Kom niet aan zijn studenten. Voor Ron Noomen staan studenten absoluut op nummer één. Hij neemt dan ook de tijd voor ze. “Waarschijnlijk te veel tijd.
Ik doe niets meer aan onderzoek. Godzijdank zegt mijn baas, prof. Ambrosius, dat we als groep voor die taak staan. De een is meer begaan met onderzoek, de ander meer met onderwijs.” Wie is de beste docent van de TU Delft? De genomineerden komen vanaf deze week aan bod in een zevendelige serie. ‘Die bovenkamers moeten draaien’
Naam: Ron Noomen (51)
Doceert bij: Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek
Burgerlijke staat: Verliefd, samenwonend, vier katten, een hond
Vakken: Introduction to aerospace engineering, space engineering and technology III, design synthesis exercise, mission geometry and orbit design.
En Noomen doet het goed op onderwijs: in zijn nominatie voor Docent van het jaar valt te lezen dat hij een excellente coach van projectonderwijs is en dat studenten hem een 8,5 geven. Dat cijfer krijgen ze bij hem niet allemaal. “Die 8,5 ligt dus niet aan mijn strengheid. Ik denk dat ik tachtig procent van mijn tijd bezig ben met onderwijs. Dat vertaalt zich blijkbaar terug.”
Noomen is, zoals hij zelf zegt, ‘van de ouderwetse soort’. “Niet tien minuten college, tien minuten sommen en weer tien minuten college. Weliswaar sommen, maar volle uren les.” Hij is daarbij geen ‘voorkauwer’. “Ik zeg liever: ga daar eens kijken, of heb je daar al aan gedacht? Onderwijs is begeleid vallen en opstaan.”
Hij gebruikt tijdens zijn colleges voornamelijk sheets. “Ik kan een powerpointpresentatie maken, maar heb bijvoorbeeld nog niet geleerd hoe je nieuwe tekst in slides kunt laten lopen. Sheets kun je makkelijker over elkaar leggen en er nog eens bij pakken. Ik heb geen gevoel voor computers. Het belangrijkst is de boodschap overbrengen. Het gaat niet primair om de techniek.”
In zijn tijd werd alles nog op het bord geschreven. “Ik had een docent die met beide handen tegelijk kon schrijven. Daar was als student niet tegenop te schrijven. Wat je over wilt brengen, moet je doen via plaatjes en niet door je vingers blauw te schrijven. Studenten moeten ook vragen stellen.”
Noomen verplaatst zich in studenten om te weten welke vragen er zouden kunnen komen. Andersom stelt Noomen zelf vragen om interactie te stimuleren. “Het belangrijkste dat ik wil bereiken is dat die bovenkamers draaien. Soms ben ik verbaasd als studenten geen vragen stellen. Passief zijn. Dan denk ik: je zit hier blijkbaar om iets na te kwaken. Het systeem is erg gericht op reproduceren, stof verwerken, tentamens halen. Studenten worden onder druk gezet om nominaal te studeren, maar de universiteit moet primair creativiteit stimuleren. Als je alleen maar recepten hebt geleerd, ben je geen goede ingenieur.”
Noomen wil zijn studenten prikkelen met actuele krantenknipsels of uitdagende statements. “Ruimtepuin is een mooi onderwerp: als we doorgaan zoals nu heeft een ruimtemissie aan het eind van deze eeuw veertig procent kans om fataal te worden geraakt door ruimtepuin. Stel je voor dat je veertig procent kans hebt om bij het oversteken door een auto te worden aangereden, steek je dan nog over? Dan draaien die kopjes van studenten wel.”
Dat geldt ook tijdens de ontwerpsynthese-oefening: ter afsluiting van het bachelorprogramma buigen studenten zich tien weken lang in groepjes over een opdracht. “De allerbeste oefening die er is”, zegt de excellente coach. “Motiveer studenten. Neem ze heel serieus.”
Hij geniet ervan om kennis over te dragen en te zien dat die wordt opgepikt. Doceren houdt hem jong. “Ik voel me bepaald geen 51. Joe Jackson had vroeger een lied: ‘Nineteen forever’. Zo erg is het niet, maar ik voel me happy en vitaal.”
Tips Ron Noomen
• Zorg voor interactie met studenten
• Illustreer je vak met recente ontwikkelingen
• Neem de tijd voor een goede voorbereiding
Een plastic aardbol met hoepel
Waarom ziet een satellietmissie er uit zoals hij er uit ziet? Ron Noomen aan het werk tijdens een college Space III.
Donderdagmiddag 8 oktober, kwart voor twee, Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek. Collegezaal B vult zich langzaam met zo’n dertig studenten. Ron Noomen wil ze vandaag een filmpje laten zien over de grootste satelliet die ooit in Europa is ontwikkeld: Envisat. Alleen… zijn laptop met dvd doet het niet. Als de conciërge en een andere medewerker met een extra stekkertje komen en wat hebben gerommeld, kan Noomen beginnen. Hij vertelt dat er voor volgende week wat opgaven op Blackboard staan. “Ik ga jullie hier niet trainen”, zegt hij. “Alleen als reactie op vragen van jullie.”
