College krijgt tijdelijke uitbreiding

,,We willen de veranderingsprocessen aan de universiteit versnellen”, zegt collegevoorzitter De Voogd.

Het nieuwe lid zal zich voornamelijk met de universitaire bedrijfsvoering bezig gaan houden, op het gebied van personeel en financiën. Daarnaast krijgt hij vastgoed en informatisering in zijn pakket. De overige collegeleden kunnen zich daardoor meer op de universitaire ‘kernactiviteiten’ concentreren. Collegevoorzitter De Voogd kan zich dan ook meer op de externe contacten van de TU richten. ,,We kiezen nu voor een meer presidentieel model, waarbij de voorzitter minder uitvoerende taken heeft”, licht De Voogd toe. In principe verricht het nieuwe lid zijn diensten voor twee jaar.

De universitaire bestuurswet biedt geen mogelijkheid voor een vierde lid. Formeel vallen zijn werkzaamheden daarom onder de verantwoordelijkheid van de collegevoorzitter. ,,Maar het vierde lid draait volwaardig mee in het college”, aldus De Voogd.

,,Het bericht kwam als een donderslag bij heldere hemel”, reageert or-lid ir. B. van Zomeren. ,,Ik zie dit als een verkapte uitbreiding van de collegestaf, een soort tweede secretaris van de universiteit. Het past in de tendens om de staf na de MOD-reorganisatie weer stilletjes uit te breiden. Tegelijkertijd is het een brevet van onvermogen voor de staf en voor het college: blijkbaar kunnen ze het werk niet aan.”

Or-voorzitter ir. D. Hoogwater vreest dat het college onvoldoende greep heeft op de universiteit. ,,Hier en daar zie je ontwikkelingen die nog niet gedekt worden door universitair beleid. Sommige faculteiten zijn al bezig met de invoering van een kwaliteitsbeleid voor het personeel, voordat het college hier een besluit over heeft genomen. Ik vraag me af of het zicht vanaf de Olympus wel voldoende is.”

Versterking

De uitbreiding van het college is noodzakelijk om de strategische plannen van de TU te kunnen realiseren, vinden college van bestuur en raad van toezicht. ,,We willen de veranderingsprocessen aan de universiteit versnellen”, zegt collegevoorzitter De Voogd.

Het nieuwe lid zal zich voornamelijk met de universitaire bedrijfsvoering bezig gaan houden, op het gebied van personeel en financiën. Daarnaast krijgt hij vastgoed en informatisering in zijn pakket. De overige collegeleden kunnen zich daardoor meer op de universitaire ‘kernactiviteiten’ concentreren. Collegevoorzitter De Voogd kan zich dan ook meer op de externe contacten van de TU richten. ,,We kiezen nu voor een meer presidentieel model, waarbij de voorzitter minder uitvoerende taken heeft”, licht De Voogd toe. In principe verricht het nieuwe lid zijn diensten voor twee jaar.

De universitaire bestuurswet biedt geen mogelijkheid voor een vierde lid. Formeel vallen zijn werkzaamheden daarom onder de verantwoordelijkheid van de collegevoorzitter. ,,Maar het vierde lid draait volwaardig mee in het college”, aldus De Voogd.

,,Het bericht kwam als een donderslag bij heldere hemel”, reageert or-lid ir. B. van Zomeren. ,,Ik zie dit als een verkapte uitbreiding van de collegestaf, een soort tweede secretaris van de universiteit. Het past in de tendens om de staf na de MOD-reorganisatie weer stilletjes uit te breiden. Tegelijkertijd is het een brevet van onvermogen voor de staf en voor het college: blijkbaar kunnen ze het werk niet aan.”

Or-voorzitter ir. D. Hoogwater vreest dat het college onvoldoende greep heeft op de universiteit. ,,Hier en daar zie je ontwikkelingen die nog niet gedekt worden door universitair beleid. Sommige faculteiten zijn al bezig met de invoering van een kwaliteitsbeleid voor het personeel, voordat het college hier een besluit over heeft genomen. Ik vraag me af of het zicht vanaf de Olympus wel voldoende is.”