Campus

Bier met status

Door de stijgende grondstofprijzen van graan en olie stijgen ook de bierprijzen. Wat merken studentenverenigingen daarvan? Welk bier tappen ze eigenlijk en wat zijn de overwegingen bij die keuze?

Deze week kunnen Nowee-gangers bij De Bolk genieten van een zelfgebrouwen speciaalbiertje van het Bolksch Bierbrouwers Gilde.
Ook bij De Bond wordt al jaren eigen bier gebrouwen, ook daar puur voor de lol. Op de wisseltap kunnen er drie tegelijk, vertelt penningmeester Emma de Wit. “Aan die bar verkopen we ook zo’n zestig bieren op fles. In de zomer doen we in de bovenzaal meestal een witbier op de tap.” Een gewoon tapbier (0,25 cl) kost 0,80 euro. De Wit: “Bavaria, vanwege de gunstige prijs en de goede contacten. Wij kunnen op feesten vaak artiesten via Bavaria regelen. Nee, wij hebben nog geen last van hogere kosten.”

Bavaria zit bij Virgiel al heel lang op de tap, vertelt vicevoorzitter Vincent Doedée. “Aanvankelijk een gemakskeuze. In de tijd van de fusten kwam Bavaria met een aanbod om tanks te leveren. We zijn daar altijd tevreden over geweest.” Een tapje kost ook hier 0,80 euro. “Onlangs hebben we een kleine prijsverhoging moeten doorvoeren. Maar dankzij goede afspraken zijn de prijsontwikkelingen niet alarmerend.”

Tim Meskers gaat over het assortiment bij St. Jansbrug. “Het contract dat brouwersgroep AB Inbev (Jupiler, Dommelsch, Hertog Jan) aanbood was voor ons het voordeligst. Na langdurige proefsessies kozen onze leden voor Jupiler. Het gaat ook wel om de status. Dommelsch associëren wij toch meer met festivalbier, en Jupiler is gewoon lekker.” Vorig jaar steeg de prijs van een tapbier naar 0,85 euro. “Bijna elk jaar gaat de prijs wel een paar centen omhoog bij brouwerijen.” Op Jansbrug staat het speciaalbier, op tap en op fles, in hoog aanzien. “We houden hier van een lekker biertje.”

Met speciaalbiertjes weten ze bij de Koornbeurs ook wel raad, volgens barcommissaris Boris Duijf. Het standaard tapbier is Jupiler (één euro voor 0,25 cl). “Een lekker biertje, met iets meer kwaliteit dan Heineken of Bavaria.” De inkoopkosten stijgen niet explosief, maar ze gaan wel omhoog. Een prijsverhoging wordt binnenkort overwogen. “Dat zal niet meer dan twintig procent zijn. We hebben al tijden geen dikke winstmarges op bier, maar het is wel heel krap op dit moment.”

Bij DSC krijg je voor 0,85 euro een glas Heineken van 0,20 cl. Naast prijs/kwaliteitsverhouding speelt emotionele waarde een grote rol bij de merkkeuze, volgens consumabel Marc de Beurs: “Onze bestuursleden lopen hier in Heineken-bretels rond.” Hij roemt de samenwerking met de brouwerij. “Volgens de afspraak gaat de prijs alleen omhoog als er accijnsverhogingen worden doorgevoerd.” Voor groepen die niet steeds naar de bar willen lopen zijn er vijflitervaatjes. “Dat is beter dan pitchers, die slaan snel dood. Veel disputen drinken flessenbier, dus hebben we altijd kratten.” In Lorre worden ook Heineken Longneck-flessen verkocht.

Het altijd eigenzinnige Wolbodo heeft twee minder gangbare soorten op tap. “Op een bierproefavond kwam Kronenbourg als lekkerste uit de bus”, vertelt Niels van der Pas. “Als we er Valk bij namen konden we een voordelig contract afsluiten. Op verhuuravonden schenken we Valk, zelf drinken we Kronenbourg.” Een tulpglaasje kost 0,90 euro, een vaasje één euro. Last van prijsstijgingen? “Die stijgen altijd.” Met Inbev of Heineken krijg je als kleine vereniging grote problemen, denkt hij. “Ze komen hun beloftes niet na. Met een kleiner bedrijf kun je betere afspraken maken.”

Bij CSR kost een Grolsch-tapje 0,80 euro. Abactis Werner van Westering: “Grolsch, vanwege het gunstige contract. Ook wel omdat het lekker is, ja.” Is dat laatste belangrijk? “Op 1 april hebben we wel eens Bavaria aangesloten op de tap. Er was maar één persoon die dat merkte.”

