Education

Acht ton voor promotieopleidingen

Negen onderzoeksscholen, waaronder twee Delftse, krijgen elk acht ton om op Angelsaksische wijze promovendi te begeleiden. Dat heeft minister Plasterk woensdag 12 augustus bekend gemaakt.

In Delft gaat het om de Casimir Research School, waarin de TU en de Universiteit Leiden deelnemen, en om het 3TU.Centre for Ethics and Technology, waarin de TU met de Technische Universiteit Eindhoven en de Universiteit Twente met elkaar samenwerken.

Het was één van Plasterks stokpaardjes bij zijn aantreden: promovendi zouden meer vrijheid moeten krijgen om hun eigen onderzoek vorm te geven. Ze zouden ook zelf hun promotor moeten kiezen. Dan zoeken de beste onderzoekers elkaar vanzelf op en komt talent sneller bovendrijven. Kijk maar naar de beste Amerikaanse universiteiten.

Om het idee in Nederland te doen wortelen, heeft Plasterk in totaal 7,2 miljoen euro subsidie beschikbaar gesteld voor zulke Angelsaksische graduate schools.

In totaal hadden 32 onderzoeksscholen een aanvraag ingediend. Er was budget voor zeven scholen, maar onderzoeksfinancier NWO heeft het verhoogd tot negen. Op termijn komt er meer geld voor zulke graduate schools.

Het Promovendi Netwerk Nederland waarschuwde destijds dat Plasterk zich niet moest blindstaren op de Angelsaksische promotietrajecten. De Nederlandse doctorstitel staat hoger in aanzien dan de Amerikaanse PhD, zei een woordvoerder, en dat moest vooral zo blijven. Het mocht ook niet ten koste gaan van de landelijke onderzoeksscholen, waarin veel kennis is gebundeld.

Van de negen onderzoeksscholen zijn er nu vier waarin verschillende universiteiten samenwerken. Dit zijn:

  • Casimir Research School, Delft (deelnemende instellingen: TUD, UL).
  • Graduate School Experimental Plant Sciences, Wageningen (WUR, RUN, UU, UL, VU, UvA, NIOO-KNAW).
  • Interuniversity Center for Social Science Theory and Methodology, Groningen (RUG, RUN, UU).
  • 3TU.Centre for Ethics and Technology, Delft (TUD, TUE, UT).

Drie andere werken samen met onderzoeksinstituten. Het betreft:

  • Cancer Genomics and Development Biology, Utrecht (UU, Hubrecht Instituut, UMCU).
  • Donders Graduate School for Cognitive Neuroscience, Nijmegen (RUN, Donders Institute for Brain, Cognition and Behaviour).
  • Graduate School Cognitive and Clinical Neuroscience, Maastricht (UM, FZ-Jeulich, Cyclotron-Liege, GSK-London).

De universiteiten van Tilburg en Rotterdam doen het op eigen kracht met respectievelijk de Center Graduate School en de Erasmus Research Institute of Management Graduate School.

Hoe ben je bij Happietaria terecht gekomen?
“Ik ben omgepraat door de vorige Happietaria-organisatie. Sinds februari zijn we bezig met het Happietaria Management Team (HMT), waarvan ik voorzitter ben. De rest wordt gedaan door ondercommissies die verantwoordelijk zijn voor het pand, de juridische zaken, de keuken, de pr, enzovoorts.”

Hoeveel tijd ben je eraan kwijt?
“Nu werk ik fulltime. Al met al zal ik er zo’n half jaar studievertraging door oplopen, net als de rest van het team. De ondercommissies werken niet fulltime.”

Doe je dit vanuit je geloof?
“Nee, het is niet dat het ‘moet’ omdat ik christelijk ben. Het is meer een instelling, denk ik.”

Hebben jullie het goede doel zelf gekozen?
“We konden uit een aantal projecten kiezen. We kozen voor het inzamelen van geld voor water en sanitaire voorzieningen in de derde wereld, omdat de resultaten tastbaar zijn. En water en techniek passen goed bij Delft.”

Waarom moeten mensen bij Happietaria komen eten?
“Het wordt een goed restaurant, geen studentenmensa waar je opgewarmde macaroni voorgeschoteld krijgt. Bovendien steun je mensen die het geld hard nodig hebben.”

Wie kookt er eigenlijk? Studenten?
“We hebben professionele koks die vrijwillig de keuken leiden. Als student heb je geen ervaring met de logistiek van het koken van een driegangenmenu voor zestig man. De koks worden trouwens wel bijgestaan door studenten.”

