Achter de gevel van Choorstraat 16 gaat een ware tempel schuil. Koopjesjagers schuifelen nietsvermoedend door de winkelstraat langs deze Delftse loge ‘Delta’ van de vrijmetselaars.
Ook tijdens hun open dag, vrijdag 27 januari, lopen de meeste mensen het glas-in-loodraam boven de deur, met passer en winkelhaak, voorbij.
Het is geen toeval dat de vrijmetselaars ingeklemd tussen winkels in Delft actief zijn. Ingenieurs en vrijmetselaars zijn van oudsher nauw met elkaar verbonden. Toen de grote kathedralen gebouwd werden in Europa, ontstonden de voorlopers van de vrijmetselarij. Bouwmeesters staken iedere dag de koppen bij elkaar in loges om de plannen van de dag door te nemen. Niet alleen de bouw werd besproken, al snel spraken ze ook over het leven en geloof. Die onderwerpen, rituelen en bouwsymboliek vormen tot op de dag van vandaag de kern van de vrijmetselarij.
Logelid ir.Evert van Leeuwen voelt zich maar wa’t aangetrokken tot de vrijmetselarij. Hij studeerde scheikunde aan de TU Delft. “Als je over het hogere spreekt, schieten woorden vaak te kort. Door symbolen te gebruiken, communiceer je eenvoudiger. Dat is helemaal niet zweverig. Je hebt als ingenieur iets in je handen en hier spreek je aan de hand van dingen waar je dagelijks mee werkt: de passer, winkelhaak, waterpas en het schietlood. Wij communiceren bijvoorbeeld altijd op de waterpas; iedereen is gelijk.”
Daarom, benadrukt Van Leeuwen, spreekt de vrijmetselarij veel ingenieurs aan. “Welke richting je in Delft ook kiest, je bent altijd mathematisch aan het denken. Die mathematische geest vind je terug bij de vrijmetselaars.”
De vrijmetselaars bouwen aan zichzelf. Als ze de loge de eerste keer binnenwandelen zijn ze een ruwe steen, waar het gruis vanaf valt. Hun doel is om een kubieke steen te worden, zodat ze in een groot bouwwerk passen. Jarenlang hing er een zweem van geheimzinnigheid rond de vrijmetselaars. En nog steeds geven de leden niet veel geheimen prijs.
De tempeldeuren blijven normaal gesproken dan ook gesloten. Met een armzwaai opent Van Leeuwen vandaag dan toch de deur. Het eerste dat opvalt zijn de goudgekleurde sterren op het hoge plafond en de sterrenbeelden aan de muur. In het midden van de tempel staat een kubieke steen, waarop een gesloten boek ligt. “De bijbel”, zegt Van Leeuwen. “Maar bij sommige loges is het een boek met lege bladzijdes. Ik was laatst in Indonesië en daar lag de koran naast de bijbel.” Boven het podium, waar een katheder staat, hangt een driehoek met een Horus-oog. Van Leeuwen wijst op een afbeelding op een kleed. “Via het schietlood staan we in verbinding met het hogere. Of dat Allah, God of iets anders is mag je zelf bedenken. Hier zetten we de bouw voort van de tempel van koning Salomon, want we blijven tenslotte denken als doeners.”
Robert Visscher
Achter de gevel van Choorstraat 16 gaat een ware tempel schuil. Koopjesjagers schuifelen nietsvermoedend door de winkelstraat langs deze Delftse loge ‘Delta’ van de vrijmetselaars. Ook tijdens hun open dag, vrijdag 27 januari, lopen de meeste mensen het glas-in-loodraam boven de deur, met passer en winkelhaak, voorbij.
Het is geen toeval dat de vrijmetselaars ingeklemd tussen winkels in Delft actief zijn. Ingenieurs en vrijmetselaars zijn van oudsher nauw met elkaar verbonden. Toen de grote kathedralen gebouwd werden in Europa, ontstonden de voorlopers van de vrijmetselarij. Bouwmeesters staken iedere dag de koppen bij elkaar in loges om de plannen van de dag door te nemen. Niet alleen de bouw werd besproken, al snel spraken ze ook over het leven en geloof. Die onderwerpen, rituelen en bouwsymboliek vormen tot op de dag van vandaag de kern van de vrijmetselarij.
Logelid ir.Evert van Leeuwen voelt zich maar wa’t aangetrokken tot de vrijmetselarij. Hij studeerde scheikunde aan de TU Delft. “Als je over het hogere spreekt, schieten woorden vaak te kort. Door symbolen te gebruiken, communiceer je eenvoudiger. Dat is helemaal niet zweverig. Je hebt als ingenieur iets in je handen en hier spreek je aan de hand van dingen waar je dagelijks mee werkt: de passer, winkelhaak, waterpas en het schietlood. Wij communiceren bijvoorbeeld altijd op de waterpas; iedereen is gelijk.”
Daarom, benadrukt Van Leeuwen, spreekt de vrijmetselarij veel ingenieurs aan. “Welke richting je in Delft ook kiest, je bent altijd mathematisch aan het denken. Die mathematische geest vind je terug bij de vrijmetselaars.”
De vrijmetselaars bouwen aan zichzelf. Als ze de loge de eerste keer binnenwandelen zijn ze een ruwe steen, waar het gruis vanaf valt. Hun doel is om een kubieke steen te worden, zodat ze in een groot bouwwerk passen. Jarenlang hing er een zweem van geheimzinnigheid rond de vrijmetselaars. En nog steeds geven de leden niet veel geheimen prijs.
De tempeldeuren blijven normaal gesproken dan ook gesloten. Met een armzwaai opent Van Leeuwen vandaag dan toch de deur. Het eerste dat opvalt zijn de goudgekleurde sterren op het hoge plafond en de sterrenbeelden aan de muur. In het midden van de tempel staat een kubieke steen, waarop een gesloten boek ligt. “De bijbel”, zegt Van Leeuwen. “Maar bij sommige loges is het een boek met lege bladzijdes. Ik was laatst in Indonesië en daar lag de koran naast de bijbel.” Boven het podium, waar een katheder staat, hangt een driehoek met een Horus-oog. Van Leeuwen wijst op een afbeelding op een kleed. “Via het schietlood staan we in verbinding met het hogere. Of dat Allah, God of iets anders is mag je zelf bedenken. Hier zetten we de bouw voort van de tempel van koning Salomon, want we blijven tenslotte denken als doeners.”
Robert Visscher
Comments are closed.