,

Lucia de B. komt definitief vrij. Te midden van alle blijdschap wordt vergeten welke onvergankelijke bijdrage zij heeft geleverd aan de Nederlandse wetenschap. De advocaat die haar verdedigde, werd hoogleraar. De hoogleraar die haar uit de gevangenis kreeg, ontving een prestigieuze wetenschapsprijs. De journalist die de zaak aanzwengelde, haalde de voorpagina van Nature. De zaak Lucia de B. kent geen verliezers, behalve Lucia de B. zelf.
Verliezers zouden er wel moeten zijn. Henk Elffers bijvoorbeeld, de Amsterdamse deeltijdhoogleraar die via een dubieuze statistische berekening een belangrijke bijdrage leverde aan haar veroordeling. Het predicaat hoogleraar heeft nog steeds een enorme status in ons land, maar als universiteiten hun deeltijdtitels aan jan en alleman blijven verkopen, dan is het met die status snel gedaan. De Vrije Universiteit Amsterdam mag zich achter de oren krabben.
De grootste verliezer is de Hoge Raad. Via hoger beroep en cassatie kwam Lucia de B. in 2006 uiteindelijk terecht bij deze hoogste gerechtelijke toezichthouder, maar die zag toen geen probleem met de bewijsvoering. Terwijl het bewijs in 2006 net zo hard rammelde als nu. Een officier van justitie zoekt vaak de rand van het toelaatbare om een verdachte veroordeeld te krijgen. Soms moet de Hoge Raad dat achteraf corrigeren. Dat is in 2006 niet gebeurd. Dat was laks toezicht.
Het effect van lakse toezichthouders is intussen bekend, toch stikt het er nog steeds van. Neem NWO. De wetenschapsprojecten worden steeds groter en ambitieuzer. Zijn al die excellente projecten nog beheersbaar? Zou het niet veel beter zijn als jonge onderzoekers starten met een klein budget? Als dat goed wordt besteed, dan kan het budget worden verhoogd. Deze voor de hand liggende aanpak werd gesuggereerd aan de gebiedsdirecteur exacte wetenschappen. Haar reactie: “NWO heeft nu al de handen vol aan de beoordeling van onderzoeksvoorstellen vooraf. Controle achteraf is niet mogelijk.”
Waarvan akte.

Deze week kunnen Nowee-gangers bij De Bolk genieten van een zelfgebrouwen speciaalbiertje van het Bolksch Bierbrouwers Gilde.
Ook bij De Bond wordt al jaren eigen bier gebrouwen, ook daar puur voor de lol. Op de wisseltap kunnen er drie tegelijk, vertelt penningmeester Emma de Wit. “Aan die bar verkopen we ook zo’n zestig bieren op fles. In de zomer doen we in de bovenzaal meestal een witbier op de tap.” Een gewoon tapbier (0,25 cl) kost 0,80 euro. De Wit: “Bavaria, vanwege de gunstige prijs en de goede contacten. Wij kunnen op feesten vaak artiesten via Bavaria regelen. Nee, wij hebben nog geen last van hogere kosten.”

Bavaria zit bij Virgiel al heel lang op de tap, vertelt vicevoorzitter Vincent Doedée. “Aanvankelijk een gemakskeuze. In de tijd van de fusten kwam Bavaria met een aanbod om tanks te leveren. We zijn daar altijd tevreden over geweest.” Een tapje kost ook hier 0,80 euro. “Onlangs hebben we een kleine prijsverhoging moeten doorvoeren. Maar dankzij goede afspraken zijn de prijsontwikkelingen niet alarmerend.”

Tim Meskers gaat over het assortiment bij St. Jansbrug. “Het contract dat brouwersgroep AB Inbev (Jupiler, Dommelsch, Hertog Jan) aanbood was voor ons het voordeligst. Na langdurige proefsessies kozen onze leden voor Jupiler. Het gaat ook wel om de status. Dommelsch associëren wij toch meer met festivalbier, en Jupiler is gewoon lekker.” Vorig jaar steeg de prijs van een tapbier naar 0,85 euro. “Bijna elk jaar gaat de prijs wel een paar centen omhoog bij brouwerijen.” Op Jansbrug staat het speciaalbier, op tap en op fles, in hoog aanzien. “We houden hier van een lekker biertje.”

Met speciaalbiertjes weten ze bij de Koornbeurs ook wel raad, volgens barcommissaris Boris Duijf. Het standaard tapbier is Jupiler (één euro voor 0,25 cl). “Een lekker biertje, met iets meer kwaliteit dan Heineken of Bavaria.” De inkoopkosten stijgen niet explosief, maar ze gaan wel omhoog. Een prijsverhoging wordt binnenkort overwogen. “Dat zal niet meer dan twintig procent zijn. We hebben al tijden geen dikke winstmarges op bier, maar het is wel heel krap op dit moment.”

Bij DSC krijg je voor 0,85 euro een glas Heineken van 0,20 cl. Naast prijs/kwaliteitsverhouding speelt emotionele waarde een grote rol bij de merkkeuze, volgens consumabel Marc de Beurs: “Onze bestuursleden lopen hier in Heineken-bretels rond.” Hij roemt de samenwerking met de brouwerij. “Volgens de afspraak gaat de prijs alleen omhoog als er accijnsverhogingen worden doorgevoerd.” Voor groepen die niet steeds naar de bar willen lopen zijn er vijflitervaatjes. “Dat is beter dan pitchers, die slaan snel dood. Veel disputen drinken flessenbier, dus hebben we altijd kratten.” In Lorre worden ook Heineken Longneck-flessen verkocht.

Het altijd eigenzinnige Wolbodo heeft twee minder gangbare soorten op tap. “Op een bierproefavond kwam Kronenbourg als lekkerste uit de bus”, vertelt Niels van der Pas. “Als we er Valk bij namen konden we een voordelig contract afsluiten. Op verhuuravonden schenken we Valk, zelf drinken we Kronenbourg.” Een tulpglaasje kost 0,90 euro, een vaasje één euro. Last van prijsstijgingen? “Die stijgen altijd.” Met Inbev of Heineken krijg je als kleine vereniging grote problemen, denkt hij. “Ze komen hun beloftes niet na. Met een kleiner bedrijf kun je betere afspraken maken.”

Bij CSR kost een Grolsch-tapje 0,80 euro. Abactis Werner van Westering: “Grolsch, vanwege het gunstige contract. Ook wel omdat het lekker is, ja.” Is dat laatste belangrijk? “Op 1 april hebben we wel eens Bavaria aangesloten op de tap. Er was maar één persoon die dat merkte.”

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.