Hoe ben je aan het pand gekomen?
“We zitten nu in het oude Apollotheater. Eerst leek dat niet zo’n heel geschikte locatie, omdat er bijvoorbeeld nog een schuine vloer in zat. Die hebben we er uit gesloopt. De eigenaar krijgt een opgeknapt pand terug en wij hebben een locatie. Hierna gaat het in de verkoop.”

Kost dat opknappen nog geld?
“Nee, alles gebeurt vrijwillig. Happietaria wordt in Delft traditioneel door vier christelijke verenigingen (CSR, Navigators, CSFR en VGSD) gedragen, dus we hebben een hoop mankracht.”

Hoe vaak vindt dit plaats?
“In Delft was het in 2003 voor het laatst. In de tussentijd is het wel een keer geprobeerd, maar bleek er te weinig animo. Je bent een half jaar aan de organisatie kwijt en dat moet je willen. In de grote studentensteden gebeurt het vaker.”

Wanneer is dit project wat jou betreft geslaagd?“Als er drie weken lang een mooi restaurant gestaan heeft en er niets ernstigs fout is gegaan. Als de bezoekers goed gegeten hebben en niet naar buiten lopen met het idee ‘wat een karige bende is het hier.’”

En financieel?
“We moeten voor onze projecten elk vijftigduizend euro ophalen. Maar er zijn twee instanties die samen onze opbrengsten met tweeënhalf vermenigvuldigen. Uiteindelijk is daarom twintigduizend euro genoeg. Volgens de begroting gaan we ongeveer driekwart ton ophalen en daar hebben we rond de tweeduizend klanten voor nodig. Er zijn twee eetshifts per avond, het restaurant biedt plaats aan zestig personen en we zijn drie weken open. Het moet dus kunnen.”

In Delft gaat het om de Casimir Research School, waarin de TU en de Universiteit Leiden deelnemen, en om het 3TU.Centre for Ethics and Technology, waarin de TU met de Technische Universiteit Eindhoven en de Universiteit Twente samenwerkt.

Het was één van Plasterks stokpaardjes bij zijn aantreden: promovendi zouden meer vrijheid moeten krijgen om hun eigen onderzoek vorm te geven. Ze zouden ook zelf hun promotor moeten kiezen. Dan zoeken de beste onderzoekers elkaar vanzelf op en komt talent sneller bovendrijven. Kijk maar naar de beste Amerikaanse universiteiten.

Om het idee in Nederland te doen wortelen, heeft Plasterk in totaal 7,2 miljoen euro subsidie beschikbaar gesteld voor zulke Angelsaksische graduate schools.

In totaal hadden 32 onderzoeksscholen een aanvraag ingediend. Er was budget voor zeven scholen, maar onderzoeksfinancier NWO heeft het verhoogd tot negen. Op termijn komt er meer geld voor zulke graduate schools.

Het Promovendi Netwerk Nederland waarschuwde destijds dat Plasterk zich niet moest blindstaren op de Angelsaksische promotietrajecten. De Nederlandse doctorstitel staat hoger in aanzien dan de Amerikaanse PhD, zei een woordvoerder, en dat moest vooral zo blijven. Het mocht ook niet ten koste gaan van de landelijke onderzoeksscholen, waarin veel kennis is gebundeld.

Van de negen onderzoeksscholen zijn er nu vier waarin verschillende universiteiten samenwerken. Dit zijn:

  • Casimir Research School, Delft (deelnemende instellingen: TUD, UL).
  • Graduate School Experimental Plant Sciences, Wageningen (WUR, RUN, UU, UL, VU, UvA, NIOO-KNAW).
  • Interuniversity Center for Social Science Theory and Methodology, Groningen (RUG, RUN, UU).
  • 3TU.Centre for Ethics and Technology, Delft (TUD, TUE, UT).

Drie andere werken samen met onderzoeksinstituten. Het betreft:

  • Cancer Genomics and Development Biology, Utrecht (UU, Hubrecht Instituut, UMCU).
  • Donders Graduate School for Cognitive Neuroscience, Nijmegen (RUN, Donders Institute for Brain, Cognition and Behaviour).
  • Graduate School Cognitive and Clinical Neuroscience, Maastricht (UM, FZ-Jeulich, Cyclotron-Liege, GSK-London).

De universiteiten van Tilburg en Rotterdam doen het op eigen kracht met respectievelijk de Center Graduate School en de Erasmus Research Institute of Management Graduate School.

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.