslismoment voor de universiteitsraad, volgens het spoorboekje, aan het eind van dit jaar. Dan zal duidelijk worden of het cvb inderdaad wil overgaan tot het opheffen van faculteiten. Zo’n wijziging in de bestuurlijke organisatie behoort tot het beslissingsrecht van de u-raad. Het is echter ook mogelijk dat het cvb faculteiten wil ‘clusteren’ (en dus de ondersteunende diensten wil laten samenwerken), zònder dat dat zal leiden tot het verdwijnen van faculteiten. In dat geval wordt de raad alleen maar ‘geïnformeerd’.

Het voorstel voor ‘tripartite overleg’ over de reorganisaties probeert een brug te slaan tussen de diverse overlegcircuits waarlangs het college van bestuur moet laveren. De u-raad heeft, als universitair bestuursorgaan, beslissingsbevoegdheid over de hoofdlijnen van beleid en over de financiële middelen. Het college zelf is werkgever, en is in die rol gesprekspartner van de vakbonden.

Het ‘tripartite overleg’ moet, in de woorden van collegelid Veenendaal, bereiken dat er een ,,voortdurende afstemming komt tussen de verschillende gesprekspartners. Eigenlijk hebben we het hier over communicatie. Want iedereen behoudt zijn formele verantwoordelijkheden. Maar we moeten voorkomen dat iedereen steeds weer in een formele positie schiet.” Veenendaal doelde hiermee op het afbreken, vorige maand, van het georganiseerd overleg door de vakbonden en op de zorg van de u-raad buitenspel te staan. (R.M.)

Richard Meijer

Het college van bestuur stelt voor om regelmatig bijeenkomsten te organiseren met de universiteitsraad en de vakbonden, om de grote reorganisatie van Bureau en ondersteunende diensten in goede banen te leiden.

Het voorstel voor ‘tripartite afstemming’ tussen college, bonden en u-raad is de uitsmijter van het zogeheten ‘spoorboekje’. Daarin legt het cvb vast wanneer de universiteitsraad betrokken wordt bij de mammoetreorganisatie die het Bureau van de universiteit in vier stukken zal hakken, zal leiden tot een vermindering van het aantal faculteiten en diensten en tot een herverdeling van taken tussen centrale en decentrale bestuursniveaus van de TU.

Dat spoorboekje is gisteren in hoofdlijnen overgenomen door de commissie voor personeelszaken en organisatie (RPO-commissie) van de u-raad. Die had het schrikbeeld voor ogen dat de raad zo nu en dan alleen maar ‘ja’ zou mogen zeggen tegen de financiële consequenties van afspraken die het college in de komende tijd met de vakbonden gaat maken.

Vanuit de vakbeweging is behoedzaam op het voorstel gereageerd. Woordvoerder ing. F. Kok gaf als voorlopige reactie: ,,College van bestuur en u-raad vormen samen het bestuur van de universiteit. Het georganiseerd overleg vindt plaats tussen bestuur en vakorganisaties en dat is dus per definitie bilateraal.”

Rondom de reorganisaties komt het belangrijkste beslismoment voor de universiteitsraad, volgens het spoorboekje, aan het eind van dit jaar. Dan zal duidelijk worden of het cvb inderdaad wil overgaan tot het opheffen van faculteiten. Zo’n wijziging in de bestuurlijke organisatie behoort tot het beslissingsrecht van de u-raad. Het is echter ook mogelijk dat het cvb faculteiten wil ‘clusteren’ (en dus de ondersteunende diensten wil laten samenwerken), zònder dat dat zal leiden tot het verdwijnen van faculteiten. In dat geval wordt de raad alleen maar ‘geïnformeerd’.

Het voorstel voor ‘tripartite overleg’ over de reorganisaties probeert een brug te slaan tussen de diverse overlegcircuits waarlangs het college van bestuur moet laveren. De u-raad heeft, als universitair bestuursorgaan, beslissingsbevoegdheid over de hoofdlijnen van beleid en over de financiële middelen. Het college zelf is werkgever, en is in die rol gesprekspartner van de vakbonden.

Het ‘tripartite overleg’ moet, in de woorden van collegelid Veenendaal, bereiken dat er een ,,voortdurende afstemming komt tussen de verschillende gesprekspartners. Eigenlijk hebben we het hier over communicatie. Want iedereen behoudt zijn formele verantwoordelijkheden. Maar we moeten voorkomen dat iedereen steeds weer in een formele positie schiet.” Veenendaal doelde hiermee op het afbreken, vorige maand, van het georganiseerd overleg door de vakbonden en op de zorg van de u-raad buitenspel te staan. (R.M.)

Richard Meijer

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.