Campus

‘Nu oordeel ik nog mild’

Drs. W.J.M. Knippenberg (48) is ombudsman voor studenten. Zo’n zestig dossiers bouwde hij dit jaar op. ,,De nieuwste trend is schadevergoeding eisen.”

Wie de Aula binnenloopt en de rechtertrap omhoog kiest, ziet bovenaan twee deuren met het opschrift ‘ombudsman’. Achter de rechterdeur zit Wil Knippenberg, al tweeënhalf jaar ombudsman voor studenten. ,,Het is een nieuw maatschappelijk fenomeen dat je ergens moet kunnen klagen. Voordat mensen daaraan zijn gewend, duurt nog wel tien jaar.” De reputatie van Delftse studenten als botteriken onderschrijft Knippenberg niet. ,,Ik ken geen vriendelijker en terughoudender soort student dan de Delftse. De meesten accepteren veel en wachten lang voordat ze klagen.”

Hij bladert door de ombudsoogst van afgelopen jaar: zestig dossiers. Zesmaal kwam het tot een formele klacht die in een openbaar rapport al dan niet gegrond werd geacht. ,,Ik heb een beetje dubbelzinnig beroep: ik los zaken het liefst op ver voordat ze in formele klachten uitmonden, maar een aantal heb ik nodig voor de publiciteit. Van een beetje gedoe gaat een preventieve werking uit: het schrikt mensen wakker.”

Het grootste deel van Knippenbergs werk bestaat uit bemiddelen en adviseren tussen studenten en docenten. ,,Hoe studenten op een nette manier kunnen klagen en bij wie. Ik wijs veel op het gescheiden houden van zaak en emotie. Over de zaak praten zonder elkaar voor rotte vis uit te maken. Emotie is voor buiten de faculteit of eventueel voor in deze kamer. Heel wat zakdoekjes zijn hier opgehuild. Gelukkig is de kamer behoorlijk geluiddicht.”
Afstuderen

Knippenberg adviseert slechts en zolang geen onderzoek is gedaan naar de achtergrond van klachten beschouwt de Limburgse psycholoog/statisticus ze als incidenten. Maar een aantal thema’s keert vaak terug als klacht, vooral het afstuderen. ,,Het woord ‘klein wereldje’ valt dan vaak, de angst om te klagen. De kern van afstuderen hoort te zijn: degelijk onderzoek en verslag. Maar veel docenten zien het als eindproef waarin het uithoudingsvermogen wordt getest, iets waar de student zich zelfstandig doorheen dient te slaan. Ik vraag me wel eens af of het de universiteit interesseert hoe lang het afstuderen duurt. Ik geloof het niet.” Hij leert de studenten te onderhandelen met hun begeleiders. ,,Niet afhaken, nooit afhaken. Ook niet wanneer de vakantie al is geboekt maar de doctoraalscriptie nog niet af.”

Over verplichte studieplanning ontstond dit jaar veel discussie. Knippenberg: ,,Studenten kunnen vaak zelf bepalen wanneer ze keuzevakken doen. Volgen ze allemaal tegelijk in dezelfde periode een bepaald vak dan ontstaan tijdgebonden capaciteitsproblemen. Daar kan een faculteit weinig aan doen. Want wanneer de problemen worden opgelost via gedwongen studieplanning gaat de Delftse student tegen het plafond.”

Ook vermeende gevallen van discriminatie zijn een terugkerend thema. ,,Veel buitenlandse studenten zijn wel bekend met bureaucratie, maar niet met de strengheid daarvan in Delft. Streng vasthouden aan regels verwarren ze met discriminatie.”

