Al sinds de industriële revolutie lijkt er geen stoppen aan: de urbanisatie wereldwijd blijft exponentieel groeien en stadbestuurders staan steeds vaker voor het vraagstuk hoe we onze steden voor iedereen aantrekkelijk en bewoonbaar kunnen maken.
Deze week zagen we in Tegenlicht hoe nieuwe technologische ontwikkelingen worden ingezet om een nieuw soort stad te creëren: de slimme stad.
In een tijdperk waar alles en iedereen met elkaar verbonden is via mobiele netwerken, zien stadsbestuurders het Internet of everything als een groeiende motor van de moderne stad. Met de vooralsnog onuitputtelijke bron aan data als brandstof lijken de mogelijkheden oneindig. Efficiëntie staat daarbij voor gemeentes hoog in het vaandel. Via Google Maps weten waar je in het centrum van Amsterdam nog een parkeerplek kunt vinden of waar er een vechtpartij gaande is, lijkt binnen handbereik.
Er is bovenaf stilletjes een revolutie gaande waarvan we eigenlijk nog niet goed weten wie er uiteindelijk beter van wordt. Het gebruiken van big data om de leefbaarheid in de stad te verhogen is op zichzelf geen kwade gedachte zolang de data een neutrale eigenaar heeft. Wanneer data via lokale overheden in de handen komt van grote commerciële bedrijven kunnen we daar onze vraagtekens bij zetten. Het bezit van data leidt immers tot macht die misbruikt kan worden voor commerciële belangen.
Toch is dat wellicht onze minste zorg. Om een slimme stad te creëren moeten grote hoeveelheden data verzameld en gemonitord worden via allerlei (persoonlijke) mobiele apparaten en sensoren verspreid over de hele stad. Buiten het feit of deze constante hyperconnectiviteit een aanslag is op onze anonimiteit, ontneemt het ons ook van een zekere individualiteit. “Het is net Big Brother is watching you”, wordt er door ons geconcludeerd. Als je nooit helemaal offline kan zijn en altijd het gevoel hebt in de gaten te worden gehouden, zal dat uiteindelijk ook invloed hebben op hoe je je gedraagt in de samenleving.
In onze ogen gaat dat veel te ver en zouden de lokale overheden zich moeten bekommeren om burgers ervan te behoeden onderdanig te raken aan de technologieën achter de slimme stad. De vraag is echter of politici zelf niet een te naïef beeld hebben van de actuele ontwikkelingen om hier gewichtige beslissingen over te nemen.
Is de slimme stad dan een dom idee? Er wordt nu een doemscenario geschetst waarin burgers óf nog geen scheet kunnen laten zonder dat deze digitaal in kaart wordt gebracht óf naar een hutje op hei moeten verhuizen om anoniem te kunnen ontsnappen aan het allesziende oog van de slimme stad. “Voor mij is de lol er dan wel vanaf”, biecht mijn buurvrouw op.
Toch schudden wij deze bizarre gedachten van ons af en zien we liever een romantisch beeld van de slimme stad waarin er wordt gekeken hoe we onze steden slim doch offline kunnen inrichten om het voor iedereen leefbaar te maken.
Laura Cardona
Comments are closed.