Campus

De Kolk wordt gezellige stadshaven

De Delftse havenmeester wil best een kantoor in de passantenhaven in De Kolk. In het ontwerp van IO-student Thijs Kleijn krijgt ze er meteen een hele nieuwe haven bij.

Sjors en Ellie Verlaan zijn vijfenvijftig en vierenvijftig jaar en sinds dertig jaar gelukkig getrouwd. Ooit zeilden ze, maar ze kochten een motorboot toen dat te veel gedoe werd. Ze gaan ongeveer zes weken per jaar met de boot erop uit, het liefst langs historische steden. Die bekijken ze te voet of met hun nieuwe vouwfiets.

Een virtuele vouwfiets welteverstaan, want Sjors en Ellie bestaan helemaal niet. Ze zijn bedenksels van IO-student Thijs Kleijn. Hij interviewde de passanten in haven De Kolk (voor de Hooikade) en bedacht Sjors en Ellie om de doorsnee bezoeker te beschrijven. Met Sjors en Ellie, maar ook een fictieve havenmeester en een fictieve langslopende toerist in gedachten, maakte Kleijn een ontwerp voor een nieuwe haven en een kantoor voor de havenmeester. Hij studeert deze week af op zijn ontwerp.

“Een prachtig ontwerp”, vindt Janny Zeer, havenmeester van de gemeente Delft. Samen met haar collega houdt ze toezicht op alle woonarken, jachten en terrasboten in gemeentewater. En op de passantenhaven De Kolk. Nu is de haven onbemand en moet ze er op de fiets heen als er iets aan de hand is.

Klein hoorde van de opdracht van zijn afstudeerbegeleider, prof.dr.ir. Han Brezet. Hij sloeg direct aan het ontwerpen. En nam meteen de hele haven flink onder handen. Terecht, volgens Zeer: “De Kolk is nu een beetje versloeberd.” Vanuit de haven kijken Sjors en Ellie uit op het verkeer dat over de Zuidwal raast. En ze moeten zich redden in een haven zonder havenmeester, zonder douches en toiletten en zonder een gezellig café. In het nieuwe ontwerp van Kleijn ziet de haven er een stuk aantrekkelijker uit.

“Ik heb veel stadshavens bekeken om uit te maken wat een goede haven nodig heeft. Beschutting, gezelligheid en een goede wisselwerking tussen de stad en de haven zijn belangrijk”, zegt Kleijn. Op zijn tekeningen prijken bomen om de Zuidwal te verstoppen, een makkelijk te vinden route naar het centrum en een plek voor evenementen.

Hij besloot meteen de haven groter te maken, “omdat een grote verbouwing voor twintig boten wat onzinnig is”. Kleijn haalt een stuk van de kade weg en maakt zo plek voor zestig boten. Het monument voor Vermeer en het grasveld waarop dat staat, verdwijnen zo wel in het water, maar Kleijn doet iets terug voor Vermeer. Op het huisje van de havenmeester komt een terras waar toeristen het ‘Zicht op Delft’ van Vermeer in het echt kunnen zien. Eronder bevinden zich douches, toiletten en wasmachines voor de passanten. Bij evenementen kunnen de ruimte onder het uitstekende dak en de brede kade langs de Zuidwal worden gebruikt.

Het is natuurlijk nog maar de vraag of de nieuwe haven er komt. Maar met zijn ontwerp studeert Kleijn af als industrieel ontwerper. Spijt dat hij geen bouwkunde heeft gestudeerd? “Nee, ik heb al veel producten ontworpen en wilde wel eens iets anders leren. Iets maken voor de openbare ruimte.” Bouwkundeprofessor Fons Verheijen hielp de IO’er. “Ik heb toch een heel andere aanpak dan bouwkundigen”, vertelt Kleijn. “Bij architectuur gaat het al gauw om wat de ontwerper wil. Als productontwerper ben ik gewend meer uit te gaan van de gebruiker.” Kleijn besteedde dan ook bijna de helft van zijn tijd aan het interviewen van gebruikers van zijn haven. “Maar daarna blijft het gewoon ontwerpen.”