Is de TU bureaucratisch? ,, Het zou allemaal iets losser mogen. Zonder regels loopt de boel uit de hand, maar de TU is streng en formalistisch. Het duurt allemaal lang, zoals dit jaar ook bleek met tentamenuitslagen bij bouwkunde.
Oordelen

Een recent voorbeeld van de strengheid: ,,Een studente meldt zich aan op een computer en mag vervolgens niet plaats nemen in een half-lege tentamenzaal omdat de computer niets heeft geregistreerd. Wat is de moeite om even een printer naast dat ding te zetten of iemand alsnog toe te laten wanneer er toch plaats is? Dan zie ik bijna nog liever dat je een geeltje over de toonbank schuift en alsnog mag deelnemen. Maar ik bemoei me niet met beleid, ik adviseer slechts. ”

En dat doet hij graag. Over hoogleraren: ,,Vroeger telde een vakgroep meerdere hoogleraren die zicht hadden op elkaar, nu telt een leerstoel één hoogleraar en wie controleert die? De vraag ‘moet een hoogleraar wel voor het leven worden benoemd?’ vind ik honderd keer interessanter dan ‘zijn wij even goed als Aken of MIT?’. Of overde Engelstalige propedeuse: ,,Bij een docent die een beetje Engels brabbelt heeft niemand belang. We zijn een regionaal clubje, een Amerikaan komt heus niet hier studeren. Die komt alleen hier naar toe wanneer hij op toponderzoek kan promoveren.” Gewoon een goede school met op een aantal gebieden top-onderzoek is voor Knippenberg dan ook voldoende.

De nationale ombudsman M. Oosting moet volgens NRC Handelsblad vechten om aandacht. ,,Aan de TU is de bereidheid groot, al duurt het lang voor er een oplossing is. Maar ik zit sinds ’90 in een rolstoel en ik heb geleerd geduld op te brengen”, zegt de MS-patiënt die zijn oordelen mild vindt: ,,Uitspraken in de VS gaan vaak veel verder, zijn veel harder en scherper. Dat komt hier ook zeker nog, maar een hoogleraar beoordelen is hier iets nieuws, een fundamentele nooit eerder vertoonde verandering aan de TU. Ik leg grote nadruk op de uitleg van een klacht. In de industrie heet een klacht een gratis advies. Daar kun je nog geld mee winnen ook, want een ideeënbus is in wezen ook niets anders dan een vorm van klagen.”

Wie de Aula binnenloopt en de rechtertrap omhoog kiest, ziet bovenaan twee deuren met het opschrift ‘ombudsman’. Achter de rechterdeur zit Wil Knippenberg, al tweeënhalf jaar ombudsman voor studenten. ,,Het is een nieuw maatschappelijk fenomeen dat je ergens moet kunnen klagen. Voordat mensen daaraan zijn gewend, duurt nog wel tien jaar.” De reputatie van Delftse studenten als botteriken onderschrijft Knippenberg niet. ,,Ik ken geen vriendelijker en terughoudender soort student dan de Delftse. De meesten accepteren veel en wachten lang voordat ze klagen.”

Hij bladert door de ombudsoogst van afgelopen jaar: zestig dossiers. Zesmaal kwam het tot een formele klacht die in een openbaar rapport al dan niet gegrond werd geacht. ,,Ik heb een beetje dubbelzinnig beroep: ik los zaken het liefst op ver voordat ze in formele klachten uitmonden, maar een aantal heb ik nodig voor de publiciteit. Van een beetje gedoe gaat een preventieve werking uit: het schrikt mensen wakker.”

Het grootste deel van Knippenbergs werk bestaat uit bemiddelen en adviseren tussen studenten en docenten. ,,Hoe studenten op een nette manier kunnen klagen en bij wie. Ik wijs veel op het gescheiden houden van zaak en emotie. Over de zaak praten zonder elkaar voor rotte vis uit te maken. Emotie is voor buiten de faculteit of eventueel voor in deze kamer. Heel wat zakdoekjes zijn hier opgehuild. Gelukkig is de kamer behoorlijk geluiddicht.”
Afstuderen

