Als de Tweede Kamer er geen stokje voor steekt, zullen dertigduizend studenten in september hun ov-reisrecht verliezen. En dat zijn niet alleen de zogenoemde ‘langstudeerders’.
De Dienst Uitvoering Onderwijs heeft dit op verzoek van het Hoger Onderwijs Persbureau uitgezocht. De bezuiniging moet ongeveer dertig miljoen euro opleveren. Het kabinet heeft een spoedwet ingediend, waar de Tweede Kamer morgen over debatteert.
Per student is één jaar ov-reisrecht ruim duizend euro waard. Wie bijvoorbeeld in het buitenland studeert en het reisrecht niet activeert, krijgt van DUO maandelijks 91 euro extra op zijn bankrekening gestort.
Volgens studentenorganisaties is de ov-kaart eigenlijk veel meer waard, juist in het laatste studiejaar. Veel studenten doen dan een afstudeerstage en moeten meer reizen. De kosten kunnen in de duizenden euro’s lopen.
Studenten hoeven geen ‘langstudeerder’ te zijn om het recht op een ov-kaart te verliezen. Sommigen raken hun ov-jaarkaart kwijt terwijl ze nog geen langstudeerboete hoeven te betalen. Want de nieuwe regel luidt: in hun hele studietijd mogen studenten vanaf september nog maar één jaar uitlopen voordat ze hun recht op een ov-kaart verliezen. Nu is dat nog drie jaar.
Het ‘uitloopjaar’ voor de ov-jaarkaart kunnen ze gebruiken in hun bachelor- of in hun masterfase, maar niet in allebei. Een voorbeeld: iemand verstookt een uitloopjaar in zijn bacheloropleiding en loopt bovendien vertraging op in zijn master. Volgens de nieuwe wet krijgt hij dan geen ov-jaarkaart meer, ook al hoeft hij nog geen langstudeerboete te betalen.
In de spoedwet staat ook dat de bijverdiengrens voor ondernemers in het kalenderjaar van afstuderen wordt afgeschaft. Mochten zij in de maanden na hun afstuderen zoveel verdienen dat ze eigenlijk boven de bijverdiengrens uitkomen, dan maakt dat niet uit: ze hoeven geen basisbeurs of ov-kaart terug te betalen. In eerdere jaren blijft de bijverdiengrens van kracht.
Comments are closed.