(Ontwerp: Thijs Kleijn)

Sjors en Ellie Verlaan zijn vijfenvijftig en vierenvijftig jaar en sinds dertig jaar gelukkig getrouwd. Ooit zeilden ze, maar ze kochten een motorboot toen dat te veel gedoe werd. Ze gaan ongeveer zes weken per jaar met de boot erop uit, het liefst langs historische steden. Die bekijken ze te voet of met hun nieuwe vouwfiets.

Een virtuele vouwfiets welteverstaan, want Sjors en Ellie bestaan helemaal niet. Ze zijn bedenksels van IO-student Thijs Kleijn. Hij interviewde de passanten in haven De Kolk (voor de Hooikade) en bedacht Sjors en Ellie om de doorsnee bezoeker te beschrijven. Met Sjors en Ellie, maar ook een fictieve havenmeester en een fictieve langslopende toerist in gedachten, maakte Kleijn een ontwerp voor een nieuwe haven en een kantoor voor de havenmeester. Hij studeert deze week af op zijn ontwerp.

“Een prachtig ontwerp”, vindt Janny Zeer, havenmeester van de gemeente Delft. Samen met haar collega houdt ze toezicht op alle woonarken, jachten en terrasboten in gemeentewater. En op de passantenhaven De Kolk. Nu is de haven onbemand en moet ze er op de fiets heen als er iets aan de hand is.

Klein hoorde van de opdracht van zijn afstudeerbegeleider, prof.dr.ir. Han Brezet. Hij sloeg direct aan het ontwerpen. En nam meteen de hele haven flink onder handen. Terecht, volgens Zeer: “De Kolk is nu een beetje versloeberd.” Vanuit de haven kijken Sjors en Ellie uit op het verkeer dat over de Zuidwal raast. En ze moeten zich redden in een haven zonder havenmeester, zonder douches en toiletten en zonder een gezellig café. In het nieuwe ontwerp van Kleijn ziet de haven er een stuk aantrekkelijker uit.

“Ik heb veel stadshavens bekeken om uit te maken wat een goede haven nodig heeft. Beschutting, gezelligheid en een goede wisselwerking tussen de stad en de haven zijn belangrijk”, zegt Kleijn. Op zijn tekeningen prijken bomen om de Zuidwal te verstoppen, een makkelijk te vinden route naar het centrum en een plek voor evenementen.

Hij besloot meteen de haven groter te maken, “omdat een grote verbouwing voor twintig boten wat onzinnig is”. Kleijn haalt een stuk van de kade weg en maakt zo plek voor zestig boten. Het monument voor Vermeer en het grasveld waarop dat staat, verdwijnen zo wel in het water, maar Kleijn doet iets terug voor Vermeer. Op het huisje van de havenmeester komt een terras waar toeristen het ‘Zicht op Delft’ van Vermeer in het echt kunnen zien. Eronder bevinden zich douches, toiletten en wasmachines voor de passanten. Bij evenementen kunnen de ruimte onder het uitstekende dak en de brede kade langs de Zuidwal worden gebruikt.

Het is natuurlijk nog maar de vraag of de nieuwe haven er komt. Maar met zijn ontwerp studeert Kleijn af als industrieel ontwerper. Spijt dat hij geen bouwkunde heeft gestudeerd? “Nee, ik heb al veel producten ontworpen en wilde wel eens iets anders leren. Iets maken voor de openbare ruimte.” Bouwkundeprofessor Fons Verheijen hielp de IO’er. “Ik heb toch een heel andere aanpak dan bouwkundigen”, vertelt Kleijn. “Bij architectuur gaat het al gauw om wat de ontwerper wil. Als productontwerper ben ik gewend meer uit te gaan van de gebruiker.” Kleijn besteedde dan ook bijna de helft van zijn tijd aan het interviewen van gebruikers van zijn haven. “Maar daarna blijft het gewoon ontwerpen.”

(Ontwerp: Thijs Kleijn)

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.