Zaterdag maken vijf docenten kans om docent van het jaar te worden. Dit jaar geen nominatie van de TU. De winnaar krijgt vijftienduizend euro voor onderwijsvernieuwing. Wat maakt de genomineerden zo goed?
In de Jaarbeurs Utrecht komen de kandidaten bijeen. Ze zullen daar in korte pitches vertellen wat ze doen en wat ze allemaal willen bereiken. Dan trekt de jury zich terug en kiest de winnaar. Minister Bussemaker mag de prijs overhandigen.
Het Interstedelijk Studenten Overleg organiseert de jaarlijkse verkiezing om inspirerende docenten in het zonnetje te zetten. Studenten en bestuur van onderwijsinstellingen mogen docenten aandragen.
Veel hogescholen en universiteiten hebben al eigen docenten van het jaar, maar het is de derde keer dat deze landelijke verkiezing wordt gehouden. De vijf genomineerden proberen op allerlei manieren de ogen van hun studenten te openen.
Hard werken
Parviz Samim, docent publiek- en privaatrecht aan de Hogeschool Utrecht, kwam als Afghaanse vluchteling naar Nederland. Via mbo en hbo werd hij uiteindelijk meester in de rechten. Vaak gebruikt hij zijn eigen achtergrond in zijn lessen, bijvoorbeeld bij de cursus vreemdelingenrecht. “Dat spreekt studenten erg aan.”
Met zijn verhaal wil hij ze ook motiveren: “Ik heb hard gewerkt om te komen waar ik nu ben”, benadrukt hij. Daarom eist hij ook veel van zijn studenten. Tegelijkertijd wil hij de opleiding vernieuwen, zodat die actueel en relevant blijft. Minder eenzijdige nadruk op theorie, meer binding met de praktijk.
Bijvoorbeeld bij een onderwerp als consumentenrecht, dat studenten lastig vinden. “Dan stel ik de vraag wie er weleens een tas of schoenen via internet heeft gekocht: dat is al gauw zeventig procent. Wat doe je als je niet tevreden bent? Dan laat je zien waar het recht in de praktijk over gaat.”
Controle
Ook Marc van Mil probeert zijn vakgebied creatief aan de man te brengen. Als docent van de Utrechtse faculteit Biomedische Wetenschappen houdt hij zich bezig met DNA. Hij is een van de initiatiefnemers van een bus met een mobiel DNA-lab, waarin zijn studenten rondrijden om met middelbare scholieren te praten over DNA-onderzoek en genetische testen.
Dat maakt zijn studenten bewust van hun maatschappelijke rol, zegt Van Mil. “Soms denken buitenstaanders dat we via ons DNA in een glazen bol kunnen kijken, maar dat klopt niet. Dat moeten we duidelijk maken. Het zou mooi zijn als mijn studenten daarin een voortrekkersrol spelen.”
Van Mil is ook onderwijsvernieuwer. Wat kan er volgens hem beter? Het is en blijft moeilijk om studenten thuis meer aan het werk te krijgen, maar hij ziet wel mogelijkheden. “Via de computer kunnen we leerstof aantrekkelijker maken, maar we kunnen ook precies volgen wie zich heeft voorbereid. Op dat vlak valt nog veel winst te behalen.”
Schoonheid
De enige vrouw in het gezelschap is Stephanie Siersma, docent bij de lerarenopleiding wiskunde aan NHL Hogeschool in Leeuwarden. “Wiskunde is schoonheid, verwondering. Je kunt er complexe problemen mee oplossen en zaken bewijzen die voor altijd waar zullen zijn”, zegt ze.
Ze kan best streng zijn voor haar studenten. “Als ze te laat komen, zeggen ze weleens: ‘Kom op, ik was toch maar vijf minuten te laat?’ Ik vraag hun dan of zij later gezien willen worden als een leraar bij wie je best wat later kunt binnenkomen. Dan hebben ze gelijk begrip voor mijn houding.”
Toch is de relatie met haar studenten zeker niet hiërarchisch, meent Siersma. “We hebben WhatsApp-groepen met onze klassen en ik hoef eigenlijk nooit mijn stem te verheffen.” Ze kreeg veel hartverwarmende reacties en zelfs cadeautjes na haar nominatie. “Ze willen op 1 april allemaal naar Utrecht komen om me aan te moedigen. Het zou fantastisch zijn als dat lukt. Daarom zijn we nu bezig een bus te huren om met z’n allen te gaan.”
Techniek
Je zou denken dat Michiel Koelink zijn studenten nauwelijks creativiteit hoeft bij te brengen, want hij geeft les aan de docentenopleiding voor beeldende vorming aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten: die opleiding trekt kunstzinnige studenten aan.
Maar zo makkelijk is het niet. Koelink: “In het huidige kunstonderwijs vragen we studenten continu wat ze nu eigenlijk willen zeggen met hun werk. Dan ben je zeventien of achttien en moet je al een antwoord hebben op zoiets gecompliceerds. Ik vraag mijn studenten liever: wat wil je de komende acht weken leren van dit project? Dat geeft hun meer ruimte om de grote en persoonlijke thema’s aan te pakken, zonder hen meteen af te schrikken.”
Ook zoekt hij manieren om meer jongens voor zijn opleiding te interesseren. “Bijvoorbeeld zoals Daan Roosegaarde dat doet. Maak eens een kunstwerk dat gebruik maakt van zonlicht. En voor zowel jongens al meisjes geldt: zoek de grenzen op, want daar ontstaan discussies. Kunst moet als katalysator dienen voor een goed gesprek.”
Vernieuwing
Voor docent robotica Thijs Brilleman (Haagse Hogeschool) is verandering en vernieuwing ook een stokpaardje. Hij vindt de huidige manier van toetsen oninteressant en niet effectief, en dus laat hij studenten zelf hun opdrachten kiezen. “Ik laat ze bijvoorbeeld een apparaat herontwerpen, met als enige voorwaarde dat het een stekker en een motor heeft. Dat is leuker voor de studenten en handig met beoordelen. Een leuke bijkomstigheid is dat ik op deze manier nooit fraudeproblemen heb.”
Zo dwingt Brilleman zijn studenten tot creativiteit. Andere docenten zouden ook eens wat vaker buiten de gebaande paden mogen treden, bijvoorbeeld door te automatiseren. “Als ik zie hoe docenten hun tijd indelen, snap ik wel dat er veel overspannen raken. Ik heb bijvoorbeeld een online afsprakensysteem, waar studenten zichzelf kunnen inplannen voor een dagelijks inloopspreekuur. Het kost twee weken om eraan te wennen, maar nu is iedereen blij. Het scheelt ook een hoop mailtjes over en weer.”
Omdat docenten volgens Brilleman niet de illusie moeten hebben dat ze alles weten, roept hij de hulp van talentvolle oud-studenten in. Die krijgen een baan voor twee dagen per week aangeboden, op voorwaarde dat ze daarnaast opdrachten in het bedrijfsleven aannemen. “Zo zijn mijn lessen altijd up-to-date. De meesten zijn veel slimmer dan ik: mijn enige taak is coördineren en coachen.”
Comments are closed.