Het filmpje beschrijft hoe de satelliet onder meer vegetatie, atmosferische gassen en oceaantemperaturen in verschillende seizoenen meet. De studenten zijn direct bij de les, maar lachen als er af en toe gelijktijdig Engels en Frans klinkt. Noomen excuseert zich. “Het alternatief was alleen Frans.”
Hij laat sheets uit vorige colleges zien. Kopietjes met gemarkeerde teksten. Grafiekjes met temperatuurvariaties en uitleg over zeespiegelstijging. De doelen van satellietmissies zijn duidelijk, maar waarmee moet je rekening houden bij het ontwerp van je systeem?
Noomen toont een sheet met keuzes als: de juiste baan om de aarde, beeldresolutie, lichtcondities en hoeveelheid stuwstof. Welke zijn van primair belang, ofwel niet corrigeerbaar met instrumenten? En welke zijn dat wel? Noomen vraagt het telkens aan de zaal.
Bij de antwoorden vraagt Noomen naar het waarom. “Is de rest het daarmee eens?” Noomen verduidelijkt alles met tekeningetjes en formules op het bord. En met een opblaasbare plastic aardbol waar hij een ‘kartonnen hoepel’ omheen schuift die de satellietbaan om de aarde voorstelt.
“Heel enthousiast en boeiend”, oordeelt student Bart de Vries die in de pauze uitgebreid en duidelijk antwoord op zijn vragen krijgt. “Hij weet het redelijk goed over te brengen.” Noomen laat aan het eind van het college het uiteindelijke ontwerp van Envisat op sheets zien. Tot slot draait hij het licht weer aan… oeps: uit.
Waar ga je naartoe?
“Ik heb net college gehad en ga nu naar huis. Ik moet nog even wat schoonmaken en ga dan koken. Ik ben net terug van vakantie en een weekje ziek geweest, dus ik moet alles weer even ordenen.”
Vakantie? Waar ben je naartoe geweest?
“Naar Curaçao. Ik ben nu twee weken weer terug. Ik heb daar een half jaar stage gelopen bij de Dienst Ruimtelijke Ontwikkeling en Volkshuisvesting. Ik studeer bouwkunde en doe de master urbanism.”
Zeker wel wennen, die koude temperaturen hier?
“Jazeker. Ik moest ook echt weer op zoek naar mijn truien en sjaal. Ik had in mijn koffers alleen maar shirtjes met spaghettibandjes.”
Waarom heb je voor Curaçao gekozen?
“Ik heb daar familie wonen. Ik heb daar achttien jaar gewoond en mijn ouders wonen daar nog. Ik ben in 2003 naar Nederland gekomen om te studeren.”
Ben je van plan om daar later weer te gaan wonen?
“Niet direct na mijn studie. Ik wil eerst wat rondreizen en dan bijvoorbeeld kijken hoe de situatie in Azië en Noord- en Zuid-Amerika is. Daarna een beetje werken en misschien dat ik over tien of vijftien jaar weer die kant op ga.”
En wat ga je na het schoonmaken en koken doen?
“In september wil ik beginnen met afstuderen, dus ik moet even uitzoeken welke colleges ik nog moet volgen en wat ik allemaal af moet hebben. Ik ga een soort planning maken. En daarna misschien naar de film. Naar Valkyrie, maar dat weet ik nog niet zeker.”
Naam: Ron Noomen (51)
Doceert bij: Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek
Burgerlijke staat: Verliefd, samenwonend, vier katten, een hond
Vakken: Introduction to aerospace engineering, space engineering and technology III, design synthesis exercise, mission geometry and orbit design.
En Noomen doet het goed op onderwijs: in zijn nominatie voor Docent van het jaar valt te lezen dat hij een excellente coach van projectonderwijs is en dat studenten hem een 8,5 geven. Dat cijfer krijgen ze bij hem niet allemaal. “Die 8,5 ligt dus niet aan mijn strengheid. Ik denk dat ik tachtig procent van mijn tijd bezig ben met onderwijs. Dat vertaalt zich blijkbaar terug.”
Noomen is, zoals hij zelf zegt, ‘van de ouderwetse soort’. “Niet tien minuten college, tien minuten sommen en weer tien minuten college. Weliswaar sommen, maar volle uren les.” Hij is daarbij geen ‘voorkauwer’. “Ik zeg liever: ga daar eens kijken, of heb je daar al aan gedacht? Onderwijs is begeleid vallen en opstaan.”
