Opinion

[Column] Lekker met een stekker

Tesla Motors is voor mij een beetje als Justin Bieber: in staat om zich als nieuwkomer eigentijds op de markt te positioneren en aanbeden door een trouwe achterban. Ik begrijp de aantrekkingskracht, maar de massale gekte eromheen en de schuimbekkende fans vind ik afstotelijk.

Boudewijn de Roode speelde de Sims3-uitbreiding University Life en zo werd avatar James Stewart geboren. (Foto: Sam Rentmeester)

Ik heb per definitie moeite met verheerlijking van wat dan ook, maar zodra mensen hun aanbidding gaan prediken, bijt ik terug. Tesla Motors en Elon Musk worden door ‘Beliebers’ als revolutionair gezien en als wereldwonder beschouwd. Ik help deze mensen graag uit de droom.


Ik heb wel eens in een Tesla gereden. Ik mocht vanuit mijn Daihatsu direct achter het stuur kruipen. Zo’n vijfhonderd meter bij de dealer vandaan sprong het stoplicht op oranje. Gewend aan mijn astmatische Japannertje trapte ik het gaspedaal volledig in om niet te hoeven stoppen… en belandden mijn ingewanden voor mijn gevoel in de achterbak. Het in totale stilte over de weg te worden getorpedeerd is een fantastische inbreuk op je zintuigen. In zekere zin heeft Tesla de maatschappij een dienst bewezen. Het mooie design en de amusementswaarde hebben het stoffige imago van elektrisch aangedreven voertuigen een enorme opkikker gegeven.


Aan de onderliggende techniek is echter niets revolutionairs: in essentie is een Tesla niets meer dan een opgevoerd golfkarretje met een iPad tegen het dashboard geplakt. Dat autonoom rijden lijkt leuk, maar totdat een dergelijk systeem betrouwbaar genoeg is om zonder handen over de snelweg te kunnen en mogen rijden, is het een waardeloze gimmick. Om onze aarde te kunnen behouden, zullen we ons inderdaad moeten gaan voortbewegen met een hernieuwbaar alternatief voor fossiele brandstof. Ik geloof dat elektriciteit de oplossing is, ik geloof echter niet dat batterijen de oplossing zijn.


Elektrische auto’s zijn absoluut geen innovatie, de elektrisch aangedreven auto was er zelfs eerder dan de verbrandingsmotor. Halverwege de negentiende eeuw werden de eerste werkende auto’s met batterijen op de markt gebracht. In 1908(!) reden er in New York ruim zeshonderd elektrische taxi’s en bussen rond en stond er op elke straathoek een oplaadpaal. Een gemiddeld model kon ongeveer 40 kilometer per uur en had een actieradius van 120 kilometer. Moderne elektrische auto’s kunnen sneller, maar zelfs met 40 kilometer per uur kom je niet verder dan 400 kilometer. In honderd jaar hebben moderne batterijen een 20 maal hogere energiedichtheid gekregen, nog altijd 20 keer lager dan die van hout en 180 keer lager dan die van waterstof. Helaas wordt er ook al decennia tégen de ontwikkeling van waterstof gelobbyd, maar dat is een ander verhaal.


Elon Musk zal het roesten of de aarde vergaat aan broeikasgassen of dat de olie opraakt. Het is allang bekend dat batterijen geen rendabel alternatief zijn voor fossiele brandstof. Musk zag met Tesla Motors een kans om bakken met geld te verdienen aan de productie van batterijen en ging in zee met Panasonic (de grootste batterijfabrikant  ter wereld). Zonder het succes van Tesla had niemand durven dromen dat de vraag naar batterijen zou worden wat hij nu is. It’s just business.


Boudewijn de Roode is bachelorstudent werktuigbouwkunde. 


Klik op de tag om de andere columns van Boudewijn de Roode te lezen.


Boudewijn de Roode / Student en columnist

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.