Knippenberg adviseert slechts en zolang geen onderzoek is gedaan naar de achtergrond van klachten beschouwt de Limburgse psycholoog/statisticus ze als incidenten. Maar een aantal thema’s keert vaak terug als klacht, vooral het afstuderen. ,,Het woord ‘klein wereldje’ valt dan vaak, de angst om te klagen. De kern van afstuderen hoort te zijn: degelijk onderzoek en verslag. Maar veel docenten zien het als eindproef waarin het uithoudingsvermogen wordt getest, iets waar de student zich zelfstandig doorheen dient te slaan. Ik vraag me wel eens af of het de universiteit interesseert hoe lang het afstuderen duurt. Ik geloof het niet.” Hij leert de studenten te onderhandelen met hun begeleiders. ,,Niet afhaken, nooit afhaken. Ook niet wanneer de vakantie al is geboekt maar de doctoraalscriptie nog niet af.”

Over verplichte studieplanning ontstond dit jaar veel discussie. Knippenberg: ,,Studenten kunnen vaak zelf bepalen wanneer ze keuzevakken doen. Volgen ze allemaal tegelijk in dezelfde periode een bepaald vak dan ontstaan tijdgebonden capaciteitsproblemen. Daar kan een faculteit weinig aan doen. Want wanneer de problemen worden opgelost via gedwongen studieplanning gaat de Delftse student tegen het plafond.”

Ook vermeende gevallen van discriminatie zijn een terugkerend thema. ,,Veel buitenlandse studenten zijn wel bekend met bureaucratie, maar niet met de strengheid daarvan in Delft. Streng vasthouden aan regels verwarren ze met discriminatie.”

Is de TU bureaucratisch? ,, Het zou allemaal iets losser mogen. Zonder regels loopt de boel uit de hand, maar de TU is streng en formalistisch. Het duurt allemaal lang, zoals dit jaar ook bleek met tentamenuitslagen bij bouwkunde.
Oordelen

Een recent voorbeeld van de strengheid: ,,Een studente meldt zich aan op een computer en mag vervolgens niet plaats nemen in een half-lege tentamenzaal omdat de computer niets heeft geregistreerd. Wat is de moeite om even een printer naast dat ding te zetten of iemand alsnog toe te laten wanneer er toch plaats is? Dan zie ik bijna nog liever dat je een geeltje over de toonbank schuift en alsnog mag deelnemen. Maar ik bemoei me niet met beleid, ik adviseer slechts. ”

En dat doet hij graag. Over hoogleraren: ,,Vroeger telde een vakgroep meerdere hoogleraren die zicht hadden op elkaar, nu telt een leerstoel één hoogleraar en wie controleert die? De vraag ‘moet een hoogleraar wel voor het leven worden benoemd?’ vind ik honderd keer interessanter dan ‘zijn wij even goed als Aken of MIT?’. Of overde Engelstalige propedeuse: ,,Bij een docent die een beetje Engels brabbelt heeft niemand belang. We zijn een regionaal clubje, een Amerikaan komt heus niet hier studeren. Die komt alleen hier naar toe wanneer hij op toponderzoek kan promoveren.” Gewoon een goede school met op een aantal gebieden top-onderzoek is voor Knippenberg dan ook voldoende.

De nationale ombudsman M. Oosting moet volgens NRC Handelsblad vechten om aandacht. ,,Aan de TU is de bereidheid groot, al duurt het lang voor er een oplossing is. Maar ik zit sinds ’90 in een rolstoel en ik heb geleerd geduld op te brengen”, zegt de MS-patiënt die zijn oordelen mild vindt: ,,Uitspraken in de VS gaan vaak veel verder, zijn veel harder en scherper. Dat komt hier ook zeker nog, maar een hoogleraar beoordelen is hier iets nieuws, een fundamentele nooit eerder vertoonde verandering aan de TU. Ik leg grote nadruk op de uitleg van een klacht. In de industrie heet een klacht een gratis advies. Daar kun je nog geld mee winnen ook, want een ideeënbus is in wezen ook niets anders dan een vorm van klagen.”

Editor Redactie

Do you have a question or comment about this article?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.