Hij gebruikt tijdens zijn colleges voornamelijk sheets. “Ik kan een powerpointpresentatie maken, maar heb bijvoorbeeld nog niet geleerd hoe je nieuwe tekst in slides kunt laten lopen. Sheets kun je makkelijker over elkaar leggen en er nog eens bij pakken. Ik heb geen gevoel voor computers. Het belangrijkst is de boodschap overbrengen. Het gaat niet primair om de techniek.”
In zijn tijd werd alles nog op het bord geschreven. “Ik had een docent die met beide handen tegelijk kon schrijven. Daar was als student niet tegenop te schrijven. Wat je over wilt brengen, moet je doen via plaatjes en niet door je vingers blauw te schrijven. Studenten moeten ook vragen stellen.”
Noomen verplaatst zich in studenten om te weten welke vragen er zouden kunnen komen. Andersom stelt Noomen zelf vragen om interactie te stimuleren. “Het belangrijkste dat ik wil bereiken is dat die bovenkamers draaien. Soms ben ik verbaasd als studenten geen vragen stellen. Passief zijn. Dan denk ik: je zit hier blijkbaar om iets na te kwaken. Het systeem is erg gericht op reproduceren, stof verwerken, tentamens halen. Studenten worden onder druk gezet om nominaal te studeren, maar de universiteit moet primair creativiteit stimuleren. Als je alleen maar recepten hebt geleerd, ben je geen goede ingenieur.”
Noomen wil zijn studenten prikkelen met actuele krantenknipsels of uitdagende statements. “Ruimtepuin is een mooi onderwerp: als we doorgaan zoals nu heeft een ruimtemissie aan het eind van deze eeuw veertig procent kans om fataal te worden geraakt door ruimtepuin. Stel je voor dat je veertig procent kans hebt om bij het oversteken door een auto te worden aangereden, steek je dan nog over? Dan draaien die kopjes van studenten wel.”
Dat geldt ook tijdens de ontwerpsynthese-oefening: ter afsluiting van het bachelorprogramma buigen studenten zich tien weken lang in groepjes over een opdracht. “De allerbeste oefening die er is”, zegt de excellente coach. “Motiveer studenten. Neem ze heel serieus.”
Hij geniet ervan om kennis over te dragen en te zien dat die wordt opgepikt. Doceren houdt hem jong. “Ik voel me bepaald geen 51. Joe Jackson had vroeger een lied: ‘Nineteen forever’. Zo erg is het niet, maar ik voel me happy en vitaal.”
Tips Ron Noomen
• Zorg voor interactie met studenten
• Illustreer je vak met recente ontwikkelingen
• Neem de tijd voor een goede voorbereiding
Een plastic aardbol met hoepel
Waarom ziet een satellietmissie er uit zoals hij er uit ziet? Ron Noomen aan het werk tijdens een college Space III.
Donderdagmiddag 8 oktober, kwart voor twee, Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek. Collegezaal B vult zich langzaam met zo’n dertig studenten. Ron Noomen wil ze vandaag een filmpje laten zien over de grootste satelliet die ooit in Europa is ontwikkeld: Envisat. Alleen… zijn laptop met dvd doet het niet. Als de conciërge en een andere medewerker met een extra stekkertje komen en wat hebben gerommeld, kan Noomen beginnen. Hij vertelt dat er voor volgende week wat opgaven op Blackboard staan. “Ik ga jullie hier niet trainen”, zegt hij. “Alleen als reactie op vragen van jullie.”
Het filmpje beschrijft hoe de satelliet onder meer vegetatie, atmosferische gassen en oceaantemperaturen in verschillende seizoenen meet. De studenten zijn direct bij de les, maar lachen als er af en toe gelijktijdig Engels en Frans klinkt. Noomen excuseert zich. “Het alternatief was alleen Frans.”
Hij laat sheets uit vorige colleges zien. Kopietjes met gemarkeerde teksten. Grafiekjes met temperatuurvariaties en uitleg over zeespiegelstijging. De doelen van satellietmissies zijn duidelijk, maar waarmee moet je rekening houden bij het ontwerp van je systeem?
Noomen toont een sheet met keuzes als: de juiste baan om de aarde, beeldresolutie, lichtcondities en hoeveelheid stuwstof. Welke zijn van primair belang, ofwel niet corrigeerbaar met instrumenten? En welke zijn dat wel? Noomen vraagt het telkens aan de zaal.
Bij de antwoorden vraagt Noomen naar het waarom. “Is de rest het daarmee eens?” Noomen verduidelijkt alles met tekeningetjes en formules op het bord. En met een opblaasbare plastic aardbol waar hij een ‘kartonnen hoepel’ omheen schuift die de satellietbaan om de aarde voorstelt.
“Heel enthousiast en boeiend”, oordeelt student Bart de Vries die in de pauze uitgebreid en duidelijk antwoord op zijn vragen krijgt. “Hij weet het redelijk goed over te brengen.” Noomen laat aan het eind van het college het uiteindelijke ontwerp van Envisat op sheets zien. Tot slot draait hij het licht weer aan… oeps: uit.
Comments are closed.